Na iedere succesvolle aanval door Oekraïense varende drones op een Russische marineschip, rijst de vraag of marineschepen zich wel kunnen verdedigen tegen dit soort wapens en zo ja hoe zij dat kunnen doen. Om die vragen te kunnen beantwoorden kijken we kort naar het verleden en de toekomst op gebied van de verdediging tegen varende drones.
Wanhopige poging van het fregat Admiral Makarov (Admiral Grigorovichklasse) en helikopter om de aanvallende zeedrone tijdig uit te schakelen. Het fregat vaart op hoge snelheid, gezien de boeg- en hekgolven. (Foto: screenshot Youtube)
Meerdere Russische marineschepen zijn beschadigd en gezonken na aanvallen met Oekraïense varende drones. Deze aanvallen werden bij de Krim maar ook aan de andere kant van de Zwarte Zee uitgevoerd. En de onbemande scheepjes (USV's) kan inzetten brengen ook daadwerkelijk schepen tot zinken zo zagen we begin 2024.
In augustus was de Olenegorskiy Gornyak het eerste schip dat Oekraïne daadwerkelijk uitschakelde. Gaat het schip de geschiedenis in als het eerste dat is uitgeschakeld door een drone? Niet als je torpedo's en raketten ook tot drones rekent. Door een onbemand scheepje dan? In China werden in het jaar 208 al branders ingezet. Deze branders dreven (onbemand) op de houten tegenstanders af, die vervolgens in brand raakten.
Een belangrijker kenmerk van deze aanvallen is echter dat het gaat om kleine scheepjes die het opnemen tegen een groot doel.
USS Cole op transport naar de VS, met een groot gat in de romp. De aanslag kostte 17 bemanningsleden het leven. (Foto: Sgt. Bill Maes/ US Navy)
Meer aandacht voor kleine bootjes
Een keerpunt was de aanslag op USS Cole. De Amerikaanse torpedobootjager van de Arleigh Burkeklasse werd in 2000 in de haven van Aden (Jemen) aangevallen door een terroristenbootje volgeladen met explosieven. Toen bleek hoe een klein simpel bootje een groot en duur schip kon uitschakelen (tijdelijk, de Cole kwam na jaren van reparatie terug in de vaart). Een andere ontwikkeling was te zien in Iran. Daar was het de Iraanse Revolutionaire Garde Marine die niet de middelen had van de andere Iraanse marine, en bovendien een andere filosofie hanteerde, maar in de jaren '80 had ervaren dat de Amerikaanse marine veel te machtig was om op een traditionele manier tegen te vechten.
Daaruit volgde het concept van zwermaanvallen met kleine bootjes in de krappe wateren van bijvoorbeeld de Straat van Hormuz. In 1987 plande Iran een massale aanval met 60 kleine bootjes op Amerikaanse marineschepen, dat plan werd verijdeld. Maar de Amerikaanse marine kregen daarna meerdere keren te maken met de kleine Iraanse bootjes.
Met die ervaring in het achterhoofd deed de Amerikaanse marine in 2002 een test, genaamd Millennium Challenge 2002. Deze simulatie, die ten dele bestond uit een comuptersimulatie en lanceringen, kende twee strijdende partijen: Blauw (VS) en Rood (een fictief land aan de Perzische Golf). Gedurende de twee weken durende wargame moest Blauw een amfibische landing uitvoeren en hield zich op in de buurt van de kust van Rood. Rood bracht vrijwel direct zestien grote marineschepen van Blauw tot zinken met kruisvluchtwapens die vanaf de kust werden gelanceerd: een vliegkampschip, tien kruisers en vijf amfibische transportschepen.
De volgende aanval vond plaats met kleine, snelle bootjes die bewapend waren met machinegeweren, raketten en explosieven. Opnieuw werd een groot aantal schepen tot zinken gebracht. Het resultaat was dat binnen enkele dagen Blauw was vernietigd.
