Vanaf 2032 krijgt de Koninklijke Marine een nieuwe scheepsklasse bestaande uit zes nieuwe schepen. Dat schrijft staatssecretaris van Defensie Christophe van der Maat in de A-brief 'Verwerving Amfibische Transportschepen'. De zes moeten de vier patrouilleschepen van de Hollandklasse en de twee LPD's Zr.Ms. Rotterdam en Zr.Ms. Johan de Witt vervangen. Het is de tweede A-brief in een week tijd, voorafgaand aan de bekendmaking rond de vervanging van de onderzeeboten.
De nieuwe Enforcer in de kleinste variant, van 120 meter. Damen presenteerde afgelopen jaar de nieuwe Enforcer als mogelijk ontwerp voor LPX. (Beeld: Damen)
Vrijdag verscheen de A-brief Vervanging LC-fregatten, volgens Defensie "het grootste maritieme project ooit". De timing van die brief was opvallend, vooral omdat zo werd benadrukt dat de opdracht voor de bouw van de schepen naar Damen zou gaan. De toekomstige Amfibische Transportschepen zullen ook gebouwd worden door Damen, blijkt uit de A-brief. Maar dit project valt in de categorie 1 tot 2,5 miljard euro.
Eind 2022 werden de plannen rond de gecombineerde vervanging van de twee scheepsklassen publiek gemaakt in een interview met de commandant Zeestrijdkrachten. Sindsdien is mondjesmaat meer informatie naar buiten gekomen over deze nieuwe klasse die tot vandaag LPX werd genoemd. In de A-brief spreekt Defensie nu over 'Amfibische Transportschepen'.
Eerder was al bekend dat de marine zes van deze schepen wil, die moeten passen in het nieuwe concept van het Korps Mariniers. Er werd onderzoek gedaan naar een samenwerking met de Britse marine. Ook was bekend dat deze schepen te groot zullen worden voor het grootste dok van de marine in Den Helder.
De A-brief werd verwacht in "voorjaar 2024", afgelopen vrijdag kondigde staatssecretaris van Defensie Christophe van der Maat deze brief aan tijdens een interview met Nieuwsuur.
Breed inzetbaar
De zes nieuwe schepen moeten breed inzetbaar worden, schrijft Defensie in de A-brief: "uiteenlopend van amfibische operaties tot maritieme veiligheidsoperaties en humanitaire hulpverlening." Door zes van dergelijke schepen te bouwen, kunnen verschillende taken door verschillende schepen gedaan worden. Een Amfibisch Transportschip kan ook als stationsschip in het Caribisch gebied worden ingezet. Het stationsschip heeft dan gelijk amfibische capaciteiten.
Defensie noemt nadrukkelijk dat de Amfibische Transportschepen, in tegenstelling tot de patrouilleschepen, ook geschikt moeten zijn voor het hoogste geweldspectrum.
Help je Marineschepen.nl?
Met jouw donatie kan Marineschepen.nl -onafhankelijk- nieuws- en achtergronden blijven publiceren.
Of scan deze QR-code met je telefoon.
Meer info over donaties aan Marineschepen.nl lees je op de donatiepagina.
Internationale samenwerking
De Nederlandse en Britse marine zullen geen identieke amfibische transportschepen krijgen "vanwege de verschillende inzetconcepten en beschikbare budgetten". Wel is het doel dat de schepen zoveel mogelijk identieke subsystemen krijgen "zoals hijsinstallaties, dokfaciliteiten, helikopterinstallaties, voortstuwing en modulaire systemen voor de accommodatie".
Ook, met het oog op de Brits-Nederlandse marinierssamenwerking, moeten de schepen uit beide landen op elkaar aansluiten; de Britse en Nederlandse landingsvaartuigen, helikopters en onbemande systemen moeten (net als nu) van elkaars schepen gebruik kunnen maken.
Vaartuigen
De Amfibische Transportschepen zullen gaan opereren met een reeks nieuwe en vernieuwde vaartuigen: de nieuwe Littoral Assault Craft (LAC) voor personeel en de Littoral Craft Mobility (LCM) voor personeel en materieel. Deze zullen in 2026 - 2030 worden geleverd. De zware LCU-landingsvaartuigen worden nu gemoderniseerd, in 2027 wordt de A-brief van de vervanging van deze vaartuigen voorzien.
Het Korps Mariniers krijgt ook nieuwe voertuigen. Deze zullen met de bovenstaande landingsvaartuigen vervoerd moeten worden. Het gaat enerzijds om rupsvoertuigen die via het project Future Littoral All-Terrain Mobility Band Vagn worden vervangen en de Landrovers die door nieuwe patrouillevoertuigen worden vervangen.
2032
De marine kan het eerste nieuwe Amfibische Transportschip in dienst stellen in 2032. Het zesde en laatste moet in 2037 in dienst worden gesteld en moet vanaf 2038 operationeel inzetbaar zijn.
Voor het oudste te vervangen schip, Zr.Ms. Rotterdam, is 2032 later dan de geplande einde levensduur. Die staat op 2028. Defensie onderzoekt of het schip langer door kan varen en welke maatregelen nodig zijn. De bedoeling is om steeds als een schip in dienst wordt gesteld, ook een schip uit dienst te stellen.
In 2025 wordt de B-brief verwacht, in 2027 de D-brief.
Auteur: Jaime Karremann Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.
