Marineschepen.nl
 
   
 

LPX: Nederland wil zes nieuwe marineschepen, liefst met de Britten


Door: Jaime Karremann
Bericht geplaatst: 01-07-2023 | Laatst aangepast: 01-07-2023


Nederland en het Verenigd Koninkrijk onderzoeken of zij samen hun amfibische transportschepen kunnen vervangen. Gisteren werd aan boord van het Britse schip HMS Albion in de haven van Den Helder een 'statement of intent' getekend door de Nederlandse en Britse ministers van Defensie. Nederland wil zowel Zr.Ms. Rotterdam als Zr.Ms. Johan de Witt en de vier patrouilleschepen van de Hollandklasse vervangen. Het doel is dat er zes nieuwe Nederlandse schepen voor in de plaats komen, dat bleek vandaag na afloop van de ondertekening.

Albion
HMS Albion is een van de twee schepen van de Albionklasse. Beide schepen zijn zo'n twintig jaar oud en moeten op termijn vervangen worden. De Albion ligt momenteel in Den Helder, maar is niet open voor publiek. Gistermiddag werd het schip wel gebruikt voor de ondertekening van de intentieverklaring en de voortzetting van de Brits-Nederlandse marinierssamenwerking. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Het Nederlandse Korps Mariniers en de Britse Royal Marines werken dit jaar vijftig jaar samen onder de noemer van de UK/NL Amphibious Force (UK/NL AF). Het is een samenwerking tussen beide landen die heel ver gaat, waardoor mariniers uitwisselbaar zijn. Zo sprongen eerder dit jaar Britse mariniers met Nederlandse uitrusting uit een Nederlands vliegtuig voor een paradropping op een bevroren meer in Noorwegen, konden Britse en Nederlandse mariniers tijdens de evactuatie-operatie in Soedan naadloos samenwerken en leiden teams met Britse en Nederlandse mariniers Oekraïnse militairen op.



De samenwerking verloopt naar tevredenheid (daarover zo meer), en wordt als het aan beide landen ligt zelfs uitgebreid naar amfibische schepen.

Zoals inmiddels bekend wil Nederland beide LPD's tegelijk met de patrouilleschepen vervangen door nieuwe schepen. Deze toekomstige schepen worden voorlopig aangeduid met LPX. Er is weinig bekend over LPX, maar al eerder was wel duidelijk dat het gebaseerd is op een nieuw concept. Dat nieuwe concept is afkomstig van het Korps Mariniers.



Van groot en log naar klein, snel en flexibel
Zowel de Royal Marines als het Nederlandse Korps Mariniers maken op dit moment een grote verandering door. "We willen van groot en log naar klein, snel en flexibel", zegt kolonel der mariniers Michiel, een van de personen die de afgelopen jaren nauw met de Britten samenwerkte op gebied van het future operating concept, op de brugvleugel van HMS Albion.

"We hebben groot materieel waarmee we via één bruggenhoofd in de traditionele manier van amfibisch opereren aan land gaan. Daar willen we van af. Dat is geen levensvatbare optie meer, gelet op de dreigingen en de manier van opereren van potentiële tegenstanders. Denk aan drones en loitering ammunition die wij, maar ook een vijand kan gebruiken. We willen dus niet meer een te grote concentratie van onze eenheden hebben, want dat is een lonend doel."

Zr.Ms. Rotterdam
Archiefbeeld van een landing vanaf Zr.Ms. Rotterdam tijdens een editie van Cold Response. Het concept was lang grote aantallen mariniers aan boord van een LPD meenemen en vlak voor de kust aan land brengen met landingsvaartuigen en helikopters. (Foto: Defensie)

"Waar we naar toe willen is verspreid opereren, terug naar wat het Korps Mariniers is: lichte infanterie, met snelheid, mobiliteit, flexibiliteit en meer vuurkracht, zodat we toch in een groter gebied effect kunnen sorteren."

"En verspreid opereren begint al op zee, nu hebben we één taakgroep die redelijk dicht bij elkaar zit. Daar zullen we ook kijken of we die verder uit elkaar kunnen halen, misschien willen we er twee kleine taakgroepen van maken. En op land willen we met kleinere eenheden opereren. Nu gaat het om 30 of 100 man, maar dat willen we allemaal terugbrengen naar teams van 12, maximaal 16 man. Die teams moeten zelfstandig kunnen opereren, met kleinere voertuigen, verspreid over het terrein."

