Verliest Rusland maritieme overwicht in Zwarte Zee?
Door: Frederik van Lokeren
Bericht geplaatst: 15-08-2023 | Laatst aangepast: 15-08-2023
De maritieme oorlogvoering in de Zwarte Zee heeft de afgelopen maanden een ondergeschikt belang gespeeld in het krijgsverloop binnen de Russisch-Oekraïense oorlog. Echter, in de laatste weken komt de maritieme oorlogsvoering weer op de voorgrond ten gevolge van het opschorten van het akkoord om Oekraïens graan te exporteren.
Vasily Bykov op archiefbeeld. De boegnummers zijn inmiddels overgeschilderd en ook de namen zijn van de schepen gehaald om het de Oekraïense krijgsmacht moeilijker te maken. (Foto: Russische marine)
Rust op zee
De afgelopen maanden werd de situatie in de Zwarte Zee gekenmerkt door een relatieve kalmte in gevechtsoperaties. De Russische marine beperkte zich grotendeels tot het afvuren van Kalibr kruisraketten in geregelde tijdstippen en het patrouilleren in de wateren nabij de Krim.
De kalme situatie op zee liet toe om afspraken te maken aangaande het exporteren van graan uit Oekraïne. Gezien de internationale politieke geladenheid aangaande deze graandeal was het zowel voor Oekraïne als voor Rusland in hun voordeel om de status quo op zee grotendeels te behouden. Enerzijds omdat Oekraïne zo inkomsten had om de oorlogseconomie te ondersteunen. Anderzijds kon Rusland niet eenzijdig de graandeal opzeggen zonder verdere politieke schade op het wereldtoneel op te lopen. Vooral Afrikaanse landen, die grotendeels neutraal blijven in de Russisch-Oekraïense oorlog, zijn sterk afhankelijk van Oekraïens graan.
Oekraïense drone-ontwikkeling
Ondanks de kalmte op zee zat Oekraïne niet stil in het ontwikkelen van de mogelijkheden om de dominantie van de Russische marine in de Zwarte Zee te doorbreken. De uitschakeling van de Oekraïense marine en het relatief beperkte bereik van de Neptune anti-scheepsraketten betekende dat Oekraïne niet over de mogelijkheden beschikte om de Russische marine nabij de Krim aan te vallen. Hierdoor kon Rusland ongehinderd Kalibr raketten afvuren van posities nabij de Krim.
Na de eerste inzet van varende drones in september 2022 ontwikkelde Oekraïne deze USV's in de herfst en wintermaanden van 2022-2023 verder. Sporadische aanvallen op de marinebasis te Sebastopol waren niet succesvol in het beschadigen van Russische schepen en de meeste drones werden onderschept en vernietigd door de Russische verdedigingssystemen aan de haveningang.
Mogelijk dienden deze sporadische Oekraïense aanvallen grotendeels om meer praktische informatie te verzamelen in het ontwerp, besturen en operationeel inzetten van maritieme drones tegen Russische oorlogsschepen. De aanvallen op Sebastopol hielpen ook om Russische verdedigingssystemen in deze sector vast te houden. Eveneens werden de Russen gedwongen om meer energie in patrouilles nabij Sebastopol uit te voeren.
De Ivan Khurs gezien vanaf de drone tijdens de aanval. Het Russische schip vuurde met een mitrailleur op de drone, maar weet deze niet uit te schakelen. (Beeld: still)
Aanval op Ivan Khurs als test?
Op 24 mei werd het Russische inlichtingenschip Ivan Khurs aangevallen door ten minste drie Oekraïense maritieme drones. De Ivan Khurs bevond zich op dat ogenblik op een positie van 140 kilometer ten noordoosten van de Bosporus.
De Ivan Khurs verdedigde zich met behulp van de 14.5mm KPVT machinegeweren die op de buitendekken gemonteerd waren en slaagde er in om minstens eén maritieme drone uit te schakelen. Eén maritieme drone slaagde er echter in om de achtersteven van de Ivan Khurs te bereiken maar kwam niet tot ontploffing waardoor de Ivan Khurs zonder schade kon terug keren naar de haven van Sebastopol.
De aanval op de Ivan Khurs was op dat ogenblik een ernstige escalatie van de Oekraïense kant. Oekraïne viel voor het eerst Russische oorlogsschepen op open zee aan met maritieme drones, een breuk met de sporadische aanvallen tegen de marinebasis te Sebastopol. De aanval leek echter een incident en er werden in die periode geen vervolgaanvallen uitgevoerd.
