Marineschepen.nl
 
   
 

Meer details nieuwe marineschepen: nieuwe fregatten groter


Door: Jaime Karremann
Bericht geplaatst: 26-01-2024 | Laatst aangepast: 26-01-2024


De Future Air Defenders worden groter dan de Luchtverdedigings- en Commandofregatten, ook de zes LPX'en zullen zo groot worden dat ze niet meer in het dok in Den Helder kunnen. Deze en andere details blijken uit de Kamerbrief die demissionair staatssecretaris Christophe van der Maat woensdag naar de Tweede Kamer stuurde. Deze brief ging over de samenwerking met de industrie, maar bevatte ook tal van details over toekomstige marineschepen. We zetten ze in dit artikel op een rij.

LCF
Luchtverdedigings- en Commandofregat Zr.Ms. De Ruyter in Dok VI van DMI. Het is krap, mede door de scherpe boeg. (Foto: Defensie)

Nieuw fregat, Future Air Defender, groter dan voorgangers
Terwijl de bouw van de ASW-fregatten nog moet beginnen, wordt al hard gestudeerd op weer een andere klasse fregatten: de vervangers van de Luchtverdedigings- en Commandofregatten. De A-brief van die vervangers, de Future Air Defenders (FuAD), werd eind 2023 verwacht. Uit de Kamerbrief van gisteren blijkt dat de A-brief, die de start van het politieke traject betekent, volgende maand in de spreekwoordelijke brievenbus van de Tweede Kamer zal belanden.



De A-brief zal onder andere de taken en de kenmerken van de nieuwe schepen globaal beschrijven. Interessant zal ook het stuk over internationale samenwerking zijn gezien de vooralsnog mislukte poging met Duitsland tot samenwerking, maar voor details over de schepen zelf is het nog te vroeg.

Dat betekent niet dat de Afdeling Maritieme Systemen van COMMIT, de inkooporganisatie van Defensie, nog niet aan het studeren en tekenen is geweest. Aan de hand van de eisen zijn al diverse ontwerpen gemaakt. In de wandelgangen van Defensie wordt al langer gefluisterd dat het schip, net als veel andere fregatten, een flinke omvang zal krijgen. Een vaak gehoord tonnage is dat van 10.000 ton, in het verleden een omvang die voorbehouden was aan kruisers. Maar FuAD zou niet eens het eerste fregat zijn met zo'n waterverplaatsing: de F126 is de 10.000 ton net gepasseerd.

Zoals gezegd zijn dat de geluiden uit de wandelgangen. Het ontwerp van schepen verandert vaak in deze fase. Voor de ASW-fregatten zijn bijvoorbeeld meer dan 22 aangepaste ontwerpen gemaakt. Dat de FuAD in ieder geval groter wordt dan het LCF, blijkt nu voor het eerst uit de brief van woensdag: "de toekomstige vervangers van de LC-fregatten passen niet in het eigen grootste dok van de Koninklijke Marine in Den Helder."

Het is bekend dat het LCF maar net in dat grootste dok, Dok VI, van de Directie Materiële Instandhouding (DMI) past. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de proefdokking die de Alle Hens in februari 2004 beschreef: "Nog niet eerder in de geschiedenis heeft een dermate groot schip – met een waterverplaatsing van 6.048 ton, een diepgang van 5,20 meter, een lengte van 144 meter en een breedte van 18,8 meter – in het dok gelegen. Het ging weliswaar om een proefdokking, maar juist hieruit is gebleken dat het schip èn de drie andere LCF's in de toekomst gedokt kunnen worden ten behoeve van onderhoudswerkzaamheden. (...) Het invaren verliep probleemloos, maar uiteindelijk hield de Tromp aan beide zijden slechts 80 centimeter over. De speling in de lengte was ook beperkt, met drie meter tot de dokdeur."



Dat een nieuw schip groter wordt dan de voorganger, is vrij gebruikelijk. Ook de LCF'en waren groter dan de voorgangers. Overigens, de ASW-fregatten worden ook groter, maar zij passen met 145 meter lengte, 18 meter breedte en 6.400 ton waterverplaatsing nog wel in het dok. Wat de definitieve afmetingen van de FuAD worden, zal vermoedelijk pas over enkele jaren vaststaan. Om een idee te geven van een fregat van die omvang: de Duitse F126 (een heel ander schip), is 10.500 ton en heeft een lengte van 166 meter. De breedte is 21,7.

En de Future Air Defenders zijn niet de enige schepen zijn die niet in Dok VI zullen passen.

Enforcer
De nieuwe Enforcer in de kleinste variant, van 120 meter. (Beeld: Damen)

LPX: past ook niet
Een ander project waar we dit jaar meer over gaan horen is LPX, de vervanger van de amfibische transportschepen Zr.Ms. Rotterdam en Johan de Witt, plus de Hollandklasse patrouilleschepen. Waar het concept van de FuAD wel uit te tekenen is, is dat van het LPX - en de gevolgen voor het ontwerp - nog niet zo scherp. De LPX'en moeten de nieuwe doctrine van het Korps Mariniers volgen: "de mariniers en hun materieel [gaan] straks gelijktijdig op meerdere, uit elkaar liggende plaatsen aan land". De nadruk ligt op "licht, snel en verspreid" met lichte logistieke ondersteuning. Dat is dus anders dan wat de mariniers nu doen: geconcentreerd in landingsgolven.

