Marineschepen.nl
 
   
 

Op deze manier vervangt de marine de komende jaren de vloot


Door: Jaime Karremann
Bericht geplaatst: 19-05-2023 | Laatst aangepast: 19-05-2023


De marine wordt de komende zeventien jaar ingrijpend vernieuwd. Het Korps Mariniers gaat verhuizen van Doorn naar Nieuw Milligen, krijgt andere en meer onbemande systemen, de vloot wordt bijna volledig vervangen en de Nieuwe Haven wordt aangepakt. Het zijn ingrijpende, vaak uitgestelde, plannen, die veel van de marine gaan vergen. In 2022 vroeg de Tweede Kamer om meer informatie over een plan rond de overgang naar de nieuwe marine, of anders gezegd, de transitie. Niet alle plannen staan vast, een voorbeeld is de uitdienststelling van het op één na laatste M-fregat. Die staat voor 2026. En voorlopig zal Zr.Ms. Van Amstel als eerste van de sterkte worden afgevoerd, liet de marine donderdag aan Marineschepen.nl weten.

ASWF
Meest recente render van het ASW-fregat, dat de M-fregatten gaat vervangen. (Beeld: COMMIT)

Woensdag lichtte staatssecretaris van Defensie Christophe van der Maat namens de marine een tipje van de sluier op van de planning in de komende vijftien jaar middels de zogenaamde transitiebrief. De marine zelf deed dat middels het Sail Plan, waarin globaal plannen voor de toekomst worden geschetst.



Van der Maat schrijft dat de schepen van de marine "betere sensoren en bewapening [krijgen] om een vijand op grotere afstand te kunnen aangrijpen." Ook gaan de schepen "opereren met onbemande vaartuigen en drones en dit alles in genetwerkt verband. Het Korps Mariniers gaat meer verspreid optreden met zelfstandige, kleine, lichte en genetwerkte eenheden." Hiermee moet het Korps beter kunnen opereren zonder ontdekt te worden en "effectiever zijn tegen moderne dreigingen. De mariniers krijgen hiervoor de beschikking over langeafstandsvuursteun, tactische luchtverdedigingscapaciteit, onbemande systemen en nieuwe lichte vaar- en voertuigen."

transitie
Schets van de overgang van de huidige naar de nieuwe vloot. De donkere balken (blauw en oranje) zijn gebaseerd op jaartallen die zijn genoemd in diverse documenten, de lichtere/ gearceerde balken zijn schattingen. Zij zijn veelal ook gebaseerd op informatie uit documenten van Defensie, maar vaak zijn daar geen exacte jaartallen aan gekoppeld. Alle aantallen van schepen komen overeen met de huidige plannen voor zover bekend, op die van de LPX na. Daarvan zijn geen aantallen bekend. Hier is uitgegaan van een gelijk aantal schepen met die zij gaan vervangen. (Grafiek: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl, bronnen: Afwijkingsrapportage t.o.v. Defensie Projectenoverzicht 2022, B-brief Vervanging Hulpvaartuigen, persbriefing onderzeeboten november 2022, transitiebrief mei 2023)

Vervanging vloot
Dat de marine grondig wordt vernieuwd, is zal niets nieuws zijn voor de lezer van Marineschepen.nl. Defensie heeft inmiddels vele projecten opgestart voor nieuwe radars, wapens en andere systemen. Maar het blijft indrukwekkend; tot omstreeks 2040 worden alle grotere schepen, behalve de Karel Doorman, vervangen.



Defensie erkent dat de situatie niet ideaal is: "De gefaseerde introductie van nieuwe scheepsklassen betekent meer maritieme gevechtskracht, maar zorgt in de begintijd ook voor uitdagingen. Deze uitdagingen zijn het behoud van kennis en ervaring van de nog in gebruik zijnde oude schepen en systemen, het gelijktijdig opbouwen van kennis en ervaring van de nieuwe en het omgaan met onvermijdelijke kinderziekten. In de praktijk leidt dit tijdelijk tot een lagere gereedheid. De uitdagingen gelden in het bijzonder voor scheepsklassen met relatief kleine aantallen beschikbare schepen zoals de onderzeeboten en de fregatten voor onderzeebootbestrijding. Bij deze scheepsklassen moet er op elk moment minstens één beschikbaar zijn voor inzet."

Idealiter gebeurt dat niet in zo'n kort tijdsbestek. Marineschepen.nl beschreef in 2016 de komende periode al als het decennium van zwakte. Door bezuinigingen in het verleden zijn veel vervangingen uitgesteld.

