In een gezamenlijke toespraak gisteravond om 2300 uur Nederlandse tijd, kondigden de Amerikaanse president Joe Biden, de Australische premier Scott Morrison en zijn Britse collega Boris Johnson de start aan van een trilaterale samenwerking onder de noemer AUKUS. De drie landen gaan samenwerken op gebied van onder andere cyber, quantumtechnologie en onderwatersystemen. De eerste grote stap is echter nucleaire onderzeeboten voor Australië.
Amerikaanse president Joe Biden aan het woord, links Morrison en rechts Johnson. (Still uit video)
"Het eerste grote doel van AUKUS is het leveren van een vloot nucleaire onderzeeboten voor Australië", zei Morrison. "De komende 18 maanden zullen we uitzoeken hoe we dat het best kunnen bereiken. De boten zullen worden gebouwd in Adelaide."
Morrison benadrukte ook, net als de andere drie sprekers, dat het Australië dus niet gaat om nucleaire wapens, maar 'slechts' om kernvoortstuwing. Ook wil Morrison geen eigen nucleaire industrie opstarten, maar gebruikmaken van de kennis van de partnerlanden.
Zowel Biden als Johnson bevestigden dat ze Australië zullen gaan helpen met deze "complexe technische" zaken. De komende maanden zal, zo zei Biden, alles worden onderzocht om helder te krijgen wat er nodig is om Australië te helpen aan die nieuwe strategische capaciteit.
Dat Australië graag nucleaire onderzeeboten wil, is al langer bekend. Het ontbrak de Australische marine echter aan kennis op dat vlak en in het land is de ontwikkeling van kernenergie niet toegestaan. Naast de discussie die in Australië woedt over kernenergie sinds de jaren '50 is ook altijd veel weerstand geweest tegen nucleaire onderzeeboten. Enerzijds vanwege de kernenergie, maar ook omdat als Australië de reactor, de kennis en infrastructuur kant-en-klaar uit het buitenland zou halen, Australië dus voor lange tijd afhankelijk zou zijn van dat land. Die bezwaren tegen de afhankelijkheid zijn mogelijk ondervangen door de samenwerking met twee landen.
Veel water, grote afstanden, weinig havens en steeds verder oplopende spanningen. (Beeld: Google Maps)
Hoe dan ook is het begrijpelijk dat Australië, dat de relatie met China steeds meer ziet afkoelen, kiest voor nucleaire onderzeeboten. De Australische onderzeeboten opereren vanuit HMAS Stirling in Perth, en het is 6.000 km varen naar de Zuid-Chinese Zee. (Vergelijkbaar met Den Helder - Suezkanaal). Dat operatiegebied is bovendien erg groot en er zijn relatief weinig mogelijkheden voor havens, in ieder geval minder dan in de Middellandse Zee. Een rondje Australië is overigens 14.000 km varen. De grote afstanden zijn ook de reden waarom Australië koos voor grote onderzeeboten, zonder buitenluchtonafhankelijke voortstuwing (AIP), omdat je daar wel stil mee kan varen maar niet ver.
Drama voor Naval Group
Terwijl Biden, Morrison en Johnson vele vriendelijke woorden over hadden voor elkaars landen, werd Frankrijk ook niet vergeten. De aankondiging moet in Parijs als een mokerslag zijn aangekomen, maar Biden deed alsof er niets aan de hand was en noemde Frankrijk een "key partner" voor de regio en zei uit te kijken naar samenwerking met Frankrijk.
Hoe men daar vandaag in Parijs over nadacht is niet bekend, Naval Group zou vandaag niet bereikbaar zijn geweest voor commentaar zo melden media. Australische media melden bovendien dat Frankrijk pas deze week is geïnformeerd over de plannen. De Franse premier Macron moest het bericht vernemen via het Australische ministerie van Defensie.
Dat deze stap het einde van de Frans-Australische onderzeebootdeal betekent, is onontkoombaar. De vraag is echter hoe die deal zal aflopen en wat de kosten zullen zijn voor Australië. Er is immers, in 2019, een contract getekend voor de bouw van twaalf onderzeeboten. Naval Group zal zich niet zomaar laten wegsturen.
