Marineschepen.nl
 
   
 

City- en Vlissingenklasse mijnenbestrijdingsvaartuigen (België en Nederland)


Laatst aangepast: 21-10-2023

Momenteel wordt gewerkt aan twaalf nieuwe mijnenjagers, of beter: mijnenbestrijdingsvaartuigen, voor België en Nederland. België noemt deze schepen de Cityklasse, Nederland de Vlissingenklasse. Deze schepen en hun toolboxen worden door Naval Group en Exail (voorheen ECA Group) geleverd, de eerste in 2024. Een deel van de werkzaamheden zullen in België plaatsvinden, daar (in Zeebrugge) zullen de schepen ook hun thuishaven hebben. Voor Nederland is het de eerste keer dat marineschepen in Frankrijk worden gebouwd en de eerste keer dat marineschepen onder leiding van een ander land voor Nederland zijn besteld, en voor het eerst dat Nederlandse schepen in het buitenland zijn besteld.

Belgium Naval Robotics
Maquette van het eerste schip van België, de toekomstige BNS Oostende (M940). (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Mijnenbestrijdingsmoederschip
De nieuwe mijnenbestrijdingsvaartuigen zullen vooral mijnenbestrijdingsmoederschepen worden met een mix van luchtdrones, onbemande vaartuigen, onderwaterdrones en duikers die al naar gelang de mijnendreiging ingezet kunnen worden. Deze mijnenbestrijdingsmiddelen worden samen een MCM-toolbox genoemd (MCM = Mine Countermeasures, mijnenbestrijding). Belangrijk is bovendien dat de systemen autonoom ingezet kunnen worden; ze kunnen zelf denken en de rol van de mens wordt verder teruggedrongen. Zo moeten mijnen sneller en efficiënter kunnen worden geruimd dan nu het geval is.



Het moederschip zal een bereik krijgen van meer dan 3500 zeemijlen, langdurig 15 knopen kunnen varen en 30 dagen op zee kunnen blijven. Daarnaast moet het schip o.a. accommodatie en communicatiemiddelen hebben zodat een mijnenbestrijdingsstaf het commando kan voeren vanaf het mijnenbestrijdingsplatform.

De bestrijding van mijnen moeten de schepen wereldwijd kunnen doen, als onderdeel van een maritieme taakgroep en in gebieden met een dreiging. Zij moeten dat kunnen doen in uiteenlopende weersomstandigheden en tot op grote diepte.

De mijnenbestrijdingscapaciteit zal voldoende flexibiliteit moeten bieden voor toekomstige updates. De schepen moeten overigens zo´n 30 jaar meegaan, de systemen uit de toolbox kunnen wel sneller vervangen worden.

Behalve mijnenbestrijding, moeten de schepen ook ingezet kunnen worden voor bijvoorbeeld noodhulp. Voor de primaire en secundaire taken zullen de moederschepen voorzien worden van een modulaire ruimte. Hier kunnen afhankelijk van de operatie verschillende systemen geplaatst worden.

mijnenbestrijding
Bij het mijnenbestrijden van de toekomst zal de focus liggen op autonome systemen. Voor deze schets van voor 2019 zijn fictieve systemen gebruikt. (Beeld: Defensie)

Belgium Naval Robotics
Een van de oude artist impressions van de mijnenbestrijdingsvaartuigen. (Beeld: Belgium Naval & Robotics)

Projectopzet en planning
Nederland en België besloten om samen nieuwe fregatten en mijnenbestrijdingsvaartuigen aan te schaffen. De vervanging van de mijnenjagers werd in handen van België gelegd (de Defensie-inkooporganisatie DGMR) en de Nederlandse evenknie DMO kreeg de leiding over de nieuwe fregatten.

Eind januari 2018 werd door de Belgische regering akkoord gegeven op het plan van minister van Defensie Steven Vandeputte voor aanschaf van zes mijnenbestrijdingsvaartuigen en hun tools. Voor de opdracht trekt België 900 miljoen tot 1,1 miljard euro uit.

In het voorjaar van 2018 tekenden Nederland en België een Memorandum of Understanding voor gezamenlijke verwerving. België en Nederland stelden samen de technische specificaties op van de mijnenbestrijdingsvaartuigen. Het ontwerp en de bouw werd daarna Europees aanbesteed, waardoor alle scheepswerven mee konden dingen naar de opdracht.

