Vijf maanden na het vertrek van Zr.Ms. Groningen uit het Caribisch gebied zal Zr.Ms. Holland eind deze maand de functie van stationsschip op zich gaan nemen. Het patrouilleschip vertrekt vanmiddag vanuit Den Helder. Marineschepen.nl sprak voor vertrek met commandant KLTZ Ronald van Vuuren.
Zr.Ms. Holland, een Oceangoing Patrol Vessel (OPV) van de Hollandklasse, op archiefbeeld. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
Nadat Zr.Ms. Groningen met een beschadigde schroefas eerder terugkeerde dan gepland uit het Caribisch gebied en deze niet op korte termijn gerepareerd bleek te kunnen worden, werd Zr.Ms. Holland aangewezen als vervanger.
De Holland was toen al een tijdje aan het opwerken na een onderhoudsperiode. "In maart waren we gereed om ingezet te worden", zegt KLTZ Van Vuuren in een telefonische reactie. "Daarna hebben wij onze eigen continuation training uitgevoerd, waarna wij ingezet konden worden als stationsschip. Uiteindelijk is de planning uitgelopen door een brandstoflekkage, waardoor de isolatie aan een van de hoofdmotoren beschadigd raakte. Het vervangen van die isolatie is best omvangrijk, de isolatie moest eerst verwijderd worden en nieuw materiaal ligt niet op de plank en moet op maat gemaakt worden." Inmiddels is het materiaal vervangen en is het schip weer gereed voor inzet.
Quarantaine
Ook de bemanning is er klaar voor. Gisteren stapte de bemanning van de Holland aan boord na twee weken in quarantaine te zijn geweest op het Walaardt Sacré Kamp. Van Vuuren: "Daar waren we opgedeeld in clusters van drie of vier personen, met de mensen in je cluster mochten we eten en sporten. Wilde je contact met anderen, dan moest dat met mondkapje en op ruime afstand."
"Mede op grond van ervaringen bij eerdere eenheden wilden we die clusters zo klein mogelijk hebben, zodat als er in zo'n cluster zich een besmetting voordoet een zo klein mogelijk deel van de bemanning daar hinder van ondervindt. Als OPV hebben we een heel beperkte bemanningssamenstelling, waardoor je veel sneller de pijn van voelt van mensen die je niet kan inzetten dan op een fregat, omdat er in veel mindere mate sprake is van redundantie binnen de bemanning."
Na het opgesplitste bestaan werden de mannen en vrouwen van de Holland per bus bij de valreep afgezet om vervolgens in een groene bubbel op normale afstand van elkaar aan de Westterm te beginnen. "Dat is wel even onwennig", zegt Van Vuuren. "Je ziet toch mensen denken van: 'wat zitten we ineens dicht bij elkaar.' Toch gaan we weer terug naar het oude normaal, dat is wel prettig, maar ook even schakelen."
Ervaring
Eenmaal aan boord begon het echte werk. Goederen moesten geladen worden en er werd ook al geoefend. "We hebben nog een brandoefening gedaan, nog wat andere veiligheidsrollen gecontroleerd en tijdens de oversteek naar de West zullen we dat verder gaan uitbouwen inclusief tabletops en oefeningen om onze veiligheidsorganisatie op peil te houden. En door die oefeningen zal de saamhorigheid ook weer een boost krijgen", verwacht Van Vuuren.
Kort nadat de Holland in de West arriveert begint het orkaanseizoen. "We hebben daar geen specifieke grote oefening voor gedaan, maar wel verschillende deeloefeningen en ons platform is daar op ingericht."
Daarnaast is de bemanning van de Holland ervaren. De marine werkt sinds enige jaren met het wisselbemanningsconcept voor de OPV's waardoor zij niet meer vast verbonden zijn aan een schip. De inzet van een schip verandert nog wel eens, en dat zorgde voor onzekerheid bij de bemanning. Dankzij bemanningswisselingen kunnen de schepen langer wegblijven, en de bemanningen weten waar ze aan toe zijn.
De bemanning die nu met de Holland vertrekt is bemanning Wit, de bemanning die vorig jaar zomer de bemanning van de Groningen in het Caribisch gebied vormde en daar de nodige ervaring op heeft gedaan.
De Holland met een NH-90 op het helidek, archiefbeeld. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
NH-90
Bemanning Wit was ook het team dat hun NH-90 in zee zag storten. Met het aanstaande vertrek komen die herinneringen weer naar boven, zeker omdat ook nu weer een NH-90 helikopter mee gaat. "Wat er toen is gebeurd, blijft binnen de bemanning altijd onderwerp van gesprek", zegt Van Vuuren. "We hebben daar ook onze vliegploeg uitgebreid over gesproken. En we besteden, omdat we dat zelf willen en omdat DHC [Defensie Helikopter Commando] en CZSK [Commando Zeestrijdkrachten] dat hebben opgepakt als verbetering van onze bedrijfsprocessen, hier meer aandacht in de voorbereiding aan. De helikopterredders en de zwemmers geven we meer instructie over de helikopter bijvoorbeeld. Er is in ieder geval een grotere bewustwording van de risico's die zich kunnen voordoen."
Korte inzet
De periode dat de bemanning Wit in de West is, is relatief kort. Van Vuuren: "We verwachten 26 mei aan te komen te Curaçao. Eind juni komt de andere bemanning invliegen en zij nemen het schip dan over."
De reden voor deze korte periode is dat de Holland niet eind maart maar half mei vertrekt door de brandstoflekkage en dat het moment van de bemanningswisseling niet is verplaatst. Op die manier weet iedereen, inclusief thuisfront, waar hij/ zij aan toe is.
Na aankomst te Curaçao zal de Holland met bemanning Wit naar verwachting direct worden ingezet voor de taken als stationsschip. "We zijn blij dat we onze bijdrage kunnen leveren. Niet alleen voor district 7 en CTG 4.4, maar ook voor de Kustwacht Caribisch gebied is het belangrijk om onze vlag te laten zien."
Sinds de Groningen met bemanning Wit in september vorig jaar vijf keer in korte tijd een drugstransport wist te onderscheppen, is er voor zover bekend geen drugs meer op zee onderschept door een Nederlands schip. Bemanning Wit heeft een maand de tijd om daar wat aan te veranderen.
Nadat de mannen en vrouwen van Wit terug zijn gevlogen blijft, zo is nu de planning, de Holland tot eind september in de Caribische wateren. De Groningen zal dan koers zetten naar de West.