Ook de Nederlandse marine had intussen kennisgemaakt met de middelen en tactieken van de Iraanse Revolutionaire Garde. In 2001 en 2002, na de aanslagen op 11 september 2001, operereerden S-fregat Hr.Ms. Philips van Almonde en M-fregat Zr.Ms. Van Amstel in de Perzische Golf en Straat van Hormuz. Zij bereidden zich ook voor op een mogelijke aanval door kleine bootjes en kwamen in aanraking met de tactieken van de Iraniërs.
Het werd zo steeds duidelijker voor marines dat ze zich niet alleen moesten beschermen tegen de traditionele aanvallen door traditionele tegenstanders, maar ook tegen aanvallen met kleine bootjes. Zeker in kustwateren. De Fast Incoming Attack Craft (FIAC) werd daarom geïntroduceerd in de doctrines en oefenprogramma's. Dit kwam later ook van pas tijdens de piraterijbestrijding in de wateren van Somalië.
Daaruit bleek dat het weldegelijk mogelijk is om je te beschermen tegen een aanval met varende drones. Al is dat niet eenvoudig. Daarover zo meer.
Ropuchaklasse landingsschepen van de Pacifische Vloot op archiefbeeld. Deze schepen zijn helemaal niet geschikt voor verdediging tegen varende (of vliegende) drones. (Foto: Russische marine)
Rusland blijft achter
Voor de Russische marine lijkt de dreiging van snelle, kleine bootjes geen grote rol te hebben gespeeld. Weliswaar zijn oefeningen bekend van Russische marineschepen met NAVO-eenheden waarin zij het gezamenlijk moesten opnemen tegen een FIAC-dreiging, maar dat lijken uitzonderingen te zijn. Dergelijke oefeningen hadden plaats vóór 2014, na de aanval op de Krim oefenden Rusland en de NAVO niet meer samen.
Een grote impact op het ontwerp van marineschepen en op latere oefeningen, lijkt die dreiging niet zijn geweest. Ook bestaande schepen zijn niet of nauwelijks aangepast. De achterliggende oorzaak is gissen. In het algemeen hecht de Russische marine meer waarde aan de aanval dan aan verdediging. De focus binnen de Russische marine lag vooral op nieuwe hypersone wapens, Kalibr-kruisvluchtwapens en onderzeeboten. Wat mogelijk mee heeft gespeeld is dat Rusland, anders dan de VS, Iran en de Iraanse tactieken niet als potentiële tegenstander heeft gezien, gelet op de goede banden tussen Teheran en Moskou. De laatste tien jaar heeft Rusland zich gericht op een oorlog tegen Oekraïne en dat land had geen varende drones. Oekraïne ontwikkelde die pas nadat de marine was vernietigd in februari 2022. Inmiddels zijn er door Oekraïne twaalf aanvallen met deze zeedrones uitgevoerd, zo telde de BBC.
When the russian reconnaissance ship "Ivan Khurs" met a Ukrainian drone. Indeed, a perfect match! pic.twitter.com/mW3clD0vHh
Dat Rusland zich nauwelijks heeft voorbereid op die 'nieuwe' dreiging, bleek wel tijdens de aanvallen met USV's door Oekraïne. Weliswaar was de Olenegorskiy Gornyak het eerste schip dat beschadigd werd geraakt, de Oekraïense USV's wisten ook te ontploffen tegen de scheepshuid van het fregat Admiral Makarov tijdens de eerste aanval in oktober 2022 en tegen die van inlichtingenschip Ivan Khurs in mei 2023. En dan ging het niet eens om een zwerm drones.
Een in september aangespoelde USV van het type dat gebruikt is voor de aanvallen. Met dit wapen kan Oekraïne tegen lage kosten dure en grote schepen aanvallen. (Foto: Russische Defensie)
Bij de aanval op de Makarov werden de USV's beschoten vanuit een helikopter en ook lijkt het 100mm kanon het hebben gevuurd op de drone. Het zorgde niet voor een snelle uitschakeling en dat is wel nodig in geval van een aanval met meerdere drones. De Ivan Khurs (Yury Ivanovklasse) heeft alleen vier 14,5mm machinegeweren en vanaf de schouder te lanceren raketten om zich te verdedigen tegen varende en vliegende doelen. Dat bleek onvoldoende; de USV blies zichzelf op toen het de Khurs raakte. Bij de aanval op de Olenegorskiy Gornyak, lijkt het landingsschip de USV helemaal niet te hebben opgemerkt.
