Marineschepen.nl
 
   
 

Nieuwe fase: vanaf november gaan onderzeebootbouwers met offerte aan de slag


Door: Jaime Karremann
Bericht geplaatst: 30-09-2022 | Laatst aangepast: 30-09-2022


Op 16 november gaat de Defensie Materieel Organisatie (DMO) de drie werven die nog in de race zijn voor de vervanging van de Walrusklasse een offerteaanvraag sturen. Op basis van die aanvraag zullen de werven hun offerte sturen waarna een winnaar kan worden gekozen. Om dit te kunnen doen is wel het budget verhoogd. Dat liet staatssecretaris Van der Maat vandaag in een brief aan de Tweede Kamer weten.


Archiefbeeld. (Foto: Defensie)

De offerteaanvraag, Request for Quotation (RFQ), is een belangrijke mijlpaal in het project. Begin dit jaar was aangekondigd dat deze in het vierde kwartaal van 2022 verzonden zou worden en nu de offerteaanvraag gereed is, lijkt dat te gaan lukken. Behalve een offerteaanvraag heeft DMO nu ook een beoordelingskader en een gunningsmodel opgesteld. Zodra de offertes ontvangen worden, moet DMO deze immers beoordelen en dat gebeurt niet alleen op de prijs.



Duurder
Die prijzen zijn wel hoger dan eerder verwacht. Formeel valt het project Vervanging Walrusklasse in de categorie 'meer dan 2,5 miljard', maar dat zegt niet veel over de echte hoogte van het budget. DMO houdt dat geheim om de onderhandelingen niet te verstoren. Eerder werd gesproken over een bedrag van 3,5 miljard euro voor vier boten. Nu zou dat hoger liggen; volgens De Telegraaf zou het gaan om 4,5 miljard, maar dat bedrag wordt dus niet bevestigd.

In de Voortgangsrapportage die eerder dit jaar is verschenen, werd al gemeld dat het budget te krap was. Er was onvoldoende ruimte om tegenvallers op te vangen en "er was geen rekening gehouden met de ontwikkelingen op de defensiemarkt", schrijft Van der Maat. De extra kosten worden opgevangen in de defensiebegroting, Van der Maat voegt daar aan toe dat "in de Defensienota al extra geld was gereserveerd voor het programma". Dat was niet eerder bekend.

Ondanks dat de onderzeeboten (weer) duurder worden dan gedacht, valt het op dat Van der Maat benadrukt dat het bij de onderzeeboten om veel geld gaat. Weliswaar is het een groot project voor Defensie. Maar voor de Nederlandse overheid, die volgend jaar 395 miljard euro gaat uitgeven, drukt een project als vervanging onderzeeboten waarvan de aanschaf en bouw ruim tien jaar duurt, niet zo zwaar op de begroting.

Om toch de kosten te proberen te drukken is gekeken naar de optie om offertes voor drie onderzeeboten in plaats van vier te vragen. Een boot minder bleek echter relatief weinig geld te schelen, maar wel een grote impact te hebben op de inzetbaarheid, zo schrijft Van der Maat. Daarnaast zou een dergelijke wijziging tot een jaar of meer vertraging leiden.



Eisen: geen 2076-sonar
Niet alleen met de offerteaanvraag heeft Defensie een belangrijke mijlpaal bereikt. Waar eerder kritiek was vanuit de werven over het uitblijven van de eisen met prioritering, waardoor de werven lang niet goed wisten waar de boot precies aan moest voldoen. Nu is er een beoordelingskader met geldigheidseisen; eisen waar de werf in ieder geval aan moet voldoen. En er zijn secundaire eisen op basis waarvan een keuze wordt gemaakt.

Niet alle eisen zijn zonder aanpassing blijven staan. Een insider sprak jaren terug tegenover Marineschepen.nl van een "lange lijst aan eisen" die al vanaf een vroege fase van het project bestond. Een aantal concepteisen bleek te duur. Daarom is een aantal eisen, zo schrijft de staatssecretaris, in overleg met het Commando Zeestrijdkrachten en de Onderzeedienst, aangepast.

Een voorbeeld van een wens die niet tot een eis is gemaakt, is de Thales UK 2076-sonar die DMO en de marine lang op deze boten wilden hebben. Deze sonar wordt ook gebruikt op de Britse nucleaire boten van de Astuteklasse en de toekomstige Dreadnought's. Meerdere bronnen hebben Marineschepen.nl laten weten dat deze sonar niet vereist zal zijn voor de nieuwe onderzeeboten. De reden zou zijn dat de kosten en risico's om deze sonar in het ontwerp te plaatsen te groot zouden zijn vergeleken met de extra prestaties. Het integreren van een sonar in een bestaand ontwerp heeft een grote impact op het ontwerp.