Een winnaar moest eind 2018 worden aangewezen, dat werd maart 2019. Zie voor meer informatie over de aanbesteding, het deel hieronder.

In mei 2020 werd door Marineschepen.nl geschreven dat het project vertraagd was door corona, maar dat bleek (toen nog) onjuist. Het project ligt nog op schema.

Later bleek er toch nog enige vertraging te zijn, zo werd bekend tijdens Prinsjesdag 2020. In februari 2021 bleek de vertraging iets te zijn opgelopen: de bouw van het eerste schip was met vier maanden vertraagd van februari 2021 tot juni 2021. Het tweede schip had een vertraging van twee maanden. Het derde schip nog geen vertraging.

Op 23 mei 2024 moest het eerste schip, de Oostende, worden overgedragen aan België, dat is eind 2024 geworden. De Vlissingen, voor Nederland, volgt in 2025.



Aanbesteding
Deelnemers in de strijd waren: Belgium Naval & Robotics (waarin de Franse bedrijven Naval Group en ECA de hoofdmoot vormen), Damen en Imtech Belgium, en Sea Naval Solutions (de Belgisch-Franse combinatie bestaande uit EDR, Chantiers de l'Atlantique, Thales en Socarenam). Saab trok zich in september 2018 terug, Navantia viel in die periode ook af om financiële redenen.

Hoewel Nederland zich formeel nog niet had uitgesproken over vervanging van de mijnenjagers, maakte het Frans-Belgische consortium Sea Naval Solutions (STX France, Socarenam en EDR) eind januari 2018 bekend zich te zullen mengen in de strijd om de bouw van de mijnenbestrijdingsvaartuigen. Sea Naval Solutions berichtte dat het DeviceSeas-concept wordt voorgesteld. Het aangepaste concept behelsde een schip met een waterverplaatsing van 3700 ton, lengte van 80 meter en breedte van 15 meter, 60 bemanningsleden, twintig varende drones, en een dek voor UAV's.

In oktober 2018 leverden de drie consortia hun finale voorstel in. In januari 2019 maakten Damen en Imtech Belgium hun voorstel wereldkundig. Op 15 maart 2019 werd bekend dat Belgium Naval & Robotics (Naval Group en ECA) de twaalf schepen en hun toolboxen gaan bouwen. Vanaf het begin werd de Franse werven de meeste kansen toegedicht. Naval Group zou met een korting van 200 miljoen euro de deal in de wacht hebben gesleept.

Op 22 mei 2019 werd de opdracht voor de bouw definitief gegund aan Belgium Naval & Robotics.

Vervanger Tripartite
Vervanger Tripartite
Zoek de verschillen. Het bovenste beeld in van maart 2019, onderste van mei 2019. (Beeld: Belgium Naval & Robotics)

Ontwerp en bouw
Volgens de cijfers die op 15 maart 2019 tijdens de persconferentie door de Belgische defensie werden meegedeeld zouden de schepen 95 meter lang zijn en 15,5 meter breed. Eind mei waren die specs gewijzigd in een lengte van ruim 81 meter en een breedte van 17 meter. Later zijn de schepen verlengd met ruim een meter, om de stabiliteit te verbeteren. Ook is later de kraan verplaatst vanwege de stabiliteit.

De schepen worden gebouwd op meerdere werven. Dat is overigens een keuze die het consortium al langer geleden maakte, waar het binationale projectteam zich overigens niet in mengt; waar de schepen worden gebouwd is aan de hoofdaannemer, als de werf zich maar houdt aan de afspraken.
De eerste schepen worden volledig in Frankrijk gebouwd omdat het projectteam zeker wil zijn van het design en de kwaliteit.

Een overzicht van het prorgamma voor de twaalf schepen:
1. Oostende (B) - Bouw door Piriou te Concarneau
2. Vlissingen (NL) - Bouw door Kership te Lorient, afbouw door Piriou
3. Tournai (B) - Casco in Polen en Frankrijk, afbouw door Piriou
4. Scheveningen (NL) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
5. Brugge (B) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
6. IJmuiden (NL) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
7. Liège (B) - Volledige bouw door Kership te Lorient
8. Harlingen (NL) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
9. Antwerpen (B) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
10. Delfzijl (NL) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
11. Rochefort (B) - Casco in Roemenië, afbouw Frankrijk
12. Schiedam (NL) - Bouw door Kership te Lorient

Op 19 juli 2021 werd het eerste staal gesneden. Dat gebeurde op de scheepswerf Crist in Gdynia, Polen. Dat Crist die opdracht had gekregen was tot de 19e publiekelijk niet bekend.