Van Amstel
Zr.Ms. Van Amstel, op archiefbeeld, vaart in de huidige planning nog drie jaar. (Foto: Defensie)

Van Amstel "voorlopig als eerste uit dienst"
Zo ook de vervanging van de M-fregatten, al heeft dat project ook door aanpassingen vertraging opgelopen. De twee laatste M-fregatten zouden omstreeks 2020 worden vervangen, maar dat is flink opgeschoven. De nieuwe fregatten worden nu in 2029 en 2031 verwacht.

Ruim voor de komst van de ASW-fregatten, zal een fregat van het huidige duo afscheid nemen. In 2026 om precies te zijn, blijkt uit de transitiebrief van woensdag. Om ook daarna nog een M-fregat beschikbaar te hebben voor onderzeebootbestrijding, moet het andere fregat in groot onderhoud zijn geweest en de taken kunnen overnemen tot het in 2030 ook uit dienst wordt gesteld. De marine houdt, zo liet een woordvoerder desgevraagd weten, met verschillende scenario's rekening, maar "voorlopig is Zr.Ms. Van Amstel het eerste schip dat uit dienst gaat."

Dat betekent dat de Van Speijk, dat dit jaar weer voorzichtig uit de reserve wordt gehaald, in onderhoud gaat en tot 2030 zal gaan varen.

De maandelijkse nieuwsbrief van Marineschepen.nl

Lees hier meer over de inhoud van de nieuwsbrief

Onderzeeboten: 10 jaar de tijd
Ook op gebied van onderzeeboten is de beschikbaarheid de komende jaren dun. Zo dun dat er een vrees is dat Nederland een tijdje géén onderzeeboten heeft; een gat in de capaciteit, een capability gap genoemd. Al is de huidige afbouw van vier naar drie boten en straks naar twee, ook al een capability gap.

Maar de kans dat er in de toekomst helemaal geen boot beschikbaar is, is er wel degelijk, zo onderstreepte Van der Maat: "In alle onderzochte planningsscenario’s is het risico op een capability gap reëel." Om de kans op zo'n gat te verkleinen, heeft Defensie in de offerteaanvraag aan de drie werven opgenomen dat de proefvaart van de tweede onderzeeboot van de nieuwe klasse "binnen tien jaar na contractondertekening moet zijn voltooid".

Het komt er dan op neer dat de laatste boot van de Walrusklasse nog vaart en de eerste nieuwe boot in dienst is. Maar Defensie richt zich dus vooral op de tweede nieuwe boot, zodat de Walrusklasse eindelijk met pensioen kan gaan en de marine kan voldoen aan de eis van operationele inzet. Dat moment, van die tweede boot, ligt uiterlijk op 2035. Daarna groeit de Onderzeedienst weer naar vier boten.

De LCF'en worden gemoderniseerd. Hier beelden van de vernieuwde Zr.Ms. De Zeven Provinciën, met het bijbehorende artikel.

Upgrades, onderhoud en upgrades voor LCF'en
De Luchtverdedigings- en Commandofregatten (LCF'en) worden vanaf 2032 vervangen door de Future Air Defender (FuAD). Dat is eerder dan de onderzeeboten. Ook Van der Maat noemt dat jaartal in zijn brief, maar dat jaartal lijkt wel steeds lastiger houdbaar. Eind dit jaar wordt de A-brief over deze vervanging verwacht. De A-brief voor de ASW-fregatten verscheen in mei 2018. Elf jaar later moet het eerste ASWF in dienst worden gesteld. Voor de periode A-brief tot indienststelling heeft Defensie zich nu negen jaar gegeven (eigenlijk acht als de brief in december verschijnt). Het ASWF-traject was een eerste fregat voor Defensie in twintig jaar in een door krappe budgetten niet eenvoudige tijd. Maar de FuAD is een complexer schip en daar wil Defensie waarschijnlijk nog een partner voor vinden (aanvankelijk zouden deze schepen met Duitsland worden vervangen, maar die kans lijkt klein). Met die partner moet het hele samenwerkingstraject nog worden opgestart.