Dat Defensie zelf systemen kiest die aan boord moeten van een nieuw schip of onderzeeboot, is niets nieuws. De keuze voor bijvoorbeeld radars, wapens en het CMS (software in de commandocentrale) wordt al sinds mensenheugenis door de marine (en later DMO) bepaald. Voor de mijnenbestrijdingsvaartuigen is die keuze aan de werf overgelaten en zijn alleen de prestaties van een door de werf te kiezen systeem vastgelegd. Als DMO zelf een systeem kiest dat kan afwijken van de systemen die de werf standaard kiest, zijn er kosten en risico's aan verbonden. Omdat DMO geen recente ervaring met en minder kennis heeft over onderzeeboten, is men hier terughoudend in, zoals de directeur DMO VADM De Waard eerder in een interview toelichtte.

Astuteklasse
HMS Ambush, een onderzeeboot van de Astuteklasse. (Foto: Britse marine)

Toch is er ook in dit project sprake van GFx (Government Furnished Equipment, Information, Software). "Het betreft bewapening, beveiligde communicatie en informatienetwerken. De informatie hierover ie gerubriceerd", schrijft Van der Maat. Meer informatie geeft Van der Maat dus niet. Duidelijk is wel dat de sensoren als sonars ontbreken in de opsomming. Bij bewapening van onderzeeboten valt te denken aan torpedo's en kruisvluchtwapens. De kruisvluchtwapens voor fregatten én onderzeeboten zullen, zo staat in de brief, onder een ander project vallen. Voor zover bekend wil DMO vasthouden aan de Amerikaanse Mk48-torpedo's die momenteel gemoderniseerd worden en is het waarschijnlijk dat die als GFx zijn aangemerkt. Geen van de marines biedt standaard de Mk48 aan, maar een dergelijke torpedo zal voor de werven geen struikelblok zijn. (De integratie van de Amerikaanse torpedobuizen in het ontwerp van de Walrus heeft wel wat voeten in de aarde gehad, maar dat is een verhaal op zich.)

Of het Guardion-CMS van Maritieme IT dat nu ook op de Walrusklasse en andere bovenwaterschepen draait, terug komt in de nieuwe boten is erg onzeker. Ook zo'n programma heeft grote impact op het ontwerp omdat tal van sensoren en wapensystemen aan gekoppeld zijn.

Help je Marineschepen.nl?
Met jouw donatie kan Marineschepen.nl -onafhankelijk- nieuws- en achtergronden blijven publiceren.




Of scan deze QR-code met je telefoon.
QR

Meer info over donaties aan Marineschepen.nl lees je op de donatiepagina.

Nederlandse inbreng
De afgelopen jaren leek de Nederlandse inbreng in de nieuwe onderzeeboten steeds verder uit zicht te raken, ondanks diverse moties in de Tweede Kamer. Deelname van de Nederlandse industrie aan dit project is en blijft onzeker. De werven zullen niet verplicht worden om het Nederlandse bedrijfsleven te betrekken bij het onderzeebootproject. Maar de werven kunnen wel punten scoren in de aanbesteding als zij "bedrijven [betrekken] voor de (door)ontwikkeling, engineering, productie, assemblage en/of instandhouding van kritieke systemen. Hiermee stimuleert Defensie dat Nederlandse bedrijven in de toeleveringsketen van de kandidaat-werven worden opgenomen ten behoeve van het wezenlijk nationaal veiligheidsbelang".

Het is wel een vereiste om het onderhoud en modernisering zoveel mogelijk onder regie van de Directie Materiële Instandhouding (DMI) te doen.

IPW Zeeleeuw
De Zeeleeuw in 2015 na modernisering. De vier Walrusklasse boten zijn oud en dus zullen er op termijn twee uit dienst worden gesteld. Om te voorkomen dat ook de laatste twee niet meer kunnen varen door ouderdom, is er haast geboden. (Foto: John van Helvert/ Defensie)

Tien jaar de tijd
De eerste twee nieuwe onderzeeboten moeten in de periode 2034-2037 volledig operationeel inzetbaar kunnen worden verklaard. Defensie scherpt die eis nu aan. De werven zullen bij hun offerte een schema moeten overhandigen, waaruit blijkt wanneer de boten gebouwd en opgeleverd gaan worden. De werven krijgen na contractondertekening maximaal tien jaar de tijd om de eerste twee boten te bouwen en de proefvaarten te doen.

Eerder opleveren van de boten wordt niet beloond in het gunningsmodel, omdat werven dan mogelijk minder tijd zouden nemen voor bijvoorbeeld het ontwerp en dit onrealistische planningen in de hand zou werken.

Voor het tot contractondertekening komt moeten de werven eerst hun offertes maken. Daar kunnen ze vanaf 16 november echt mee aan de slag. Defensie verwacht dat de werven in de zomer van 2023 hun offertes insturen. Eind 2023 zal dan een werf tot winnaar worden uitgeroepen.



comments powered by Disqus


Marineschepen.nl

Contact

Over deze site

Adverteren

Doneren
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

LinkedIn

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nieuwsoverzicht

Gerelateerde artikelen

Dit gaat er mis met vervanging onderzeeboten

Interview staatssecretaris vervanging onderzeeboten