Op 30 november 2021 had de kiellegging van de Oostende plaats op de Franse scheepswerf Piriou in Concarneau.
De kiellegging van het eerste Nederlandse schip, de Vlissingen, volgde op 14 juni 2022.



29 maart: ceremoniële tewaterlating van de Oostende (schip lag al sinds 22 februari in het water). Tewaterlating van de Vlissingen was op 29 september 2023, de ceremoniële tewaterlating op 19 oktober 2023.

Oostende
Hier komen de hutten voor de officeren. De alimuniumkleurige hokjes zijn de wc- en douchecabines die straks onderdeel zullen uitmaken van deze hutten. Foto van de Oostende op 19 oktober 2023. (Foto: Defensie)

Oostende
De commandocentrale van de Oostende in aanbouw op 19 oktober 2023. Hier is te zien dat het dek verend is opgesteld; er is een vering geplaatst onder het dek, zodat deze de klap opvangt van een eventuele mijnexplosie. (Foto: Defensie)

Toolbox: de onbemande systemen
Het belangrijkste element van de nieuwe mijnenbestrijdingscapaciteit is natuurlijk de MCM-toolbox, ofwel de set aan onbemande systemen waar de schepen de mijnen mee gaan opsporen en onschadelijk maken.
Hieronder een overzicht.

Inspector
De oppervlaktedrone (Unmanned Surface Vehicle, USV) INSPECTOR 125, plus het launch & recovery systeem waarmee de USV drones te water kan laten. Dit onbemande scheepje van 12 meter kan diverse drones meenemen en zelfstandig te water laten en weer aan boord nemen. Van deze versie zullen twintig exemplaren voor Nederland en België worden gebouwd. (Beeld: Exail)

A 18-M
De autonome onderwaterdrone (Autonomous Underwater Vehicle, AUV) A 18-M kan zelfstandig op zoek naar uiteenlopende dreigingen zoals mijnen, geïmproviseerde explosieven of vervuiling. Maar deze robot kan ook de zeebodem in kaart brengen. (Beeld: Exail)

T-18M
De T-18M is een sonar die gesleept wordt achter bijvoorbeeld de USV. (Beeld: Exail)

Seascan Mk2
De identificatiedrone Seascan is in Nederland en België eigenlijk de vervanger van de Seafox I (van Atlas Elektronik) en moet een verdacht object naderen zodat dit object aan boord van het schip kan worden geïdentificeerd. (Beeld: Exail)

K-STER
De mijnneutralisatiedrone K-STER C is de vervanger van de Seafox C. Zodra het verdachte object een explosief blijkt, kan deze drone het explosief vernietigen. De drone zelf zal daarbij ook verloren gaan. (Beeld: Exail)

Patria Sonac
Illustratie van de Patria Sonac ACS. Het systeem zal worden gesleept door de USV, een onbemand vaartuigje, ver weg van het moederschip. (Beeld: Patria)

De drones (behalve de vliegende drone) moeten worden gemaakt in de drone-fabriek in Oostende, dat werd begin 2020 bekend. Voor de twaalf nieuwe Belgische en Nederlandse schepen moeten zo'n honderd onder- en bovenwaterdrones worden gemaakt. In 2022 moet de fabriek operationeel zijn, maar dat kan door de coronacrisis flink later worden. De fabriek wordt in de haven op een braakliggend terrein gebouwd, de fabriek zal een oppervlakte van 5.000 m2 krijgen.

drones
De locatie (bij benadering) van de nieuwe fabriek in Oostende. (Beeld: Google, bewerking: Jaime Karremann)

De investering voor de bouw van de fabriek en de opstart van de productie bedraagt ongeveer 10 miljoen euro, zo meldde ECA in een persbericht.