Begin augustus voerde Oekraïne een aanval uit op grote afstand van de eigen kust. De afstand Odessa - Novorossiysk is over zee (om de Krim heen) 650 kilometer. (Kaart: Openstreetmaps.org, bewerking: Marineschepen.nl)
Verandering in maritieme operaties
De aanvallen van Oekraïne tegen de brug over de Straat van Kertsj aan de Zee van Azov op 17 juli was voor Rusland de directe aanleiding om de graandeal op te schorten. Rusland verklaarde op 19 juli dat het een maritieme blokkade van de Oekraïense havens in plaats stelde en dat elk schip dat van en naar Oekraïne ging aanzien zou worden als een actieve participant aan de oorlog langs Oekraïense zijde, ongeacht de oorsprong van het land.
Oekraïne reageerde door de volgende dag te verklaren dat het eveneens een blokkade van de Russische kust zou instellen en dat Russische handelsschepen een legitiem doel zouden worden. Met beide zijden die een escalatie in maritieme operaties aankondigden is de kans vergroot dat de maritieme oorlogsvoering in de Zwarte Zee weer intenser gaat worden. Gezien het maritieme overwicht van de Russische marine en de beperkte inzetbare afstand waarop de Oekraïense drones tot dan werden ingezet, leek het dat Rusland in dit geval aan het langste eind zou trekken.
Verbazend genoeg was het Oekraïne die snel het initiatief naar zich toe trok in deze maritieme escalatie.
Eerst was er de aanval tegen de Sergei Kotov en Vasiliy Bykov, twee Bykovklasse patrouilleboten die in de Zwarte Zee patrouilleerden, vermoedelijk als onderdeel van de Russische blokkade van de Oekraïense kust. De aanval vond plaatst in de nacht van 31 juli op 1 augustus in een gebied 183 nautische mijl ten zuidwesten van Sebastopol.
Beide patrouilleboten waren in staat om de aanval af te slaan, een onbevestigd bericht van Oekraïense kant spreekt over een dode en vijf gewonden. Beide schepen trokken zich daarna terug naar Sebastopol.
De Olenegorskiy Gornyak, gezien van de USV begin augustus. (Beeld: Oekraïense marine)
De volgende Oekraïense aanval was spectaculairder en omvatte een rechtstreeks aanval met maritieme drones tegen de militaire haven van Novorossiysk op 3 augustus. Dit was de eerste aanval van Oekraïne tegen Novorossiysk. Rusland had de meerderheid van haar schepen in Novorossiysk gestationeerd, omdat deze locatie tot dat moment buiten het bereik van de Oekraïense drones waren. Vooral de Kiloklasse onderzeeboten en de landingsschepen bleven grotendeels in Novorossiysk.
De Oekraïense aanval was een succes omdat Rusland verrast was en omdat Oekraïne er in slaagde om een Russisch landingsschip uit de Ropuchaklasse te neutraliseren. Beelden van de aanval tonen aan dit landingsschip, de Olenegorsky Gornyak, niet terug schoot ondanks geruchten dat er extra machinegeweren op de buitendekken waren geïnstalleerd. De bemanning was mogelijk niet, of te laat op post, ondanks dat de aanval reeds enige tijd aan de gang was. Kustinstallaties hadden drones aan de haveningang aangevallen.
De Olenegorsky Gornyak werd aan bakboordzijde getroffen nabij de schouw. Als gevolg hiervan maakt het schip water en een ernstige helling naar bakboord. Het schip werd echter naar de kade gesleept en werd enkele dagen later opgemerkt in een droogdok voor herstelling met zichtbare schade aan de romp.
Een tweede aanval op 4 augustus werd uitgevoerd tegen de Russische tanker Sig die zich in de Straat van Kertsj bevond. Deze tanker, hoewel civiel, is reeds enkele jaren actief in het ondersteunen van Russische militaire operaties. Samen met de Yag, is de Sig geregeld op weg naar Syria om vliegtuigbrandstof te leveren aan de zowel de Syrische luchtmacht als de Russische luchtmachteenheid die in Syrië opereert.
De Sig werd door de maritieme drone getroffen bij de machinekamer die daarop water maakte. Als gevolg van de aanval was de Sig niet meer in staat om zelfstandig te varen. De tanker was op het moment van de aanval niet geladen, volgens onbevestigde berichten zou de tanker ingezet zijn om brandstof naar de Krim te transporteren.
