Zes lopen en 3.000 schoten per minuut: de M134D Minigun. Met dit voor Nederlandse schepen nieuwe wapen kan de bemanning van de Tromp een regen van staal uitstorten op aanvallers in de Rode Zee. Dat het Luchtverdedigings- en Commandofregat (LCF) deze wapens op de brugvleugels heeft staan, blijkt uit beelden die de Koninklijke Marine heeft verspreid. Ook het Belgische fregat BNS Louise-Marie heeft deze wapens gekregen voor de missie.
Een Minigun op de brugvleugel van Zr.Ms. Tromp. (Foto: Defensie/ Instagram)
De M134 is niet zomaar een machinegeweer. Dankzij de enorm hoge vuursnelheid (die niet veel onderdoet voor de Goalkeeper) is het een uiterst krachtig wapen. Het wapen van Dillon Aero mag dan al ruim zestig jaar in gebruik zijn, het is ook geschikt om in te zetten tegen nieuwe dreigingen zoals varende drones. Een nieuw wapen is het dus niet, maar wel aan boord van Nederlandse marineschepen.
De vier LCF'en zijn allemaal uitgerust met een indrukwekkende sensorsuite en beschikken over uiteenlopende missilesystemen. Zeker na de reeks aan upgrades die de schepen ondergaan of te wachten staan. Toen het concept van deze fregatten in de jaren tachtig en negentig ontstond, werd vooral gezocht naar een antwoord op een massale aanval met raketten die door Sovjetvliegtuigen en -schepen konden worden afgevuurd. De dreiging van een grootscheepse raketaanval is niet weg, sterker, juist in de Rode Zee krijgen schepen te maken met kruisvluchtwapens, ballistische raketten en drones die soms tegelijk richting de schepen komen.
De nieuwe radar van de Tromp en de raketten zijn ingericht op snelle vliegende doelen zo ver mogelijk van het schip uit te schakelen. Mocht een raket door alle lagen van de verdediging komen, dan is er nog de Goalkeeper die met zeven lopen en een vuursnelheid van 4.200 schoten per minuut middels wolfraamgranaten een zogenaamde muur van staal opwerpt voor de inkomende boosdoener.
Maar kleine langzaam vliegende of kleine varende doelen vormden in de vorige eeuw niet zo'n bedreiging als nu. De Goalkeeper is na de update ook geschikt om in te zetten tegen zeedoelen. Tegenwoordig geen overbodige luxe. De LCF'en hebben plaats voor twee van deze systemen, maar uitgezonderd de Evertsen hebben ze er één. Voor de verdediging tegen kleine bootjes heeft de Tromp normaliter de .50 Browning machinegeweren en MAG-mitrailleurs, naast de Goalkeeper. Ook ESSM-raketten kunnen tegen zeedoelen worden ingezet als het moet.
Toch is voor voor vertrek naar de Rode Zee gekozen om extra vuurkracht aan boord te plaatsen. Op de twee brugvleugels van het schip prijken nu de M134D Miniguns.
"Het voelt anders nu we in een gebied zijn waar echt dreiging is"
Zr.Ms. Tromp is bezig met een wereldreis en de inzet in de Rode Zee is daar onderdeel van. Het fregat is sinds begin deze week in die wateren, sinds dinsdag valt het schip onder Operation Prosperity Guardian en sinds woensdag wordt het in de Rode Zee ingezet. De Tromp heeft, zoals eerder beschreven, een intensieve voorbereiding gekend. "Varend door het Suezkanaal ervaar je ook echt dat je in een ander werelddeel bent", zegt commandant van de Tromp KLTZ Yvonne van Beusekom via de telefoon. "Wat anders voelt is dat je in een gebied bent waar echt dreiging is. De Houthi's hebben veel en zware wapens en bijna dagelijks voeren zij aanvallen uit. Dat betekent dat we ons tot het uiterste moeten inzetten."
In de voorbereiding is ook contact geweest met andere eenheden, zegt Van Beusekom. "We hebben bijvoorbeeld intensief contact gehad met de Iver Huitfeldt, het Deense fregat. Dat is heel prettig want dat is een NAVO-collega die we ook tegenkomen in onder andere de Oostzee en bij VJTF-inzet. Dus dat praat gewoon heel makkelijk. Maar we staan in contact met alle verschillende partners, over bijvoorbeeld wat er gebeurt in het gebied. Zelf kijken we ook naar hoe aanvallen plaatsvinden en of er trendveranderingen zijn. Zo kunnen we ervoor zorgen dat onze wapens en sensoren geoptimaliseerd zijn."
Als een schip in de hoogste staat van paraatheid wordt gebracht in verband met een (mogelijke) aanval, heet dat gevechtswacht. Marinepersoneel is daarmee bekend dankzij tal van oefeningen. Maar gevechtswacht voor het echt is iets dat lang niet is voorgekomen. "Daar was onze opwerkperiode enroute naar Kreta specifiek op gericht", zegt Van Beusekom. "Niet alleen de procedures zelf, maar juist de mindset. Daarnaast kijk je naar de hele bedrijfsvoering en je hoe je die voor een langere tijd kan volhouden in een gebied met zoveel dreiging."
Een Minigun op het seindek van BNS Louise-Marie. Links een .50. (Foto: Belgische Defensie/ Instagram)
Minigun
In tegenstelling tot de eerder genoemde .50 en MAG, heeft de Minigun niet één loop, maar zes. Net als de Goalkeeper gebruikt het wapen een Gatling gun: er wordt wel steeds uit één loop gevuurd, maar de lopen draaien snel, zodat een veel hogere vuursnelheid kan worden gehaald. Een .50 heeft een vuursnelheid van 400 tot 1.300 schoten per minuut, dat komt doordat het apparaat tijd nodig heeft (al is het een fractie van een seconde) om de loop te herladen. Bij een Gatling-gun kost het ook tijd, maar dan worden de lopen geladen, terwijl een andere loop aan het vuren is. Het resultaat: 3.000 schoten per minuut (50 per seconde).
Een jaar geleden werd dit wapen nog getest voor op de FRISC
De Minigun gebruikt een kleiner kaliber dan de Goalkeeper (30mm) en de .50 (12,7mm) en hetzelfde kaliber als de MAG: 7,62mm. Desondanks is de Minigun een wapen dat, dankzij z'n vernietigende kracht, ingezet kan worden tegen lichtgepantserde doelen zoals varende drones. Dat kan op hele korte afstand van enkele meters, maar ook op grotere afstand; het maximale effectieve bereik is volgens de fabrikant 1.200 meter.
Het is niet bekend welke variant is aangeschaft voor de Tromp en de Louise-Marie. Dillon Aero heeft weliswaar een marine-versie geïntroduceerd, de M134D-M, die beter bestand is tegen zout water. Maar deze is pas begin februari onthuld.
Auteur: Jaime Karremann Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.