Bedrijven
De volgende bedrijven hebben meegewerkt aan het ontwerp, de bouw van dit project, of hebben producten of diensten geleverd (en hebben een bedrijfspagina):

Saab logo

Terma logo

Geïnteresseerd in een bedrijfspagina? Kijk hier voor meer informatie

Belgium Naval Robotics
In deze voorlopige configuratie zijn de Sea Eagle FRCO (1) en de Sea Eagle FCEO (2) te zien, plus het BAE Systems Bofors 40 Mk4 kanon (3), 12,7 mm Sea deFNder FN Herstal (4) en de 7,62mm machinegeweren (5). (Beeld: Belgium Naval & Robotics)

Wapensystemen en sensoren
De schepen zullen een Bofors 40 Mk4 kanon van BAE Systems krijgen, de FN Herstal Sea deFNder remotely operated weapon system met een kaliber van 12,7 mm, meerdere 7,62 MAG machinegeweren, en non-lethal weapons zoals een waterkanon en long range accoustic device (LRAD).

Behalve een zee-/ luchtbeeldradar en vuurleiding, krijgen de schepen ook een mine avoidance sonar. Het is immers de bedoeling dat de schepen uit het mijnengevaarlijk gebied blijven, maar om dat te kunnen opmerken moeten zijn wel de middelen hebben om dat -los van de tools- te kunnen zien.

Van welk merk de wapens en sensoren zullen zijn, was in het voorjaar van 2020 nog niet bekend, wel dat deze specificaties vast staan. In de loop van 2020 en 2021 werden de meeste systemen gecontracteerd.

Bevestigd:

40 MK4
(Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

BAE Systems Bofors 40 Mk4 kanon
In gebruik sinds 2015 en in dienst bij de Braziliaanse, Zweedse en Finse marine. De Bofors 40 Mk4 is een 40 mm kanon, geschikt om in te zetten tegen schepen, vliegtuigen, raketten en doelen op land. Het kanon heeft een vuursnelheid van 300 schoten per minuut en een bereik van maximaal 12,5 km. In het kanon is ruimte voor 100 granaten.

FN Herstal
(Foto: FN Herstal)

FN Herstal Sea deFNder
12,7mm Remote Weapon Station van de bekende wapenfabrikant FN Herstal uit België, gebaseerd op de deFNder Medium en geïntroduceerd in 2014. Het is dus een vanuit de commandocentrale bediende .50. Geschikt voor o.a. FN M2HB-QCB en de FN M3R. De M2 is momenteel de standaard op de Nederlandse vloot en ook deze, minder geavanceerde, loop is gekozen uit kostenoverweging. Vuursnelheid van de M2 is ongeveer 500 schoten per minuut, van de nieuwe M3 is dat 1.100 per minuut.

Overigens krijgen België en Nederland een nog nieuwere versie van de Sea deFNder, zo liet een medewerker van FN Herstal weten tijdens de defensiebeurs DEFEA in Athena. De nieuwe versie heeft een volledig digitaal beeldsignaal waardoor het beeld in de commandocentrale veel beter is. Het wapen wordt mogelijk op meer punten aangepast en het uiterlijk stond in juli 2021 nog niet definitief vast.

Alternatieven waren: Oto Melara Hitrole (momenteel a/b OPV's en Karel Doorman), Rafael Typhoon Naval, Elbit Systems Naval RWS en vele andere.

Terma
(Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Terma Scanter 6002
Medium range zee- en luchtbeeldradar (voor lage luchtruim) van het Deense Terma, werd begin 2021 gecontracteerd. Bedoeld voor kleine doelen op zee en in de lucht, zoals de eigen drones maar ook inkomende varende en vliegende contacten.

NS50
De NS50 voor het eerst gepresenteerd op Euronaval 2018. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Thales NS50
De NS50 is een X-bandradar met een bereik van 180 km en kan ingezet worden om zee- en luchtdoelen te detecteren. Deze radar fngeert ook als vuurleidingsradar voor het 40 mm kanon.
De radar is de kleinste telg uit de familie van AESA-radars uit Hengelo en is familie van de SMART-L MM/N (LCF'en) en de NS100 (Zr.Ms. Rotterdam en Johan de Witt). De NS50 is een erg geavanceerde radar met techniek die geïntroduceerd werd om razendsnel het luchtruim te kunnen afzoeken naar luchtdreigingen. De NS50 is dankzij de AESA-techniek namelijk in staat om een groot aantal elektronisch gestuurde radarbundels te verwerken (terabytes per seconde), in tegenstelling tot gewone radars die met één radar bundel werken. De NS50 draait wel, maar kan tijdens het draaien ook naar links en rechts kijken, en de radar kan in een groot aantal verschillende frequenties uitzenden.
Alternatieven waren: o.a. BAE Systems AWS-10 2D, Terma Scanter 4603