De LCF'en zijn inmiddels een kleine twintig jaar in dienst, maar kunnen nog wel even mee. De laatste van de vier ondergaat momenteel het moderniseringsprogramma. De schepen zijn dan voorzien van een nieuwe brug, commandocentrale, technische centrale en de nieuwe SMART-L MM/N. Het laatste schip, Zr.Ms. Evertsen, krijgt ook gelijk een nieuw 127mm kanon. De andere schepen volgen. Daarbij blijft het niet de komende tijd, de LCF'en zullen nog van veel meer nieuwe spullen worden voorzien, in ieder geval Zr.Ms. De Ruyter en Zr.Ms. Evertsen.

Alle vier zullen in 2024 - 2029 groot onderhoud krijgen. Ze zullen bovendien de Naval Strike Missile (NSM) krijgen, ter vervanging van de Harpoon. Ook worden ze voorzien van Tomahawk-kruisvluchtwapens en een nieuw systeem voor Elektronische Oorlogvoering (EOV).

De twee jongste zullen tot midden jaren dertig in dienst blijven, schrijft Van der Maat, en worden voorzien "van nieuwe ESSM Block 2 luchtdoelraketten voor de middellange afstand, RAM-luchtdoelraketten voor de korte afstand en storingsapparatuur voor elektronische oorlogvoering".

Zeeland
Archiefbeeld van Zr.Ms. Zeeland in de Noordzee. De Hollandklasse zou tot in de jaren veertig mee kunnen, maar van de schepen wordt eerder afscheid genomen. Deze schepen worden vervangen door het LPX. 'X' stond aanvankelijk bij de Amerikaanse marine voor 'experimenteel', maar wordt nu vaak gebruikt voor een ontwerp in de conceptfase. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

LPX
Een heel nieuw concept wordt de vervanging van de LPD's Zr.Ms. Rotterdam en Zr.Ms. Johan de Witt, gecombineerd met de vervanging van de Hollandklasse patrouilleschepen. Het gaat volgens het Sail Plan van de marine om schepen die "amfibische operaties, maritieme patrouilletaken en noodhulp" kunnen uitvoeren. Hoe dat schip er precies uit moet zien, is nog niet bekend. Het wordt, in tegenstelling tot hier en daar hoopvol wordt geschreven in de commentaren, geen helikoptercarrier.

Want duidelijk is dat het concept van grote amfibische transportschepen voor de marine van de toekomst niet de voorkeur heeft. Al enige tijd wordt gestudeerd op een alternatief, maar dat blijkt nog lastig te vinden. Geen van de bestaande concepten, waaronder de Crossover van Damen, bleek perfect passend.

Niet alleen in Nederland wordt nagedacht over een nieuw amfibisch concept; ook in de Verenigde Staten loopt een interessant programma. Dit programma werd eerder het Light Amphibious Warship (LAW) genoemd, tegenwoordig Medium Landing Ship (LSM). Het LSM is een klein en relatief goedkoop schip, zodat er meer gebouwd kunnen worden en niet alle mariniers in één relatief kwetsbaar schip vervoerd worden. Volgens de eerste plannen is LSM 60 tot 120 meter lang en heeft een waterverplaatsing van maximaal 4.000 ton. Er is een bemanning van maximaal 40 personen, ruimte voor 75 mariniers en de maximum snelheid ligt op 14 tot 15 knopen.

Waar de Amerikaanse marine deze kleinere schepen naast hun vloot aan grote amfibische schepen kan introduceren, betekent een dergelijk concept voor de Nederlandse marine een uitdaging om nog landingsvaartuigen aan boord te krijgen. Deze landingsvaartuigen worden overigens de komende jaren vervangen.

Om hoeveel schepen van het nieuwe concept het gaat, is nog niet bekend. Ze zullen zes schepen gaan vervangen.

De A-brief van het Nederlandse schip, een schip dat voorlopig aangeduid wordt met LPX, wordt in 2024 verwacht. De uitdienststelling van de Rotterdam staat voor 2033, dus de nieuwe schepen zullen niet lang daarna in dienst moeten komen.

Help je Marineschepen.nl?
Met jouw donatie kan Marineschepen.nl -onafhankelijk- nieuws- en achtergronden blijven publiceren.




Of scan deze QR-code met je telefoon.
QR

Meer info over donaties aan Marineschepen.nl lees je op de donatiepagina.

