Marineschepen.nl
 
   
 

Nederlandse onderzeebootcommandantenopleiding na ruim 25 jaar zonder Australische cursisten


Door: Jaime Karremann
Bericht geplaatst: 10-11-2022 | Laatst aangepast: 10-11-2022


Twee Australische onderzeebootofficieren slaagden vorige maand voor de Australische opleiding tot onderzeebootcommandant. Voor buitenstaanders lijkt dat geen nieuws te zijn, maar zo'n 25 jaar lang moesten Australische marineofficieren naar Den Helder om de uiterst intensieve opleiding te volgen. Sinds dit jaar hebben de Australiërs, voor het eerst, hun eigen opleiding. Dat is veel eerder dan verwacht. Wat betekent het kwijtraken van deze vaste klant voor de Nederlandse Onderzeedienst?

Australië
Een Australische cursist tijdens de Nederlandse onderzeebootcommandantenopleiding aan boord van Zr.Ms. Walrus in 2016. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Nederlandse marineofficieren kwamen voor het eerst in aanraking met een commandantenopleiding toen ze uitweken naar Groot-Brittannië tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Britten hadden een dergelijke opleiding al in 1917 opgezet om beter te selecteren en het niveau van de commandanten te verhogen.



Nederland besloot ook officieren naar de Britse Submarine Service te sturen. Pas als ze de loodzware opleiding hadden afgerond, kregen ze het commando over een Nederlandse boot. De zogenaamde Perisher-opleiding (formeel: Commanding Officers Qualifying Course, COQC) was internationaal; ook Canada en Australië zonden studenten naar het zuiden van Engeland.

In de jaren '90 nam de Britse marine afscheid van dieselelektrische onderzeeboten. De opleiding, inmiddels Submarine Command Course (SMCC) geheten, ging zich richten op nucleaire onderzeeboten. De SMCC voor dieselelektrische onderzeeboten ging over naar Nederland en de eerste Nederlandse SMCC ging van start in 1995 als internationale opleiding. Tijdens die eerste editie, onder leiding van Jan Wijbrands, waren naast twee Nederlanders ook een Deen en twee Australiërs van de partij.

Behalve de genoemde landen zonden later onder andere Canada, VS, Israël, Duitsland, Zweden, Zuid-Amerikaanse en Aziatische landen sindsdien sporadisch of vaker hun beste onderzeebootofficieren naar Den Helder voor waarschijnlijk de lastigste opleiding in hun loopbaan. Aan boord van een Walrusklasse onderzeeboot voeren ze naar onder andere Noorse en Schotse wateren om de fijne kneepjes van het vak te leren.

Teacher
De eerste Nederlandse Teacher was KLTZ Jan Wijbrands, hier rechts in beeld met in het midden vermoedelijk een Australische cursist. (Foto: Hans van Zwet/ Koninklijke Marine)

Australië kiest eigen koers
Vanaf het begin vormden de Australische cursisten naast de Nederlandse officieren de harde kern. Maar begin oktober maakte de Australische marine bekend dat de eerste Australian SMCC was afgerond.

Dat de Australiërs uiteindelijk afscheid zouden nemen van de Nederlandse SMCC was duidelijk toen zij vorig jaar besloten om nucleaire onderzeeboten aan te schaffen. Maar die nieuwe boten zullen pas over vijftien tot twintig jaar in dienst komen.

Het bericht van de Australische SMCC komt op een moment dat de Nederlandse Onderzeedienst geplaagd wordt door de gevolgen van een traag verlopende vervanging van de Walrusklasse, waardoor de operationele boten ouder zijn dan ooit en de Onderzeedienst zelfs terug moet naar twee boten. Ook het personeelstekort is nijpend.

De recente beslissingen dat de Onderzeedienst terug gaat naar twee boten hebben in ieder geval niets te maken met de keuze van de Australiërs, zo zegt Groepscommandant Onderzeedienst kapitein ter zee Jeroen van Zanten.

"De Australische wens om een eigen opleiding te starten, speelt al veel langer", zegt Van Zanten. "Ze zijn jaren geleden gestart met de vervanging van hun Collinsklasse onderzeeboten en daarbij werd ook al snel duidelijk dat ze het aantal eenheden wilden uitbreiden, verdubbelen zelfs. Dan heb je ook meer personeel en onderzeebootcommandanten nodig."



Australië heeft zes onderzeeboten, Nederland heeft sinds, de uitdienststelling van de Zwaardvisklasse in 1994, vier boten (van de Walrusklasse). Het aantal Australische onderzeeboten zou naar twaalf gaan, maar sinds het verscheuren van het contract met Frankrijk voor dieselelektrische boten en de keuze voor nucleaire boten is dat aantal bijgesteld naar voorlopig acht. Nog altijd veel meer dan Nederland.

