De Nederlandse onderzeeboot Hr.Ms. O13 is vandaag precies 75 jaar vermist. Dat is geen reden om te stoppen met zoeken, de zoektocht heeft zelfs een extra impuls gekregen door nieuwe interessante aanknopingspunten uit Polen en Noorwegen. Marineschepen.nl sprak met projectleider Jouke Spoelstra.
Jouke Spoelstra op een archieffoto met een model van Hr.Ms. O13. (Foto: Stillonpatrol.nl)
Vandaag precies 75 jaar geleden, op 25 juni 1940, werd Hr.Ms. O13 officieel als vermist beschouwd door de marinestaf te Londen. De Nederlandse onderzeeboot van de O12klasse was een kleine twee weken daarvoor vanuit het Schotse Dundee vertrokken voor een patrouille bij de ingang van het Skagerak. Op 19 juni reageerde het niet op de periodieke radio-oproepen vanaf het Britse vasteland en toen de boot op de 21e niet binnenliep, vreesde men het ergste.
Zeven Nederlandse onderzeeboten zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog door vijandelijke acties verloren gegaan. Zes zijn er teruggevonden en alleen de O13 met zijn 34 bemanningsleden is nog vermist. De verdwijning is al vanaf het begin een mysterie en er wordt al vele jaren naar de boot gezocht. Tot op heden nog zonder resultaat. Maar de zoektocht gaat onverminderd voort en er zijn nieuwe interessante aanknopingspunten.
Hr.Ms. O13 op de Noordzee. (Foto: Koninklijke Marine)
Samenwerking met Polen
Vanochtend belde Jaime Karremann van Marineschepen.nl met projectleider van de zoektocht Jouke Spoelstra, die op dat moment in het Poolse Nationale Maritieme Museum stond. Dat was geen toeval want het zoekteam van de O13 is in gesprek met het Poolse zoekteam dat zoekt naar de onderzeeboot ORP Orzel. Beide boten, gebouwd door De Schelde in Vlissingen, zijn verloren gegaan in de Noordzee.
"Momenteel bekijken we of we de Nederlandse en Poolse zoektochten kunnen combineren. Zij zoeken in ongeveer hetzelfde gebied naar een onderzeeboot, dus als we samen zoeken levert dat misschien meer op. We zijn daarvoor in gesprek met het Santi-team en het Nationaal Maritiem Museum."
Over het algemeen wordt aangenomen dat de O13 vanuit thuisbasis Dundee in een vrijwel rechte lijn naar het patrouillegebied is gevaren en zo ook weer terug zou zijn gegaan. Het zou dan door een Duits mijnenveld zijn gevaren, dat vlak naast het patrouillegebied lag. Maar door nieuwe aanknopingspunten houden de onderzoekers ook rekening met een terugkeer in een grote boog via de Noorse kust. (Kaart: Openstreetmaps.org)
Nieuwe aanknopingspunten
Al 75 jaar is het een raadsel wat de O13 is overkomen. Er zijn wel theorieën, maar hoewel sommige al heel oud zijn, zijn de meeste niet erg waarschijnlijk. Zo zou de O13 door een Duits vliegtuig tot zinken zijn gebracht of zijn aangevaren door de Poolse onderzeeboot ORP Wilk, of de O13 zou gezonken zijn tijdens een geheime opdracht voor de Nederlandse kust. Eigenlijk is alleen de theorie van de O13 in het mijnenveld overeind blijven staan.
Veel is gebaseerd op de koers die Hr.Ms. O13 volgens de Britten zou hebben gevaren, hetzelfde geldt voor de Orzel. Het Poolse zoekteam vermoedt echter dat de Orzel een andere koers heeft gevaren dan de Britten op de kaart hebben aangegeven. "Het is op basis daarvan ook mogelijk dat de O13 ook een andere koers heeft afgelegd," zegt Spoelstra.
