A.s. zaterdag 6 juli is het 25 jaar geleden dat de driecilinderonderzeeboot Tonijn werd opengesteld als museumonderzeeboot van het Marinemuseum te Den Helder. Dat feit viert het museum komend weekend uitgebreid, inclusief een speciale bijeenkomst voor (voormalig) onderzeebootcommandanten. Bovendien toont het Marinemuseum voor het eerst beelden van een nieuw project. Tot slot was Hr.Ms. Tonijn 50 jaar geleden bezig met de eerste patrouille van deze boot.
De Tonijn was van 1966 t/m 1991 in dienst bij de marine en sinds 1994 is het een museumonderzeeboot. (Foto: Marinemuseum)
Komend weekend viert het Marinemuseum dat de Tonijn 25 jaar museumonderzeeboot is. Speciaal voor het zilveren jubileum kunnen bezoekers (jong en oud) een speciale 'Tonijnkeuring' doen, die bestaat uit een fysieke en psychologische test. Het museum baseert deze keuring op informatie van een oud-marinearts die de keuringen deed in de tijd dat de Tonijn nog in dienst was. Het hele weekend zijn bovendien oud-bemanningsleden van de Tonijn aanwezig die alles kunnen vertellen over de boot en de avonturen.
Naast de onderzeeboot wordt de theatervoorstelling 'Geheime dieptes' gespeeld. Een voorstelling voor het hele gezin, boeiend en hilarisch voor zowel experts als bezoekers die voor het eerst een onderzeeboot zien. Ook kunnen bezoekers een eigen naambord laten maken.
Bezoekers kunnen bovendien voor het eerst kennismaken met een nieuw project van het museum. Het Marinemuseum is eind 2018 gestart met het vastleggen van herinneringen van oud-marinepersoneel en heeft diverse oudgedienden uitgebreid geïnterviewd over het leven en werken bij de marine na de Tweede Wereldoorlog en vooral tijdens de Koude Oorlog, met veelal een link naar de Tonijn. Aankomend weekend wordt dit documentaireproject voor het eerst, in een speciale edit, getoond. De docu zal doorlopend te zien zijn.
Het iets officiëlere gedeelte van de viering bestaat uit een speciale bijeenkomst van voormalig en actief dienende onderzeebootcommandanten van 15:00 tot 17:00 uur. Oud-commandanten die het Marinemuseum nog niet heeft kunnen bereiken, zijn ook van harte uitgenodigd en worden verzocht contact op te nemen met het Marinemuseum. Mailen naar naar kan ook.
Museumonderzeeboot
Het begon allemaal op woensdag 6 juli 1994. Piet de Jong keek door de navigatieperiscoop van de Tonijn. Dit keer klotsten geen golven tegen de lens, maar keek De Jong meters hoog boven zeeniveau richting de Noordzee. Camera's klikten, flitsers verlichtten kort de krappe ruimte. "Tonijn-onderzeeër nu museum" kopte De Telegraaf een dag later en drukte een grote foto af van de lachende oud-onderzeebootcommandant en voormalig premier aan de periscoop in de centrale van de onderzeeboot. Aan de vooravond van de Nationale Vlootdagen 1994 was de Tonijn, na jaren hard werken, opengesteld voor publiek.
Volgens het boek Drie-Cylinders Duiken Dieper begon het allemaal op 20 december 1987 met de uitspraak van hoofd afdeling Instandhouding Schepen, KTZTD G.A.K. Crommelin, dat het wenselijk zou zijn om één van de vier driecilinder-onderzeeboten te behouden voor het nageslacht. Die opmerking raakte een gevoelige snaar en sindsdien streefde de marine naar behoud van een van die onderzeeboten.