Piracy at the international waters of the Black Sea by Russian Navy.
Russian MoD footage showing illegal inspection of dry cargo ship SUKRU OKAN under the flag of Palau in the southwestern part of the Black Sea with Ka-29 helicopter on August 13. pic.twitter.com/cDBbmpwPk9
Rusland dwong zondag in internationale wateren een koopvaardijschip tot stoppen. Het incident zorgt voor meer onrust in de Zwarte Zee, maar is vooral gericht op de graanexport en niet direct op de Oekraïense middelen om de Russische marine aan te vallen.
Commentaar – Russisch maritiem overwicht op de helling
De laatste Oekraïense aanvallen met USV's zijn de meest succesvolle tot nu toe. Niet enkel slaagt Oekraïne er in om maritieme drones in te zetten in gebieden die voor kort nog als veilig werden beschouwd, de schade die deze drones veroorzaken neemt ook steeds toe. Beelden van de aanval op de Olenegorsky Gornyak en de Sig laten zien dat men vaak de drones mikt op machinekamers.
Het is maar zeer de vraag of Rusland in staat is om goed te reageren op de Oekraïense droneaanvallen als deze plaats vinden in open wateren. Daarbij moet wel rekening gehouden worden dat Oekraïne bij de laatste aanvallen het verrassingselement met zich mee had door aanvallen uit te voeren in gebieden die tot voor kort nog als veilig werden bevonden. Als gevolg hiervan kan de algemene paraatheid van de scheepsbemanningen lager hebben gelegen.
Dat neemt niet weg dat Oekraïne vorderingen maakt in de maritieme oorlog. Hoewel de Ivan Khurs de droneaanval afsloeg, had het schip geluk dat de enige drone die door het spervuur van de Ivan Khurs was gekomen, niet explodeerde. Hierdoor kon de Ivan Khurs terugkeren zonder schade.
Een soortgelijke aanval op de twee Bykovklasse patrouilleboten werd ook afgeslagen, maar niet zonder verliezen aan Russische zijde. Daarna volgde dus een nieuwe, succesvollere aanval, verder weg van Oekraïne.
Het ziet er naar uit dat onder de huidige tendens het Russische maritieme overwicht in de Zwarte Zee op de helling komt te staan. Het recente incident met het koopvaardijschip Sukru Okan doet daar niets aan af, dat is een onderdeel van de huidige dynamiek van beide landen.
De uitdaging voor Rusland is om de Oekraïense drones succesvol te bestrijden en zo het tij te doen keren. Hiervoor dient de Russische marine wel de gepaste acties te ondernemen. Allereerst slaagt Rusland er niet in de productie van deze maritieme drones aan banden te leggen. Russische raketaanvallen focussen zich momenteel op het beschadigen van haveninstallaties om de export van Oekraïens graan te dwarsbomen. Er zijn tot op heden nog geen raketaanvallen gerapporteerd tegen de gebouwen waar de Oekraïense maritieme drones worden geproduceerd.
Russische schepen zijn ook nog niet in staat om alle droneaanvallen van zich af te slaan. De komende tijd zal moeten uitwijzen of de Russische marine heeft geleerd van de Oekraïense aanvallen. Het verhogen van het aantal machinegeweren op de dekken van de oorlogsschepen, alsmede extra trainingen in het afslaan van droneaanvallen zijn belangrijke eerste indicatoren.
Indien Rusland er niet in slaagt om het overwicht te behouden, is de kans groot dat Oekraïne de Russische blokkade kan doorbreken door Russische oorlogsschepen ver genoeg van de Oekraïense kust te houden of door de Russische marine te dwingen om grotendeels in de havens te blijven.
Auteur: Frederik Van Lokeren Frederik schrijft als freelancer voor Marineschepen.nl sinds 2022. Hij was als logistiek officier bij de Belgische marine (2010-2017) o.a. eenheids- commandant van mijnenjager BNS Lobelia tijdens de onderhousdsperiode en Hoofd Logistieke Dienst van het M-fregat BNS Louise-Marie. Nu is Frederik manager in de Supply Chain Business Consultancy bij Moore Belgium. Verder volgt Frederik nauwgezet maritieme en amfibische ontwikkelingen op de voet, met een specifieke interesse in de Russische marine en Marine Infanterie.