Behalve de wapens, ontbreekt het veel Russische schepen namelijk aan geschikte sensoren (radars en camera's) om de doelen op te merken en, belangrijker nog, aan de training en voorbereiding van de bemanning. Zeker de Ivan Khurs en de Olenegorskiy Gornyak waren daardoor sitting ducks voor de Oekraïense aanvallen.
Een oefening voor MAG-schutters in de Middellandse Zee, in 2014. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)
Wat doen NAVO-landen?
De drones waarmee Oekraïne de Russische schepen aanviel, waren geen systemen die zelf beslissingen namen (autonoom). Zij werden op afstand bestuurd. Verschillende landen, waaronder de VS en China, werken al langer aan autonome drones die in een zwerm kunnen aanvallen. De verdediging tegen dergelijke drones is dus vele malen lastiger dan de enkele drones die de Russische schepen op zich af zagen komen.
De dreiging van zwermaanvallen door kleine, snelle bootjes, zijn al langer in beeld bij NAVO-marines. Zij oefenen al geruime tijd tegen FIAC's en hebben ook in de praktijk, bijvoorbeeld in de Straat van Hormuz, ervaring opgedaan. De nadruk van de traditionele verdediging tegen FIAC's ligt op de verdediging tegen bemande scheepjes, die aan de hand van de rules of engagement eerst op verschillende manieren gewaarschuwd worden als zij een schip naderen. Tot slot wordt dan door de schutters met machinegeweren gevuurd op de inkomende doelen.
Een NATO Sea Sparrow treft een inkomend bootje tijdens een oefening in 2007. (Foto: US Navy)
Daar hoeft het echter niet bij te blijven. In 2007 lanceerde het Amerikaanse vliegkampschip USS Abraham Lincoln (Nimitzklasse) tijdens een oefening een NATO Sea Sparrow-raket op een inkomend scheepje. Deze raket is normaliter voor luchtverdediging, maar heeft een suface mode gekregen. Enkele jaren eerder had een Nederlands M-fregat ook een aanstormend scheepje vernietigd met een NATO Sea Sparrow tijdens een oefening. Die beelden stonden destijds kort op YouTube, maar werden snel verwijderd.
Behalve deze raketten heeft de Amerikaanse marine Hellfire-raketten op Littoral Combat Ships (LCS) waarmee bootjes kunnen worden aangevallen. De Nederlandse marine heeft de Goalkeeper een update gegeven, zodat dit oorspronkijke wapen tegen luchtverdediging ook 4200 patronen per minuut op een varend doel kan vuren.
Het ASW-fregat is ontworpen om een aanval van meerdere bootjes en raketten tegelijk af te slaan. Het ASWF is voorzien van sensoren die kleine bootjes kunnen waarnemen. Verder hebben de fregatten een 76mm kanon voor geleide munitie, RAM-raketten voor lucht- en zeedoelen, 2x 40mm snelvuurkanons en onbemande machinegeweren. (Beeld: DMO)
De toekomst
Daarmee is het probleem nog lang niet opgelost. Oud-marineofficer en auteur van boeken op tactisch gebied Peter van Maurik had vorig jaar nog wel kritiek op het tempo waarin de Nederlandse marine zich aanpast aan de nieuwe ontwikkelingen. "De marine heeft de eerste basismaatregelen getroffen, die zijn er wel. Alleen er is nu een wapenwedloopje. Het gaat allemaal sneller en slimmer, dus wij moeten ook sneller en slimmer. En dan gaat het om concepten, wapens, sensoren en training. Dat moet nu in hoger tempo", zei hij in oktober 2022.