Chess Dynamics Sea Eagle FCEO
Niet te verwarren met de FRCO, want deze heeft alleen warmte- en tv-camera's en geen radar. Dit is een volledig passief vuurleidingssysteem. De FCEO is geschikt om doelen op land, in de lucht en op zee aan te wijzen voor de kanons.
Alternatieven: o.a. Saab EOS 500, Terma C-Fire EO, Thales Mirador, Leonardo MEDUSA MK4/B

Software
De mijnenbestrijdingsvaartuigen zullen in eerste instantie worden uitgerust met het combat management systeem (CMS) van Naval Group, genaamd Polaris. Dit systeem is bedoeld voor schepen die laag in het geweldspectrum opereren. bijvoorbeeld patrouilleschepen. Onder andere de Gowindklasse OPV's van de Franse marine varen met deze software.

Hier aan gekoppeld is de mijnenjachtsoftware Umisoft, bedoeld voor het opereren met onbemande systemen.

Naamsein Naam In dienst Uit dienst
M940 Oostende (BE) 23-12-2024 -
M840 Vlissingen (NL) 23-06-2025 -
M941 Tournai (BE) 23-01-2026 -
M841 Scheveningen (NL) 23-06-2026 -
M942 Brugge (BE) 23-12-2026 -
M842 IJmuiden (NL) 23-06-2027 -
M943 Liège (BE) 23-12-2027 -
M843 Harlingen (NL) 23-06-2028 -
M944 Antwerpen (BE) 26-12-2028 -
M844 Delfzijl (NL) 25-06-2029 -
M945 Rochefort (BE) 24-12-2029 -
M845 Schiedam (NL) 24-06-2030 -
Afmetingen 82,6 x 17 X 3,8 m
Max. waterverplaatsing 2.900 ton
Max. snelheid 15,3 knopen (bij seastate 4)
Bemanning 29 (accommmodatie 63, voor bijv. MCM-staf)
Voortstuwing 2x MEP 1800 kW
Wapensystemen Bofors 40mm kanon
2x 12,7mm FN Herstal Sea deFNder
4x 7,62mm MAG
2x waterkanon
2x LRAD akoestisch wapen
Sensoren Terma Scanter 6002 zee- en luchtbeeldradar
Thales NS54 luchtbeeldradar
2x Navigatieradars
2x Chess Dynamics Sea Eagle FCEO camerasysteem
Vuurleiding
UAV-directie
iXblue Mine avoidance sonar
Communicatie V/UHF
HF
SATCOM
L22
Astrid/ C2000
GSM
GMOSS
Aanvullende eenheden 2x Skeldar V-200 vliegende drone
USV Inspector 125 voor comms en vervoer drones
ECA Seascan ROV die mijnen identificeert
ECA K-STER C ROV die mijnen uitschakelt
ECA A18-M AUV autonome drone
ECA T18-M gesleepte drone
Patria Sonac ACS mijnenveegdrone
Duikers
2x 7m SOLAS Viking RHIB




Marineschepen.nl
Contact
Over deze site
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nederlandse marineschepen
Belgische marineschepen
Marineschepen wereldwijd

Bedrijven
Saab

Terma

Gerelateerde artikelen
Alle artikelen mijnenbestrijdingsvaartuigen

Wapens en sensoren (Deel 3)

Bouw en onderhoud (Deel 2)

Stand van zaken MCM (Deel 1)

Marine huurt testschip voor mijnenbestrijding

Drone-fabriek in Oostende

Details bekend

Definitieve gunning

Kritiek op winst Naval Group

Naval Group wint

Naval Group grootste kanshebber

Voorstel van Damen en Imtech

Europese aanbesteding Belgisch-Nederlandse mijnenjagers

Nieuw concept mijnenbestrijding

Mijnenjagen op afstand

België investeert