Afgelopen dinsdag is de bouw van de nieuwe type 212CD onderzeeboten voor de Duitse en Noorse marine begonnen. In Kiel werd in, de door ThyssenKrupp Marine Systems (tkMS) nieuwgebouwde hal, het eerste staal gesneden. In totaal worden er zes onderzeeboten gebouwd, waarvan de eerste in 2029 opgeleverd moet worden.
Illustratie van de 212CD voor de nieuwe onderzeeboothal. (Beeld: tkMS)
Bij het snijden van het staal waren Boris Pistorius en Bjørn Arild Gram, de ministers van Defensie van beide landen, aanwezig. Duitsland en Noorwegen besloten gezamenlijk op te trekken in het project en daartoe werd op 8 juli 2021 een contract ondertekend met tkMS.
In totaal gaat het om zes onderzeeboten, waarvan er vier voor de Noorse marine en twee voor de Duitse marine bestemd zijn. De verwachting is dat de eerste onderzeeboot in 2029 aan Noorwegen geleverd kan worden. Duitsland zal vanaf 2032 en 2034 beschikken over de derde en vijfde onderzeeboot van de serie.
Het is de eerste keer dat Noorwegen en Duitsland over dezelfde onderzeeboten zullen beschikken. De zes exemplaren zullen identiek zijn op een paar technische details na. De kleine verschillen bestaan vooral uit specifieke voorkeuren waar de twee landen extra belang aan hechten.
Verder zal er een gedeeld gebruiksbeheersysteem worden opgezet, dat zowel de opleiding van bemanningen als logistiek personeel omvat. Het voordeel hiervan is een grote mate van interoperabiliteit en dat de twee landen dezelfde materiële benodigdheden hebben.
Nieuwe generatie
De Type 212CD onderzeeboten zijn deels afgeleid van de Type 212A onderzeeboten die sinds 2005 dienstdoen bij de Italiaanse en Duitse marine. Een eerste verschil tussen de twee series is dat er bij de 212CD sprake is van een hoger tonnage, maar daarnaast is er gebruik van meer en nieuwe dieselmotoren (MTU 4000), de introductie van lithium-ion-batterijen naast buitenluchtonafhankelijke voortstuwing (AIP) en een nieuw combat management systeem.
De nieuwe onderzeeboten zullen volgens tkMS 74 meter lang, 13 meter hoog en 10 meter breed worden. De waterverplaatsing is 2,500 ton als het aan de oppervlakte vaart, wat een toename is van 65 procent ten opzichte van de 212A serie.
In totaal gaat het om een programma ter waarde van 5,5 miljard euro. Het type 212CD-project is daarmee de grootste order in de geschiedenis van tkMS.
De bouw begon niet met de kiel, maar met het voorste deel van de drukhuid. (Foto: Hans Uwe Mergener)
Type 212CD E
Ook voor Nederland is de start van de bouw interessant. Deze onderzeeboten vormen de basis van de '212CD Expeditionary' onderzeeboten, die tkMS aan Nederland heeft voorgesteld als vervangers van de Walrusklasse.
In eerste instantie werd ook aan Nederland de 212CD aangeboden, maar later kwam tkMS met een aangepaste versie om te voldoen aan Nederlandse eisen. Of Nederland daadwerkelijk met tkMS in zee gaat voor de nieuwe onderzeeboten moet in 2024 blijken. Andere aanbieders zijn Naval Group en Saab.
Auteur: Tobias Kappelle Tobias werkt sinds augustus 2020 als freelance journalist voor Marineschepen.nl. Daarnaast is hij vooral actief in de sportjournalistiek bij onder andere AD Sportwereld, Eurosport en Hockey.nl. Tobias studeerde Geschiedenis en Bestuurs- en Organisatiewetenschappen aan de Universiteit Utrecht en deed een master Media & Journalistiek aan de Erasmus University Rotterdam.