"We hebben daarnaast een aanwijzing vanuit de journaals van de Poolse onderzeeboot Wilk dat de O13 substantieel hoger boven de mijnenvelden langs gevaren moet zijn op de terugweg. Dat is toch een mooi nieuw aanknopingspunt. En vanuit Noorwegen krijgen we nu ook interessante informatie omtrent wrakken onder de Noorse kust."
"Die combinatie van aanknopingspunten dat de O13 noordelijker, richting de Noorse kust, zou kunnen zijn gevaren en dan terug naar Dundee, plus een aantal meldingen onder de Noorse kust, bieden perspectief."
Over de zoektocht naar de O13 verscheen in 2014 de documentaire Still on patrol op televisie en op DVD.
20 tot 25 wrakken
Dat de zoektocht nog altijd in volle gang is, wordt bevestigd door Spoelstra: "Ja we zijn nog vol op bezig met de zoektocht, het expandeert meer en meer. We hebben heel wat mensen die er behoorlijk wat vrije tijd in steken om documenten op te sporen. Ik krijg gemiddeld genomen één keer in de maand een nieuwe melding van iets wat wel interessant kan zijn op gebied van het vinden van de O13."
Er valt ook op zee nog heel wat te onderzoeken: "Ik heb nog wel een lijstje van een stuk of 20 tot 25 wrakken en dat groeit alleen maar. We hebben inmiddels al 10 tot 15 wrakken onderzocht en uiteraard zat daar de O13 niet bij. Maar er wordt stevig doorgewerkt."
Unieke beelden van Hr.Ms. O13 in de West op zee en in de haven, in 1939.
Hulp
Voor het zoeken naar wrakken krijgt het zoekteam hulp van de marine: "We proberen dat te combineren met de normale vaarschema's van de marine. Dus als één van de mijnenjagers of hydrografen de Noordzee overgaat, kijken ze gelijk ook of ze in de buurt van een mogelijke wrakpositie komen, zodat ze daar onderzoek naar kunnen doen."
De ondersteuning van de marine is belangrijk, maar volgens Spoelstra kan de organisatie wel meer gebruiken: "We zijn nu volledig afhankelijk op de toevallige aanwezigheid van marineschepen. We hebben financiële middelen nodig om zelf gericht te kunnen zoeken. Dat is toch vrij duur. Het liefst zouden we een paar weken lang de beschikking krijgen over een goed survey-schip waar we dan een team op zetten dat zowel naar de Poolse Orzel als de Nederlandse O13 kan zoeken."
De zoektocht wordt financieel ondersteund door de marine en door de Stichting Nabestaanden Onderzeeboten, de stichting is afhankelijk van donaties vanuit het bedrijfsleven, van particulieren en andere stichtingen.
"We gaan door"
Met enige regelmaat worden andere vermiste schepen en onderzeeboten gevonden. Zo werd eergisteren bekend dat de Britse onderzeeboot HMS Saracen na 72 jaar teruggevonden is in de Middellandse Zee en gisteren meldden Noorse onderzoekers dat het wrak van de Rio de Janeiro is teruggevonden. Dit Duitse troepentransportschip werd door de Orzel op 8 april 1940 tot zinken gebracht.
Hopelijk verschijnt ooit ook over de O13 zo'n bericht. Spoelstra heeft goede hoop. Misschien wordt de O13 gevonden dankzij de nieuwe samenwerking, of door hulp uit onverwachte hoek: "Er is op de Noordzee behoorlijk meer activiteit in het opsporen van obstakels vanwege de aanleg van pijpleidingen, windmolenparken en dergelijke. Daar wordt de zeebodem voor onderzocht en als er een onderzeebootwrak is, komt die informatie meer en meer bij mij terecht."
"We blijven dus doorgaan met dit project. Dit is niet iets waar we op een gegeven moment een punt achter gezet hebben. We gaan door tot we hem gevonden hebben."