In 2017 werd op de Operationele School in Den Helder de Piet de Jong trainer geopend; de 'varen en vechten'-simulator voor onderzeeboten. Marineschepen.nl nam een kijkje in de nieuwe aanwinst, die voor het eerst gebruikt werd voor de internationale opleiding voor onderzeebootcommandanten (SMCC).
De Piet de Jong - Guardion Submarine Trainer. (Foto: Defensie)
"End of run!" zegt Teacher KLTZ Willem Jan Rouwhorst plotseling. De drie aanwezige studenten en het tiental bemanningsleden van de virtuele onderzeeboot draaien zich verrast om naar Rouwhorst. Nog geen twee minuten waren ze bezig met de gesimuleerde patrouille, op 100 meter diepte ergens in de Noorse Zee, op zoek naar een mogelijke onderzeeboot. De Amerikaanse student, als duty captain van de onderzeeboot, had net een begin gemaakt met het verzamelen van informatie over zijn omgeving, de mannen achter de sonarbeeldschermen maakten hun eerste zoekslagen. Maar de ochtend digitale onderzeebootoorlog werd ingekort tot slechts luttele minuten.
Reden: de trainer had kuren. Besloten werd om eerst de trainer weer op orde te krijgen en de volgende dag weer verder te gaan. Twee dagen had de trainer prima gedraaid, de derde dag helaas niet. Het zijn kinderziektes, legt hoofd trainer LTZ2OC Stef van der Velden uit, "we zoeken nog naar stabiliteit."
Wat is de Guardion Submarine Trainer?
De Guardion Submarine Trainer (GST), zoals de trainer in de praktijk op de Operationele School wordt genoemd, werd vorig jaar juni formeel geopend. Op termijn, als de laatste Nederlandse onderzeeboot het Instandhoudingsprogramma Walrusklasse (IPW) achter de rug heeft, zal de GST de oude GIPSY-trainer vervangen. De GST is dan ook vernoemd naar het nieuwe Combat Management Systeem van de IPW-boten en de bovenwaterschepen: Guardion.
De trainer... (Foto: Defensie)
en de praktijk. (Foto: Defensie)
Net zoals de GIPSY-trainer is de GST bedoeld om het operationele deel van de centrale van de onderzeeboot te simuleren en bevat niet alleen de digitale kaart, periscoop, radar, sonar en optronische mast, maar ook in zoveel mogelijk dezelfde look en feel van de echte centrales op de Walrusklasse. Inclusief het hoekje van de sonaroperator, inclusief alle knoppen boven de kaart (die 3D gescand en geprint zijn), inclusief de onderwatertelefoon met echte geluiden en bijbehorende vertraging.
Wat echt anders is, is de batterij schermen van 'de keuken', aan de andere kant van de ruimte. Hier zit de oefenleiding en zij bepalen welke contacten er zijn, welke schepen er door de periscoop te zien zijn, waar de temperatuurlagen zijn, etc.
In de GST kunnen aankomende commandanten opgeleid worden, hier kunnen bemanningen van onderzeeboten leren varen en vechten met de gemoderniseerde boot en bemanningen van IPW-boten kunnen er bepaalde situaties oefenen die zij straks tijdens een oefening of operatie kunnen meemaken.
De GST is overigens niet door een commercieel bedrijf gemaakt, in tegenstelling tot veel andere trainers in andere landen. Toen een marinedelegatie jaren geleden in het buitenland bij een commercieel bedrijf op bezoek was, bleek dat het bedrijf aan 75% van de wensen van de Onderzeedienst kon voldoen. Die avond zat de delegatie aan de bar in het hotel toen een van de medewerkers van wat nu JIVC/ SATS heet en toen CAMS Force Vision, ofwel het softwarehuis van de marine, dat zij zelf de trainer konden bouwen. En zo geschiedde.
Met beperkte middelen (het waren immers jaren van bezuinigingen en het was een sluitpost van het instandhoudingsprogramma) werd de opvolger van de GIPSY-trainer in huis gebouwd. Dat bood vele voordelen, want de lijnen waren kort, maar veel zaken moesten opnieuw worden uitgevonden. Dankzij briljante programmeurs werd een complexe trainer gebouwd, complexer dan de trainers voor de fregatten, binnen de tijd en voor minder dan het budget.
LTZ2OC Stef van der Velden over de trainer: "Hier woon ik." Van der Velden was vanaf het begin betrokken bij de GST en nam een schat aan ervaring mee; hij werkte decennialang in de commandocentrales van onderzeeboten. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
Nog niet klaar
Toch is het werk nog lang niet klaar. Zo bleek wel tijdens de ochtendsessie van de commandantenopleiding. Hoofd trainer LTZ2OC Van der Velden: "De bemanning komt in eerste instantie superlatieven tekort. Maar wie elke dag onder de motorkap kijkt, ziet dat er nog veel moet gebeuren. We willen bijvoorbeeld dat als een contact van koers of vaart verandert, de sonaroperator dat ook hoort. Dat is nog niet zo. Daarnaast is de GST nog niet stabiel. Maar er wordt voortdurend aan gewerkt, er zijn continu software updates."