Dat betekent niet dat Nederland stilstaat. Behalve aanpassingen van wapensystemen, zijn er ook sensoren geïntroduceerd die drones kunnen detecteren. De Thales Seastar-radar is al geruime tijd in gebruik op de Karel Doorman, patrouilleschepen en M-fregatten en kan automatisch kleine objecten zoals periscopen detecteren. Daarnaast zijn op die schepen ook de Gatekeeper geplaatst; een systeem met (infrarood)camera's die ook in staat zijn om objecten als drones te spotten.
Help je Marineschepen.nl?
Met jouw donatie kan Marineschepen.nl -onafhankelijk- nieuws- en achtergronden blijven publiceren.
Of scan deze QR-code met je telefoon.
Meer info over donaties aan Marineschepen.nl lees je op de donatiepagina.
Verschillende landen zijn de afgelopen jaren met verschillende ideeën gekomen. De Franse werf Naval Group demonstreerde jaren terug een concept aan ondergetekende van een ruimte in een schip met grote schermen op alle wanden, waar de omgeving op werd geprojecteerd, gefilmd door camera's in de mast. Aan die beelden werden icoontjes en data toegevoegd van contacten die waren gedetecteerd door de systemen. Vanuit die ruimte werd de verdediging van het schip tegen een zwermaanval geleid.
Bestaande schepen heeft Frankrijk het ook voor oefening laten opnemen tegen drones. Dat gebeurde vorige maand nabij Bretagne. Een fregat en patrouilleschip werden 'aangevallen' door varende en vliegende drones. Samen met een Rafale M-gevechtsvliegtuig moest de aanval worden afgeslagen. Het was de eerste oefening van de Franse marine in het afslaan van drone-aanvallen.
Zowel de Franse als de Amerikaanse marine willen drones (zowel varend als vliegend) ook gebruiken tegen andere drones. Zij kunnen een aanval tijdig detecteren en de aanstormende drones alvast onder vuur nemen.
Klik voor vergroting. Illustratie van hoe twee schepen, waarvan het ASW-fregat voorzien is van AWWS. Het fregat slaat een aanval door 18 raketten en 8 snelle bootjes af. Het is dan zaak om razendsnel de dreiging te detecteren en analyseren, waarna een optimale tegenaanval kan worden ingezet en optimaal gebruik gemaakt wordt van alle middelen aan boord. (Beeld: Thales)
De Nederlandse marine krijgt met de vervanging van de Goalkeeper ook meer mogelijkheden tegen een drone-aanval. De nieuwe 76mm Sovraponte kanons van Leonardo voor de Johan de Witt, Karel Doorman, Den Helder en de ASW-fregatten kunnen granaten afvuren die onderweg kunnen worden bijgestuurd. Deze schepen krijgen bovendien RAM-systemen waarmee zij kleine raketten op inkomende doelen kunnen schieten. De fregatten krijgen ook nog twee 12,7mm Lionfish en twee Marlin 40mm kanons, beide systemen van Leonardo. Tot slot wordt er ruimte vrijgehouden voor een laserwapen.
Een belangrijk ander element is de vuurleidingssoftware die bij zwermaanvallen (door varende of vliegende objecten) razendsnel prioriteiten moet kunnen stellen en doelen moet selecteren. Dit systeem wordt geïntroduceerd op de ASW-fregatten.
Dat alles ontbrak bij de Russische schepen die zijn aangevallen. Zolang de oorlog voortduurt zal Oekraïne de tactieken en middelen om met USV's de Russische marine aan te vallen alleen maar verbeteren. Rusland in een reactie op de aanvallen met USV's de schepen verder teruggetrokken, havens beschermd met onder andere netten en heeft diverse marineschepen gecamoufleerd. Maar wil Moskou de wapenwedloop op zee met Oekraïne winnen, zal de Russische marine snel hele grote stappen moeten zetten. Want marineschepen kunnen zich verdedigen tegen zeedrones, maar daar zijn wel flinke aanpassingen voor nodig.
Auteur: Jaime Karremann Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.