Haïti werd afgelopen zaterdag getroffen door een zware aardbeving die bijna 1500 mensen het leven kostte. Het land verkeert in staat van totale chaos, maar de internationale hulp komt moeizaam op gang. De Amerikaanse overheid is de eerste die aangekondigd heeft een marineschip richting het rampgebied te sturen ter ondersteuning. Het is nog onduidelijk wat de Nederlandse marine van plan is.
USNS Spearhead, een zusterschip van USNS Burlington van de Spearheadklasse. (Foto: US Navy)
De Verenigde Staten sturen USS Arlington en USNS Burlington richting Haïti. De Arlington is een amfibisch transportschip uit de San Antonioklasse. De Burlington is een expeditionary fast transport-schip (EPF) uit de Spearheadklasse. De schepen van de Spearheadklasse zijn relatief nieuwe schepen die snelheden van 43 knopen kunnen halen. Ze hebben als doel om zeer snel ladingen te transporteren. Daarnaast worden er acht helikopters, zeven kustwachtcutters en twee P-8 Poseidon maritieme patrouillevliegtuigen naar het eiland gestuurd.
Wegen zijn onbegaanbaar en gebouwen zijn ingestort, waardoor bepaalde delen van het Haïti onbereikbaar zijn. Helikopters zijn belangrijk omdat deze de mogelijkheid bieden om moeilijk bereikbare plekken toch van hulp te voorzien. Daarom brengt de Amerikaanse marine de schade op het eiland met bemande en onbemande vliegtuigen en helikopters in kaart. Zo kan men bepalen waar hulp noodzakelijk is.
Geen mededeling
Nederland heeft, net als Groot-Brittannië en Frankrijk, marineschepen in het Caribisch gebied: stationsschip Zr.Ms. Holland en Zr.Ms. Pelikaan. De Pelikaan lijkt het aangewezen schip om hulp te bieden, zoals het dat ook deed nadat Haïti in 2010 door een zware aardbeving werd getroffen. Maar ook een patrouilleschip als de Holland, vorige week nog goed voor een drugsvangst van 1325 kilo, kan hulp verlenen. Immers, nadat in 2016 orkaan Matthew over Haïti raasde, was het Zr.Ms. Holland dat samen met de Pelikaan naar Haïti voer voor hulpverlening.
In 2010 vertrok de Nederlandse hulp in de vorm van een marineschip drie dagen na de aardbeving, in 2016 was het zes dagen na de orkaanpassage.
Nu, drie dagen na de ramp, is er door Nederland niet gecommuniceerd dat een Nederlands schip opnieuw ondersteuning komt bieden. Ook de Britse en de Franse collega's hebben nog niets aangekondigd.
Dat betekent echter niet dat deze hulp er niet gaat komen. De kans is groot de men achter de schermen al bezig is met voorbereidingen. Normaal gesproken begint de marine zich voor te bereiden op een eventuele inzet, terwijl ondertussen overleg gevoerd wordt met andere landen die aanwezig zijn in het rampgebied. Zodra het getroffen land een hulpvraag doet, kijkt Nederland of de hulp die zij op dat moment kunnen bieden van toegevoegde waarde is. Daarna wordt formeel besloten tot deelname of tot het afzien hiervan.
Marineschepen.nl heeft bij het Ministerie van Defensie navraag gedaan over de eventuele inzet van Nederlandse schepen rondom Haïti. Den Haag wilde hier echter geen mededeling over doen.