"Dit is een grote verandering", gaat Michiel verder. "Er wordt veel meer van de marinier verwacht, omdat ze in die kleine teams werken. Ze moeten zelfstandig kunnen opereren, zelfstandig kunnen beslissen. Als ze geen verbinding hebben, moeten ze het plan kennen en zelf handelen."

Albion
Mariniers worden via een fast rope vanuit een Britse Wildcat aan boord van een Nederlands landingsvaartuig gezet, tijdens een demo op de Marinedagen. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Het concept krijgt ook vorm op gebied van de landingsvaartuigen. De twaalf landingsvaartuigen voor personen (LCVP's) worden in 2025 vervangen door twaalf Littoral Assault Craft (LAC). "De nieuwe vaartuigen moeten ten opzichte van de huidige sneller zijn, langere afstanden afleggen en op ruwere zee inzetbaar zijn. Daarnaast dienen ze betere bescherming te bieden bij slecht weer en de fysieke belasting voor de opvarenden bij ruwe zee te beperken", schreef Defensie er eerder over.

Bovenop de twaalf LAC's krijgen de mariniers nog acht grotere Landing Craft Mobility (LCM), deze zijn niet op de markt verkrijgbaar en zullen naar verwachting in 2028-2029 worden opgeleverd.

Cartlidge
De Britse minister van Defensie James Cartlidge keek met alle andere aanwezigen naar een toekomstbeeld van de mariniers; de Brits-Nederlandse demo toonde alvast het nieuwe concept. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Demo
Kleine groepjes mariniers kwamen tijdens de demo in actie. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Royal Marines
De analyse die de Nederlandse mariniers maakten, maakten ook hun Britse collega's. Michiel: "We zijn onafhankelijk van elkaar begonnen, we hebben onze concepten gemaakt. Die hebben we met elkaar besproken en toen bleek dat we onafhankelijk van elkaar dezelfde analyse hadden gemaakt en op dezelfde concepten waren uitgekomen. Natuurlijk zijn er onderling verschillen, maar ik denk dat ik niet lieg als ik zeg dat de concepten voor 99 procent overeen kwamen. En dat is een mooie basis om verder te gaan en in die fase zitten we nu."

Dat de beide concepten sterk overeen komen, bevestigt majoor van de Royal Marines Ric Cole. Voor de Britten begon de transformatie nadat zij Irak en Afghanistan hadden verlaten, waar zij zich, zo zegt Cole, vooral hadden beziggehouden met "conventionele oorlogvoering". "Het Future Commando Force-concept vertoonde grote gelijkenis met de Nederlandse versie; hun nieuwe concept, nieuwe operaties en dreigingen die zij verwachten."

"Het nieuwe concept heeft impact op onze commandostructuren, op de communicatie van de eenheden, de schepen, maar ook de manier waarop we werven en de manier waarop we onze commando's [Britse mariniers zijn commando's] trainen. Op eenheidsniveau in plaats van ze in grote aantallen in te zetten, gaan we werken we in kleinere teams: strike teams genaamd. Een commando van de Royal Marine kan direct na de opleiding verwachten relatief zelfstandig in een achtkoppig team te gaan werken met heel weinig 'command en control', opererend op grote afstand, maar wel met nieuwe apparatuur en communicatiesystemen om dat soort operaties te ondersteunen."

De genoemde afstand speelt in beide concepten een rol; amfibische operaties van de toekomst moeten op veel grotere afstand dan nu kunnen worden uitgevoerd en eenheden op land moeten ook op grotere afstand ondersteund kunnen worden. Daarnaast is het belangrijk dat er meer vuurkracht is, ook op lagere niveaus. Dat geldt voor de mariniers, maar ook voor landingsvaartuigen die niet alleen mariniers moeten vervoeren, maar fire bases moeten worden. Verder moeten amfibische eenheden de vijand kunnen misleiden en zij moeten beter geïntegreerd worden in de vloot en beter kunnen samenwerken met eenheden van andere krijgsmachtdelen.