"Overigens kreeg tot vier jaar terug de oude trainer nog jaarlijks updates om hem te verbeteren. Ik verwacht dat we pas over twee jaar zijn op het niveau van de oude trainer."
Toch vindt de Onderzeedienst het belangrijk om de trainer nu al in te zetten. KLTZ Willem Jan Rouwhorst is Teacher van de Nederlandse Submarine Command Course (SMCC), de commandantenopleiding die jaarlijks wordt gegeven. Aanstaande onderzeebootcommandanten uit de hele wereld volgen de cursus. Dat gebeurt al sinds halverwege de jaren '90 op de Walrusklasse, toen een van de modernste boten ter wereld, maar tegenwoordig varen buitenlandse cursisten op modernere subs. Dit jaar komen de cursisten uit Israël en de Verenigde Staten. In voorgaande jaren waren er Australische, Duitse, Canadese, Britse en Braziliaanse studenten.
Rouwhorst: "Internationaal gezien is het belangrijk dat we tijdens de SMCC een moderne onderzeeboot aanbieden. De Walrus is nog een analoge boot."
Zeker omdat veel studenten nieuwere boten gewend zijn, begint op te vallen dat de Walrusklasse verouderd raakt. Zo noemde een Amerikaanse student de Walrusklasse een aantal jaar geleden "antiek". Overigens moet daarbij vermeld worden dat de US Navy z'n boten sinds de jaren tachtig steeds moderniseert en volgens Rouwhorst "lichtjaren" voor is op Nederlandse onderzeeboten. Mede doordat alleen al het onderzoeksbudget voor onderzeeboten groter is dan de hele Nederlandse defensiebegroting.
Nu Zr.Ms. Zeeleeuw, de eerste gemoderniseerde boot, beschikbaar is, wordt de SMCC op die boot gegeven. Dus moet het deel van de SMCC in de trainer wel in de GST, en dat is deze keer voor het eerst.
De 'keuken' van de GST. Hier wordt de regie gevoerd tijdens de virtuele operatie. Geheel links LTZ2OC (TD) Frank Mulder, hij was samen met Van der Velden nauw betrokken bij de GST. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
UNOT 2.0
Ofschoon de GST een cruciaal onderdeel is in de SMCC, is er een andere trainer die voor de Onderzeedienst minstens zo belangrijk is. In dezelfde gang bevindt zich ook een ruimte met het uiterlijk van een computerlokaal, zonder alle extra's van de GST. Hier zit de UNOT, de Universele OB Trainer, voor de oude boten en de UNOT 2.0 voor de nieuwe boten.
De UNOT 2.0 is voor het oog niet meer dan een reeks dubbele beeldschermen, toetsenbord en joystick op lange tafels. Dit is echter de Guardion trainer, gebouwd door JIVC/ SATS, waar matrozen, korporaals en officieren de basis leren van hun werk. Hier kunnen ze werken met de optronische mast, sonar, Elektronische Oorlogvoering en leren ze binnen het team communiceren.
De GST is niet geschikt voor de basisopleiding, omdat dat één onderzeeboot voorstelt. In de UNOT 2.0 heeft iedere cursist zijn eigen virtuele onderzeebootje. Hier leren bijvoorbeeld de matrozen Operationele Dienst Operaties (ODOPS) die voor de Onderzeedienst hebben gekozen en net van de EMMV komen, hoe ze contacten op de sonar herkennen en welke handelingen ze moeten verrichten.
Behalve de lessen voor deze Eerste Vakopleiding (EVO), gaan ook korporaals voor de Voortgezette Vakopleiding (VVO) naar de UNOT 2.0, evenals de officieren voor de Commando Centrale Opleiding (CCO) voor de Onderzeedienst, de officieren die de nieuwe functie van TMOF (Target Motion Analysis Officier) en andere klasjes bijvoorbeeld voor het opwerken van onderzeebootbemanningen. In de UNOT 2.0 kunnen ook setjes worden gevormd van bijvoorbeeld een Assistent CCO en een sonaroperator, die als het ware samen in een commandocentrale zitten.
Van der Velden: "In de UNOT 2.0 leren velen dus de basis. Wat de cursist natuurlijk echt stimuleert is een run in de GST. Dat doen we zodra het kan."
De NL Submarine Command Course 2018. Geheel rechts Teacher KLTZ Willem Jan Rouwhorst, naast hem de vier studenten. De sergeant-majoor geheel links zorgt ervoor dat de opleiding goed is verzorgd, inclusief transport en verblijf. (Foto: Defensie)
Gevorderden
De studenten van de SMCC hebben hun basisopleiding tien jaar geleden gedaan. Zij zijn ervaren onderzeebootmannen en voelen zich thuis in de centrale van een onderzeeboot. Natuurlijk krijgen de buitenlandse studenten een familiarisatiemodule aangeboden om kennis te maken met de Nederlandse boten. Vooral voor Amerikaanse studenten is dat belangrijk omdat zij niet gewend zijn om met een dieselelektrische onderzeeboot te opereren, en daardoor ook heel anders met de periscoop werken.
