In Londen heeft Damen tijdens de defensiebeurs DSEI de nieuwe Enforcer-serie gepresenteerd. De Enforcer is een productlijn van Damen met amfibische transportschepen, nauw verbonden met de ontwerpen van Zr.Ms. Rotterdam en Johan de Witt. Met het oog op de nieuwe ontwikkelingen op amfibisch vlak is Damen opnieuw aan het tekenen geslagen.
Een grote variant van de nieuwe Enforcer op de stand van Damen tijdens DSEI in september. Op de wand staan nog meer varianten afgebeeld. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
Op een hoek van het voor DSEI-begrippen bescheiden Nederlandse paviljoen, had Damen dit jaar een eveneens bescheiden stand. Dit keer was er geen fregat te zien, ook geen onderzeeboot. De wand van de stand was een grote afbeelding van twee amfibische schepen en een model van de nieuwe Enforcer-serie stond als publiekstrekker aan het looppad.
Dat een schip met amfibische middelen centraal stond op de stand van Damen is geen toeval. In juni ondertekenden Nederland en Groot-Brittanië een statement of intent waarin zij toezegden om te onderzoeken of zij samen kunnen werken aan nieuwe amfibische schepen. Nederland is op zoek naar een vervanging van de Hollandklasse patrouilleschepen, gecombineerd met de vervangers van de Rotterdam en Johan de Witt. Deze uit zes schepen bestaande klasse worden nu aangeduid als LPX.
De Britse marine wil graag de amfibische transportschepen HMS Albion en HMS Bulwark vervangen.
Beide projecten wijken dus iets van elkaar af, maar de twee landen kijken naar gemeenschappelijke punten.
Met een aangepaste Enforcer wil Damen alvast laten zien wat de mogelijkheden zijn. Niet alleen aan potentiële nieuwe klanten. Want hoewel de eerste ontwerpen van Nederlandse marineschepen normaliter afkomstig zijn van de defensie-inkooporganisatie COMMIT (voorheen DMO), wil Damen dus ook de Nederlandse marine enkele denkrichtingen schetsen.
"Beide marines zijn sterk met elkaar verweven, conceptueel en in gezamenlijk oefen en optreden. Daarbij gebruiken ze beide al succesvol schepen van de Enforcer-lijn, die we stevig vernieuwd hebben. We zijn gewoon gereed om, als zo'n samenwerking tussen twee landen zich materialiseert daar in deel te nemen", licht Richard Keulen Director Naval Sales Support van Damen toe.
Overigens zijn Nederlandse delegaties ook bij de Britse industrie over de vloer geweest om over dit project te praten, zo vertrouwde een vertegenwoordiger van een Britse werf Marineschepen.nl toe.
Nieuw concept
De Enforcer-serie bestaat al geruime tijd en is gebaseerd op de ontwerpen van de Rotterdam en de Johan de Witt. Op basis van die Enforcer is het ontwerp van de Bayklasse amfibische transportschepen ontwikkeld voor de Britse marine.
Sindsdien zijn er de nodige aanpassingen en updates geweest aan de Enforcer, maar nu is een nieuwe serie bedacht, die ook uitgaat van een nieuwe concept van amfibisch opereren. "De Amerikanen hebben de toon gezet", zegt Ed Veen Manager Naval Sales Support en de eerste commandant van Zr.Ms. Johan de Witt. "De Amerikaanse marine kijkt wat breder, naar andere type schepen en andere integraties."
"Wat we nu zien is dat het amfibisch optreden lichter en veel sneller wordt. Zo snel mogelijk in en uit. En voor de Nederlandse marine met kleinere eenheden. We zien ook dat USV's en UAV's [varende en vliegende drones] onderdeel worden van de operaties. Dat vergt veranderingen aan het moederplatform", zegt Veen.
De nieuwe Enforcer in de kleinste variant, van 120 meter. (Beeld: Damen)
Nieuwe Enforcer
Een uitdaging in het concept voor Nederland is dat de nieuwe schepen voor verschillende type schepen in de plaats moeten komen. Terwijl Groot-Brittannië naar een groter amfibisch transportschip zoekt, richt Nederland zich meer op een kleiner schip.
"De bedoeling van Zr.Ms. Johan de Witt is dat je ook het zwaarste materieel dat Defensie heeft, naar de wal moet kunnen brengen", zegt Veen. "Dat wordt dus anders met de nieuwe schepen, waardoor je naar een lichter en sneller schip kan. We kunnen dus kijken naar een andere logistieke trein."
"Tegelijkertijd blijft veel van het Enforcer-ontwerp overeind. Er blijft een dok, accommodatie voor mariniers, een grote ziekenboeg en een brug. Die elementen veranderen niet of nauwelijks."
Zr.Ms. Johan de Witt, dat bijvoorbeeld 33 tanks kan vervoeren en een lengte heeft van 176 meter, heeft een waterverplaatsing van 15.500 ton en een snelheid van 19 knopen.
Voor Nederland komt Damen vooralsnog uit op een schip van 120 meter met een waterverplaatsing van 9.000 ton en een snelheid van 18 knopen. Deze Enforcer 12026 is bewapend met een 76mm kanon, RAM en 30mm kanons. Het beschikt over een UAV-dek en UAV-hangar.
Variant
De Britse marine richt met het Multi Role Support Ship (MRSS) waarschijnlijk op een groter schip. Als dat klopt, heeft Damen ook een oplossing, voegt Veen toe en wijst naar de grote afbeelding van twee schepen op de wand. "Je ziet hier bijvoorbeeld een 156-meter-variant en die van120 meter. De breedte is hetzelfde. Bij gelijke breedte hoef je ook de voortstuwing niet te veranderen. Want een langer schip is gunstiger en is dus even snel. De specificaties zijn nagenoeg hetzelfde en ook de brug, commandocentrale en andere ruimtes zijn hetzelfde, maar in het extra deel zijn wel meer mogelijkheden."
"Door die verlenging kan je wel aan de wensen van beide partijen tegemoetkomen en kan je door een modulaire aanpak heel veel schaalvoordeel behalen. En deze ontwerpen bestaan voor een groot gedeelte uit kennis en ervaring die we al in huis hebben. Wat we dus nieuw moeten ontwikkelen is heel beperkt."
Wat de eisen precies zullen worden, is nog niet bekend. Het ontwerp kan op verzoek van Nederland en Groot-Brittannië worden aangepast, laat Veen weten.
Wat ook nog niet vaststaat is welke werf of werven de schepen gaan bouwen.
Auteur: Jaime Karremann Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.