Albion
Admiraal Key, minister Ollongren, vice-admiraal Tas en minister Cartlidge op de brugvleugel van HMS Albion. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

LPX
Zo'n verandering in concept van opereren, heeft ook gevolgen voor de schepen, die onderdeel zijn van het nieuwe concept. Dat moet dus terugkomen in de vervanging van de LPD's en OPV's van de Hollandklasse. Maar zo denken de Britten uiteraard ook in hun vervanging van de LPD's HMS Albion en HMS Bulwark. Deze vervanging noemen zij de Multi-role Support Ships.

De toekomstige Nederlandse schepen moeten, volgens het Sail Plan dat vorige maand werd gepubliceerd, amfibische operaties, maritieme patrouilletaken en noodhulp kunnen uitvoeren. Meer was er tot op heden niet over bekend. Dat heeft ook te maken met dat het nog heel vroeg is in het programma; de eerste brief naar de Tweede Kamer met de behoeftestelling (de A-brief) wordt in 2024 verwacht.

Daarom spreek ik kapitein ter zee George Pastoor, werkzaam bij de Directie Plannen in Den Haag, over dit concept op de brug van HMS Albion, die uitlegt dat de 'X' in LPX verwijst naar het kruisen van de twee scheepsconcepten van het LPD en OPV. Maar veel moet nog bepaald worden: "Er zijn bepaalde dingen die we er echt in willen hebben. We willen vliegen, dus dat moet een helikopterdek op. Er moet een landingsvaartuig op, dan gaan we nadenken over een dok."

Een helidek en een dok, heeft wel gevolgen voor het formaat van het schip. Pastoor is voorzichtig: "Daar zijn nog heel veel smaken in. Er zijn initiële gedachten, maar dat is nog zo grofmazig. We hebben het operation concept, dat gooien we in de grote toverdoos van COMMIT [voorheen Defensie Materieel Organisatie], daar komt een eerste schets uit, maar het is nog veel te vroeg om iets te zeggen over afmetingen." Op de vraag of het LPX wel kleiner wordt dan de huidige LPD's, kan Pastoor nog niets zeggen. "Ik wil daar nog geen harde uitspraken over doen. We zitten nog zo ver aan de voorkant van het proces, dat we daar nu geen beslissing over nemen. Dat kan nog alle kanten op." Met een glimlach: "In ieder geval niet de lengte van de Karel Doorman."

Hoewel het nog vroeg is, kan Pastoor wel iets zeggen over het aantal schepen dat Nederland op het oog heeft: "We willen er zes. Dat is de insteek."

"Het idee is om tegen het einde van het jaar de key user requirements [de belangrijkste eisen] scherp te hebben met de Britten en dan gaat dat proces verder."

In 2030 - 2032 zullen de schepen volgens Pastoor moeten worden opgeleverd.

Albion
Geflankeerd door First Sea Lord admiraal Ben Key en commandant Zeestrijdkrachten vice-admiraal René Tas, schudden de ministers van beide landen elkaar de hand. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Samen vervangen
Dat de Britse en Nederlandse concepten zo op elkaar aansluiten is ook logisch, zegt Pastoor, na vijftig jaar intensief samenwerken. "En samen schepen hebben die op veel punten uitwisselbaar zijn, dat is natuurlijk fantastisch voor het concept van de UK/NL Amphibious Force. Maar nu komen ook nog eens de tijdlijnen van de vervanging van onze schepen overeen met die van de Britten. Daarnaast hebben zij een vergelijkbaar vervangingsproces zoals ons Defensie Materieel Proces."

De vraag om de schepen samen te vervangen kwam overigens niet uit Den Haag. Pastoor: "Vanuit het Verenigd Koninkrijk werd nadrukkelijk de wens geuit naar Nederland toe: 'We zien dat de tijdlijnen hetzelfde zijn, wij hebben hetzelfde operating concept, de mariniers werken al zo lang samen, kunnen wij overwegen om samen te werken met de vervanging?' Op dat moment is mijn team aan tafel gegaan met de Britten."

"Nu zijn we zo ver dat we een statement of intent tekenen, waarbij we afspreken dat we onderzoeken in hoeverre we de schepen samen kunnen gaan bouwen. Dat onderzoeken heeft een bepaalde einddatum en aan het einde van die streep zeggen we 'ja', 'nee' of een tussenweg. En er zijn heel veel variaties mogelijk op samenwerkingsgebied. Het idee is wel om ze samen te ontwerpen, maar bouwen doen we in beide landen apart. Dat heeft te maken met werkgelegenheid."