Op dat moment was nog niet duidelijk welke boot bewaard zou blijven. Lang zag het er naar uit dat het de Potvis of de Zeehond zou worden, maar in 1992 werd besloten dat de Tonijn museumonderzeeboot ging worden. Dat had alles te maken met het plaatsen van de onderzeeboot naast het Marinemuseum. Als dat na 1993 zou gebeuren, kon de bijna tachtig meter lange boot nooit op z'n beoogde plek worden gereden in verband met een nieuw gebouw van het KIM dat op het terrein achter het museum was gepland.
Ruim anderhalf jaar nadat de boot op z'n plaats was gereden, werd de Tonijn geopend voor het publiek en kon het tweede leven als museumonderzeeboot beginnen. De Tonijn is zaterdag bijna twee maanden langer een museumobject dan een operationele onderzeeboot.
De vier vliegkampschepen van de Kievklasse behoorden met hun lengte van 273 meter tijdens de Koude Oorlog tot de grootste Sovjeteenheden. Tijdens de inlichtingenoperatie van Hr.Ms. Tonijn in 1987 wist de Nederlandse onderzeeboot ongedetecteerd geheime informatie over de Kiev te verzamelen (zie hoofdstuk 20 van In het diepste geheim). (Foto: US Navy)
50 jaar patrouilles
Wat de Admiraliteitsraad zich in 1992 bij de keuze voor de Tonijn waarschijnlijk niet had gerealiseerd, is dat de Tonijn van zowel de driecilinders als de twee Zwaardvisklasse boten, de onderzeeboot is die de meeste 'patrouilledagen' in de Koude Oorlog op z'n naam heeft staan. Hr.Ms. Tonijn voerde tijdens de Koude Oorlog 14 lange geheime operaties (patrouilles) uit, net zoveel als Hr.Ms. Tijgerhaai. De patrouilles van de Tonijn waren gemiddeld echter langer, waardoor die boot veel meer patrouilledagen meemaakte.
Sailant detail is bovendien dat het nu ook 50 jaar geleden is dat de eerste patrouille van Hr.Ms. Tonijn plaatsvond. Op dinsdag 17 juni 1969 om 10:10 uur passeerde Hr.Ms. Tonijn, onder het commando van LTZ1 Bob Siemons, de havenhoofden. Het was de eerste keer dat de Tonijn gedurende lange tijd op zoek zou gaan naar de Sovjetvloot om informatie te vergaren. Volgens toenmalig geruispeiler (tegenwoordig vrijwilliger op de Tonijn) Jan Nijhuis was de reis, die de Tonijn ver boven de poolcirkel naar de Noordkaap voerde, erg saai. Behalve een paar vissers en echolood uitzendingen viel er weinig te beleven. De Tonijn keerde pas op 21 juli weer terug in Den Helder.
Daarna volgden nog veel meer patrouilles, waarvan de spannendste worden beschreven in het boek In het diepste geheim. Een van de meest cruciale was misschien wel de patrouille van 1974 ten westen van Ierland, toen de Tonijn het mysterieuze Sovjetschip Svanetyia bespiedde. Die patrouille leverde waarschijnlijk een belangrijk aandeel in de rol die de Marine Inlichtingendienst later internationaal kon spelen. Een andere opmerkelijke patrouille was die van 1977, onder leiding van LTZ2OC Driekus Heij in de Middellandse Zee. De Tonijn wist toen de onderkant van een varende Foxtrotklasse onderzeeboot te fotograferen. Overigens werkte Heij toen, in het geheim, met een van de eerste satellietnavigatiesystemen.
Een ander groot succes was tijdens de patrouille van 1987, toen de Tonijn, met als commandant LTZ1 Koen Hermsen, veel inlichtingen wist te verzemelen over onder andere het Sovjetvliegkampschip Kiev. Ook dat gebeurde in de Middellandse Zee en wel voor de kust van Egypte.
De verhalen over deze en andere Nederlandse onderzeeboten zijn te lezen in In het diepste geheim, de boot zelf is van 10:00 tot 17:00 uur te bezoeken in het Marinemuseum te Den Helder. En dat al 25 jaar lang.