Van Zanten: "Australië heeft altijd een grotere behoefte aan commandanten gehad en die hebben we steeds ingevuld. Maar op het moment dat zij nog groter gaan worden, beginnen we tegen de grens van onze SMCC aan te lopen."
"Daar komt ook bij dat hun operatieprofiel in de Pacific anders is dan die van ons. Dat is nooit een probleem geweest, maar ik kan me wel voorstellen dat als de wereld ook daar aan het veranderen is, zij meer invloed op die opleiding willen hebben."

Een ander punt dat Van Zanten aanhaalt is dat relatief veel Australische studenten de opleiding niet haalden. "Dat had te maken met dat ze een aanzienlijk personeelsprobleem hadden in Australië, waardoor ze mensen onze kant op hadden gestuurd die bijvoorbeeld nog onvoldoende ervaren waren."

De Australische marine benadrukt vooral het andere operatieprofiel als reden voor een eigen opleiding. "Die is grotendeels afgestemd op ons operatieprofiel, dat anders is vergeleken met wat we deden in de Europese cursussen. Het is echt afgestemd op wat een Australische commandant kan verwachten," zo zegt een van de marineofficieren achter de nieuwe cursus in een video van de Australische marine.



Nederlandse SMCC
Van Zanten: "Uiteindelijk is er in Australië een logische versnelling gekomen om de opleiding zelf te gaan geven. Twee jaar geleden hebben zij dat besluit genomen. We werden destijds wel verrast door de snelheid."

"Als het aan ons had gelegen hadden we ze zonder problemen langer kunnen ondersteunen", zegt Van Zanten. Ook met tijdelijk twee onderzeeboten. "Wij hebben minder commandanten nodig, dus kan je zeggen dat er meer ruimte is voor anderen."

"Met de verminderde capaciteit die we tegemoet gaan kunnen we dus ook de SMCC draaien. Dat is een kwestie van keuzes maken. Maar wat we precies willen in de toekomst, daar kan ik je het antwoord nu niet op geven, daar zijn we zelf ook niet uit. Het wordt interessant hoe we de Onderzeedienst ontwikkelen om door te varen tot de nieuwe boten komen. Daar zit een aantal kritische zaken in die we ook in de gaten moeten houden."

"Wat bij ons wel onder druk komt te staan door het kleiner worden van de organisatie, is de hele trein om zelf ook voldoende mensen op tijd gereed te hebben voor de opleiding."

De Onderzeedienst wordt nu kleiner en gaat naar twee boten, maar gaat over een jaar of tien naar vier nieuwe boten. "Wij zullen dus ook meer mensen moeten hebben en opleiden, want uiteindelijk gaan we meer onderzeeboten krijgen terwijl oude onderzeeboten in het begin nog doorvaren."

De maandelijkse nieuwsbrief van Marineschepen.nl

Lees hier meer over de inhoud van de nieuwsbrief

Toekomst opleiding
Australië was hofleverancier van cursisten, zijn er nog genoeg cursisten om de Nederlandse SMCC in stand te houden? Van Zanten: "We missen een vaste partner die mensen aanlevert. Maar er is voldoende animo in andere landen om mensen deze kant op te sturen, dus als we de opleiding willen vullen, kan dat."

"Wat je mist", gaat Van Zanten verder, "de Aussies hebben vergelijkbare boten als wij, maar de uitwisseling van kennis, informatie en ervaring, zoals we daar met elkaar er over spraken tijdens bijv. de SMCC, dat wordt minder intensief. Maar dat betekent niet dat wij de SMCC opeens maar énmaal in de drie jaar doen door vertrek van de Australiërs, want dat is dus niet waar."

De SMCC is ook voor de Onderzeedienst zelf van belang, zegt Van Zanten: "Een commandantenopleiding is meer dan alleen commandanten opleiden. Een onderzeeboot stel je voor deze opleiding bloot aan commando- en opleidingsaspecten in de hoogste vorm en de bemanning gaat mee in de opleidingscyclus. Dus de spin off van die opleiding is veel groter dan alleen nieuwe commandanten, namelijk ook een verhoogde gereedheid van de bemanning."

Ook kwalitatief blijft de SMCC op niveau volgens de Groepscommandant: "We houden een internationale opleiding. De opleiding staat in hoog aanzien en er sluiten mensen aan uit verschillende landen, waaronder grote SSK [dieselelektrisch] en SSN [nucleair] opererende landen. We houden het breed en we werken nadrukkelijk samen binnen de SMCC's met landen waar we capaciteit mee delen. Daar is niks aan veranderd en dat is ook niet beter of slechter geworden doordat de Australiërs een eigen opleiding zijn gestart."





comments powered by Disqus


Marineschepen.nl

Contact

Over deze site

Adverteren

Doneren
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

LinkedIn

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nieuwsoverzicht

Gerelateerde artikelen

Australië gaat nucleair

Eerste vrouw in SMCC

NL SMCC 2016

NL SMCC 2013