Uit beelden die de Amerikaanse marine vanochtend heeft vrijgegeven zou blijken dat de Iraanse Revolutionaire Garde Marine betrokken is bij de aanval op twee koopvaardijschepen. De olietankers Front Altair (van een Noorse rederij) en de Kokuka Courageous (van een Japanse maatschappij) hadden gisteren de Straat van Hormuz gepasseerd en voeren in de Golf van Oman toen de schepen door explosies beschadigd raakten.
Op deze foto is het gat te zien en een kleefmijn die niet is geëxplodeerd. Op precies die plaats halen personen later een object van de romp. (Foto: US Navy)
Donderdagochtend voeren de twee schepen in internationale wateren toen de explosies plaatshadden. De Front Altair vervoerde nafta van de Verenigde Arabische Emiraten naar Taiwan. Door de explosie ontstond brand en moesten de 23 bemanningsleden het schip verlaten. Na een noodoproep om 0612 uur lokale tijd werd de bemanning gered door de Hyundai Dubai, zo blijkt uit een verslag van US Central Command. De rederij claimde aanvankelijk dat het schip getroffen was door een torpedo, het is echter onduidelijk waar dat op gebaseerd is. Inmiddels is de brand geblust en het schip gered.
Tien mijl verder naar het oosten voer de Kokuka Courageous met methanol afkomstig van Saudi Arabië Singapore als bestemming. De reder verklaarde later dat het schip eerst door een granaat werd geraakt: "nadat de bemanning had gezien dat andere schepen onder vuur kwamen te liggen, is het schip bijgedraaid. Drie uur later is het toch geraakt." Wat er werkelijk is gebeurd is onduidelijk, maar om 0700 uur zond ook dit schip een noodsignaal uit.
Op de noodoproep die volgde reageerde het slechts 27 meter lange Nederlands schip Coastal Ace van de rederij Acta Marine uit Den Helder. Zij namen de 21 bemanningsleden over.
Iraanse schepen ter plaatse
Een Amerikaanse P-8 Poseidon marinepatrouillevliegtuig was op dat moment al in de buurt, de torpedobootjager USS Bainbridge koerste richting de schepen. De torpedobootjager is sinds vorige maand in de regio als onderdeel van de taakgroep van vliegkampschip USS Abraham Lincoln.
De Poseidon zag ondertussen een Hendijanklasse patrouilleboot van de Iraanse Revolutionaire Garde Marine (IRGM) plus een reeks andere scheepjes de Front Altair naderen. Een reddingsvlot van de olietanker werd door de Iraanse schepen uit het water gehaald en even later verzochten de Iraniërs de Hyundai Dubai om de geredde bemanningsleden van de Front Altair over te dragen. Dat verzoek werd ingewilligd en de bemanningsleden werden naar Iran vervoerd om daar een andere bestemming te kunnen doorreizen.
Om 1105 uur, zo'n anderhalf uur nadat de Hyundai Dubai de geredde bemanningsleden had overgedragen, ontstond een race tussen de Iraanse patrouilleboot en de Amerikaanse destroyer richting de Nederlandse Coastal Ace. Terwijl het Iraanse vaartuig ook de bemanningsleden van de Coastal Ace wilde overnemen, werden de bemanningsleden op verzoek van een van hen gered door het Amerikaanse schip, zo verklaart US Central Command.
De personen aan boord van het patrouillebootje halen precies op de plaats waar op de foto de waarschijnlijke kleefmijn te zien is, een object van de romp. De Kokuka Courageous was ook in de nacht door de Straat van Hormuz gevaren, dus zou het plaatsen ook door een dergelijk bootje in de duisternis mogelijk zijn.
Opmerkelijk bezoek
Om 1610 uur, vijf uur na de evacuatie van de bemanning, volgde een opmerkelijk Iraans bezoek aan de getroffen tanker, zo blijkt uit beelden van de Amerikaanse marine. Vanuit de lucht filmden zij hoe personen aan boord van een Gashtiklasse patrouillevaartuig iets van de romp van de olietanker halen. Eerder had de bemanning van zowel de Coastal Ace als van de Bainbridge iets gezien dat op de romp van het schip was geplaatst, de bemanning van de Bainbridge herkende het object als een kleefmijn.
Tweede incident
Het is het tweede incident in de regio in korte tijd. Begin mei werden er ook koopvaardijschepen beschadigd. Ook toen gaf Amerika de schuld aan Iran, dit keer onderbouwt Washington de claim met beelden. Desondanks ontkent Iran dat het betrokken was bij de aanval.
De vraag is nu wat de reactie zal zijn van de internationale gemeenschap op dit incident.