USS California, een Virginiaklasse onderzeeboot. (Foto: US Navy)
Onervaren partners
Ook is onduidelijk wat de plannen betekenen voor de Australische onderzeedienst. Momenteel opereren zij met zes Collinsklasse onderzeeboten van Zweedse makelij, weliswaar met een Amerikaans Combat Management Systeem en Amerikaanse torpedo's. Toch is de overstap naar de, naar verluidt, interimoplossing in de vorm van Virginiaklasse onderzeeboten gigantisch. Varen met een nucleaire onderzeeboot is in alle opzichten anders, er is immers altijd energie, een SSN kan lang en hard varen, maar is minder in staat om dicht langs de kust te opereren. Dan hebben we het nog niet over onderhoud en de kennis aan boord van kernenergie.
Hoe en wanneer Australië nieuwe boten krijgt is ook de vraag. Zowel de VS als Groot-Brittannië hebben absoluut geen ervaring met het bouwen van onderzeeboten in het buitenland, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Naval Group. Daarnaast hebben de drie landen andere filosofieën op gebied van ontwerpen, bouwen en opereren met onderzeeboten. De keuze van AUKUS is dus niet per se de eenvoudigste, maar kennelijk was dit voor Australië een aantrekkelijkere route dan verder samenwerken met Frankrijk.
Over Naval Group en de Franse samenwerking heeft Morrison overigens niets gezegd.
Een Australische onderzeebootman aan boord van Zr.Ms. Walrus in Britse wateren. Sinds 1995 stuurt Australië studenten voor de commandantenopleiding naar Nederland. Als zij het Nederlandse diploma op zak hebben krijgen zij het commando over één van de zes Collinsklasse onderzeeboten. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
Nederland verliest dieselelektrische partner
De nieuwe plannen van de drie landen hebben mogelijk ook gevolgen voor Nederland, al is het vroeg om er wat over te zeggen. Zeker is wel dat Australië voor Nederland een belangrijke partner is op gebied van grote, expeditionaire dieselelektrische onderzeeboten. Als Australië de nucleaire optie kiest, zal de waarde van de samenwerking tussen beide onderzeediensten afnemen. Nederland verliest daardoor een partner.
Dat zal ons land mogelijk gaan merken op gebied van kennisuitwisseling die nu frequent plaatsvindt. Het lijkt vrijwel zeker dat de Nederlandse Submarine Command Course (NLSMCC), die ruim 25 jaar Australische onderzeebootcommandanten heeft opgeleid, een belangrijke klant kwijtraakt. De Australische onderzeedienst met zes boten stuurde jaarlijks meerdere cursisten naar Den Helder voor de NLSMCC, en voldoende cursisten zijn van belang voor deze wereldwijd erg gewaardeerde opleiding.
Nu zal vast gezegd worden dat Nederland dan Frankrijk, Zweden of Duitsland als SMCC-partner kan kiezen, maar de drie landen opereren op heel andere manier met hun onderzeeboten.
Help je Marineschepen.nl?
Met jouw donatie kan Marineschepen.nl -onafhankelijk- nieuws- en achtergronden blijven publiceren.
Of scan deze QR-code met je telefoon.
Meer info over donaties aan Marineschepen.nl lees je op de donatiepagina.
Winst in Nederland voor Naval Group belangrijker
Zoals bekend is Naval Group een van de kandidaten voor Nederlandse onderzeeboten. Wat het drama voor Naval Group betekent voor de Nederlandse aanbieding is lastig te zeggen, maar het ligt voor de hand dat de Nederlandse aanbesteding nu veel aan waarde wint, zowel financieel maar ook vanuit reputatie-oogpunt. Australië met twaalf boten was natuurlijk een mega-opdracht, de druk op het Nederlandse Naval Group-team zal vanaf vandaag echter toenemen.
Weliswaar komt er meer capaciteit vrij, maar of het eenvoudiger wordt is maar de vraag, want het Franse aanbod voor Nederland zou gebaseerd zijn op de Franse nucleaire Barracudaklasse onderzeeboten. Omdat ook Australië dieselelektrische varianten had besteld (weliswaar veel groter), is bij de buitenwacht de verwachting geweest dat de ontwikkelkosten van de Nederlandse boten voor een deel gedeeld konden worden met de Australische. Nu die mogelijkheid weg is, is er een kans dat Naval Group een nieuwe prijsberekening moet maken omdat de Nederlandse boot de enige dieselelektrische variant van de Barracuda gaat worden. Zoals gezegd is het nog vroeg, immers veel hangt af van hoe de Franse juristen het er in Australië van af zullen brengen. Weet Naval Group zich terug te trekken met een flinke financiële overwinning, dan werkt de schok minder door naar de Nederlandse aanbesteding.