Onderhoud: vaker
Met de komst van nieuwe schepen wil de marine ook het onderhoud wijzigen. Enerzijds om de schepen vaker beschikbaar te hebben en anderzijds omdat er minder technisch personeel is. Systemen moeten makkelijker te onderhouden zijn en makkelijker te vervangen zijn. Ook wordt veel ingezet op technische ontwikkelingen die het mogelijk maken om vanuit Den Helder betere technische ondersteuning te leveren aan een schip in het buitenland, bijvoorbeeld door een digital twin van het schip op land te hebben. Ook virtual reality en augmented reality moeten bemanningen helpen met onderhoud.

De huidige schepen gaan eens per vijf tot zes jaar tegen de kant voor groot onderhoud, schrijft Defensie. In die onderhoudsperiode wordt ook geprobeerd om een schip aan te passen. Het is ook gebruikelijk om marineschepen halverwege de levensduur te moderniseren. "Door de snelheid van de technologische ontwikkelingen gaat dit concept steeds minder voldoen", schrijft Van der Maat. "In plaats daarvan gaat de marine het materieel meer doorlopend onderhouden en aanpassen met kortcyclische verbeteringen. Daarmee zijn de schepen over de hele levensduur meer technologisch bij de tijd en minder uit de vaart."



Personeel
"Het personeel van de marine is de belangrijkste factor in het mogelijk maken van de transitie", schrijft Van der Maat. Tegelijkertijd blijkt dat, Defensiebreed, in 2022 de uitstroom groter was dan de instroom. Terwijl Defensie om de grondwettelijke taken te kunnen voldoen jaarlijks juist 3.000 extra mensen nodig heeft.

Van der Maat noemt in zijn brief enkele voorbeelden om het personeel te behouden en nieuw personeel te werven: meer mogelijkheden voor alternatieve concepten zoals bij het bemannen van de Den Helder is gedaan, meer reservisten, het Dienjaar, een eigen technische opleiding samen met zeevaartscholen. Ook wil de marine de focus van specialistische en functieopleidingen verschuiven van school naar het schip.

Aantal schepen
Het aantal Nederlandse marineschepen deze eeuw. Sinds 2010 heeft de marine ongeveer 29 schepen. De komende jaren zijn er mogelijk wat fluctuaties door in- en uitstroom van schepen, maar uiteindelijk zal in 2039/2040 het aantal schepen (volgens de huidige plannen) weer uitkomen op 29 stuks. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Aantal schepen
Het aantal Nederlandse marineschepen sinds 1800. Historisch gezien blijft de vloot dus een heel klein aantal schepen hebben. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Uitbreiding?
Al tien jaar wordt gepraat over en gewerkt aan nieuwe schepen, maar er zijn nog altijd geen concrete plannen voor meer schepen. Zeer waarschijnlijk zal het contract voor de twee ASW-fregatten een optie voor een derde fregat bevatten, dat is immers gebruikelijk. Maar dat zegt niets over of die optie daadwerkelijk wordt gebruikt. In de huidige plannen zal de vloot even groot blijven. Wel zal de marine kunnen beschikken over meer wapensystemen en nieuwe schepen die ontworpen zijn voor minder onderhoud.

Trific
TRIFIC: een fregat omringd door laagbemande civiel gebouwde schepen, die voorzien zijn van raketten. Bovenstaand beeld is door Marineschepen.nl gefabriceerd en is een schets. Er is nog geen keuze gemaakt voor schepen of wapensystemen. (Foto en bewerking: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Toch beschrijft het Sail Plan van de marine uitbreiding van de vloot: "Eén van de gevolgen van de turbulente periode waarin we leven is dat de marine vrijwel voortdurend op meerdere plaatsen in de wereld actief zal zijn en blijven. Om dit vol te houden is kwantiteit voor de marine nadrukkelijk een kwaliteit."

Het personeelstekort tempert al jaren de wens van de marine om te groeien met bijvoorbeeld extra fregatten. "Door personele krapte in Nederland zullen we overgaan naar concepten waarbij onze eenheden een kleinere bemanning krijgen en worden aangevuld met onbemande (initieel low- manned) schepen, vliegende middelen en wapensystemen."

De eenheden met kleinere bemanningen zijn bijvoorbeeld de ASW-fregatten en het TRIFIC-concept met onbemande scheepjes volgestopt met wapens.

Jaime Auteur: Jaime Karremann
Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.




comments powered by Disqus


Marineschepen.nl

Contact

Over deze site

Adverteren

Doneren
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

LinkedIn

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nieuwsoverzicht

Gerelateerde artikelen

Bevoorrader Den Helder

Vlissingenklasse mijnenbestrijders

ASW-fregatten

3 werven willen hulpvaartuigen bouw