Maar de basis is er. Rouwhorst: "Ik ga ze niet vertellen hoe een torpedo of een sonar werkt. We gaan wel vechten met een sub, maar de technische kennis moet al aanwezig zijn. Dat soort dingen leren ze in een opleiding als de CCO-opleiding. In de SMCC gaat het er om dat ze een switch maken van een officier van de wacht naar een functie als commandant. Dus dat er niemand meer achter je staat om te checken of het wel verstandig is wat je doet."
Ook het samenspel tussen de duty captain en zijn team is belangrijk. En daar komt een van de belangrijke elementen van de GST naar voren. Ondanks dat de GST een technisch hoogstandje is, is de bemanning in de GST minstens zo belangrijk als de techniek. Een technisch perfecte trainer zonder mensen bij de kaart of achter de sonarbeeldschermen, is geen goede trainer voor de Onderzeedienst.
Vroeger moest je rekenen, nu moet je informatie filteren
De GST moet immers de situatie op een IPW-onderzeeboot nabootsen. Willem Jan Rouwhorst ziet daardoor wel een element in zijn SMCC verloren gaan. "Voor de SMCC was het voordeel van de oude trainer dat de cursisten veel meer moesten nadenken."
Tijdens het Instandhoudingsprogramma worden boten voorzien van nieuwe software en nieuwe computers. De sonars blijven onveranderd, maar door de enorme toename aan rekenkracht kan veel meer gedaan worden.
Rouwhorst: "De mens hoeft minder te doen. De computer herkent sonarcontacten zelf. Voor het Instandhoudingsprogramma moest je de TMA [Target Motion Analysis, de berekening waar een contact is op basis van alleen peilingen, zonder de afstand te weten, JK] zelf berekenen. Dat deed je met je team. Je haalde informatie uit de sonar, de EOV [Elektronische Oorlogvoering], moest je goed kijken naar de informatie en bedenken hoe je meer info kon krijgen. Je moest uitrekenen wat de gemiddelde koerslijn van het contact is en het zigzagplan, als je een contact wilde naderen. Nu gaat dat automatisch. Guardion, het CMS, zegt nu waar je naar toe moet sturen, hoe hard je moet varen en wanneer je naar periscoopdiepte moet, als je op X duizend yards van het contact wil komen."
"In het verleden was er meer druk op de studenten door het vele rekenen. Nieuwe studenten weten niet eens meer welke berekeningen er achter zitten."
De commandant en bemanning van de gemoderniseerde onderzeeboten hoeven dus minder te rekenen. In een opleidingsomgeving kan dat inderdaad jammer zijn, in een conflictsituatie is dat prettig. Dat betekent echter niet dat men achterover kan leunen. De nieuwe soft- en hardware hebben een nieuw probleem gecreëerd: te veel informatie. "Er komt nu zoveel informatie binnen dat het lijkt alsof je water drinkt uit een brandslang," zegt Rouwhorst. "De uitdaging is nu de relevante info scheiden van irrelevante info. Wat kies je? Vroeger was er heel weinig info en moest je zoeken, nu is het een overload. Je bent meer informatiemanager dan operator geworden."
Geen rust
Ondanks een trainer die nog moet inslingeren en dat er minder gerekend hoeft te worden, is de druk op de studenten ouderwets hoog. De SMCC begon dit jaar op 8 januari met twee cursisten uit Israël, één uit Amerika en één uit Nederland. Een Britse onderzeebootman zou alleen het begin volgen.
Gedurende de eerste week was de SMCC-groep met de Zeeleeuw in de Noorse fjorden. Daar moest men wegduiken en aanvallen uitvoeren op Zr.Ms. Evertsen, Zr.Ms. Tromp en Zr.Ms. Van Amstel. Een hectische periode voor de studenten.
In de daaropvolgende fase, bestaande uit vijf weken in de trainer, werden diverse modules gegeven: onderzeebootbestrijding, oppervlakteoorlogvoering, navigatie, etc. Daarna volgen in de trainer de scenario's en komen alle bouwblokken samen. Patrouilleomstandigheden worden nagebootst. Hoewel er alleen overdag in de trainer wordt geoefend, loopt de patrouille op papier ook 's nachts door. De cursisten schrijven 's avonds de nachtorders en dat wordt ook meegenomen in het programma van de volgende dag.
Een van de voordelen van de nieuwe trainer is dat alles wat op de beeldschermen, periscoop, optronische mast en camera's verschijnt wordt opgenomen. 47 verschillende bronnen in totaal. Zo kan de Teacher tijdens een scenario overal meekijken én na afloop met studenten de handelingen en keuzes analyseren. In de briefingruimte van de trainer kunnen de beelden ook worden opgeroepen en door iedereen worden bekeken.
Na vijf weken verlaat de SMCC de trainer weer. Overigens staat de trainer dan niet leeg. Volgens Van der Velden had de GIPSY trainer de afgelopen 20 jaar een bezettingsgraad van 90 tot 95%. Tot de laatste Walrusklasse onderzeeboot over negen jaar uit dienst wordt gesteld, is er dus nog genoeg werk voor de Guardion Submarine Trainer.