Het onderzoeken of beide landen samen die schepen kunnen ontwerpen, begint niet pas na het ondertekenen van de intentieverklaring. "Er is al heel veel contact geweest tussen beide landen", zegt Pastoor.

Een samenwerking met de Britten op gebied van schepen is nog heel anders dan op gebied van de mariniers. De ontwerpen van veel Britse schepen wijken af van de Nederlandse ontwerpfilosofieën. Pastoor is hoopvol: "Als je naar de Bayklasse vergelijkt met de Rotterdam en de Johan de Witt, dan zie je veel overeenkomsten. We hopen dat we elkaar nu goed kunnen vinden. We moeten nog wel veel dingen bekijken, wij moeten concessies doen, zij moeten concessies doen. Maar als dat lukt en we kunnen een mooie middenweg vinden, dan is dat goud. Dan kan je echt iets heel moois op de plank leggen."

UK NL
(Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Nog geen derde land
Niet alleen Nederland en het Verenigd Koninkrijk willen hun schepen vervangen, ook de Verenigde Staten is bezig met nieuwe, kleinere amfibische schepen. Daarnaast zijn Nederland en Duitsland enige tijd terug overeengekomen om een samenwerking aan te gaan tussen het Seebataillon en het Korps Mariniers, plus gezamenlijk gebruik van Zr.Ms. Karel Doorman.

Toch zijn het vooralsnog alleen Nederland en het Verenigd Koninkrijk die gaan samenwerken. "We kijken altijd naar verschillende samenwerkingsvormen. Maar we hebben nu geen partner gehad die zich gemeld heeft en we hebben ook geen land actief benaderd. Vooral omdat Nederland en het VK zo dicht op elkaar zitten, omdat we zo lang samenwerken. Vijftig jaar samenwerken is lang hoor, zij zijn zo in elkaar gevlochten. Komt er een ander land bij, met misschien een andere manier van opereren, dan zijn de concepten niet over elkaar te leggen. Dan wordt het een heel gecompliceerde puzzel. Dan is het lastig om samen te werken en dan kan samenwerken leiden tot vertraging, budgetoverschrijding."

Albion
Presentatie over de nieuwe plannen aan boord van de Albion. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Vijftig jaar UK/NL AF
Behalve de statement of intent, zoals de Britten de intentieverklaring noemden, werd ook de samenwerking in de vorm van de UK/NL Amphibious Force bekrachtigd. Voordat de handtekeningen werden gezet, werden de ministers van Defensie James Cartlidge, Kajsa Ollongren in het bijzijn van de commandanten van beide marines, bijgepraat door Britse en Nederlandse marineofficieren. Daaruit bleek dat er de nodige toekomstplannen zijn.

Zo is het plan om de UK/NL AF aan te bieden aan de NAVO. Ook zal deze gecombineerde eenheid een rol krijgen in de grote oefening Nordic Response, die voor begin 2024 gepland staat.

Maar ook een samenwerking tussen twee goed op elkaar ingespeelde landen gaat niet vanzelf, zeker als het gaat om de nieuwe concepten en de gezamenlijke vervanging van schepen. Minister Ollongren stelde de vraag aan de Britse en Nederlandse marineofficieren wat er vanuit de politiek nodig is om het programma tot een succes te maken. "Steun vanuit de politiek en geduld, want we hebben tijd nodig om dit goed te doen", antwoordde een Britse officier der mariniers.

Minister Cartlidge benadrukte op zijn beurt het belang van samenwerking: "Veel van mijn parlementaire collega's van mij denken dat we alles alleen zouden moeten kunnen doen, maar in de realiteit heb ik gezien dat bij de dingen die we doen, het vaak draait om partners en bondgenootschappen."

Jaime Auteur: Jaime Karremann
Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.




comments powered by Disqus


Marineschepen.nl

Contact

Over deze site

Adverteren

Doneren
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

LinkedIn

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nieuwsoverzicht

Gerelateerde artikelen

Zo vervangt marine de vloot

40 jaar UK/NL AF