Vorig jaar ondertekenden het Verenigd Koninkrijk en Nederland een statement of intent over het gezamenlijk ontwikkelen van het LPX, maar tot identieke schepen gaat het niet komen, vermeldt de brief.

Meer over het concept zullen we kunnen gaan lezen in de A-brief, die wordt "dit voorjaar" verwacht, maakte de STASDEF bekend.

Net als in de A-brief van de FuAD, zullen er ook geen details in staan over het ontwerp, maar ook die schepen zullen niet passen in het dok. Dat blijkt ook uit de brief van Van der Maat. Bij dit schip is het minder zeker of het LPX langer wordt dan een LCF; de Enforcer 12026 die Damen bijvoorbeeld tijdens een beurs in Londen presenteerde is met 120 meter lengte een stuk korter dan een LCF, maar is met 26 meter wel veel breder en past daardoor ook niet in Dok VI. Daarmee wil overigens niet gezegd worden dat de Enforcer gekozen wordt als LPX.

Ongeacht te omvang van LPX, blijft het aantal geplande LPX'en op zes stuks staan. Ook in deze brief.

Dok 6
Het Nieuwe Dok, Dok VI of Dok 6, op de Nieuwe Haven, niet lang na oplevering begin jaren tachtig. (Foto: Koninklijke Marine/ Nederlands Instituut voor Militaire Historie)

Dok 7?
Begin jaren tachtig werd Dok VI in gebruik genomen. Het dok was dus gebouwd in de tijd dat de GW-fregatten (138 meter), S-fregatten (128 meter) en de Van Speijkklasse (113 meter) de kern vormden van de vloot.

Het dok was voor de bevoorraders altijd te klein, maar dat waren slechts twee schepen, terwijl het grootste deel van de vloot er dus makkelijk in kon. Nu passen de Karel Doorman, Johan de Witt en Rotterdam niet in het dok. Ook het Combat Support Ship Den Helder zal er niet in passen. Dat betekent dat zij elders, in Amsterdam, Rotterdam of Vlissingen gedokt moeten worden.

Defensie is er nu dus al zo zeker van dat de FuAD en LPX zo groot zijn dat zij ook niet zullen passen en de marine nog meer afhankelijk wordt van commerciële werven. Dat zou betekenen dat straks alleen de ASW-fregatten het dok in kunnen, de rest is of te groot of wordt niet door DMI onderhouden. De mijnenbestrijdingsvaartuigen worden in België onderhouden en de hulpvaartuigen door de bouwer (zie hieronder).

Het lijkt er op dat Defensie dit onwenselijk vindt: "Het aantal reparatiedokken in Nederland die geschikt zijn voor deze grootste schepen is beperkt", schrijft Van der Maat over de grote schepen als LPD's, FuAD's en LPX'en. Defensie lijkt voor te sorteren op een groter dok: "Defensie beziet de mogelijkheden om te beschikken over voldoende strategische dokcapaciteit". De Kamer wordt hier later over geïnformeerd.

Een vraag om een nieuw dok zou overigens niet nieuw zijn. Directeur DMI commandeur (TD) Jeroen Hodes pleitte in 2022 in de Alle Hens al voor een nieuw dok. "DMI zie ik dan als Maintenance Valley; hier zijn de kennis en de kunde en hier kunnen we regie voeren. Dat betekent wel voor onze werf dat we een ‘Formule-1 garage’ moeten worden. Dat er bijvoorbeeld het schepenliftcomplex moet worden aangepast en dat we een nieuw dok erbij bouwen: Dok 7! Ter illustratie: Dok 6 zit al tot 2026 stampvol met regulier onderhoud. Krijgt een schip nu te maken met een kapotte schroefas, dan moet ik het schip extern dokken en dat is prijzig."

De maandelijkse nieuwsbrief van Marineschepen.nl

Lees hier meer over de inhoud van de nieuwsbrief

Hulpvaartuigen weer vertraagd
De 'vervanging Hulpvaartuigen' lijkt een eenvoudig project. Met het project worden tien ondersteunende schepen, zoals torpedowerkschip Zr.Ms. Mercuur en de hydrografische opnemingsvaartuigen, vervangen door acht nieuwe schepen. Wat het geheel complex maakt, is dat de schepen op zowel methanol als diesel moeten gaan varen en een motor die voldoet aan de eisen voor marineschepen nog moet worden ontwikkeld.

Een ander vraagstuk is wie deze schepen gaat bouwen. In de B-brief van juni 2022 staat dat in 2024 de winnende werf bekend wordt gemaakt. Begin 2023 schreef Marineschepen.nl dat zeker drie werven (Damen, IHC en Thecla Bodewes) geïnteresseerd zijn in deelname. Maar de aanbesteding die toen al van start had moeten gaan, was nog niet begonnen. En ook nu blijft het stil rond het project en lijkt er nog steeds geen aanbesteding te zijn begonnen.

Dat kan te maken hebben met dat er ook helemaal geen aanbesteding komt, zoals verschillende bronnen ook aan Marineschepen.nl lieten doorschemeren. Mogelijk wordt gestuurd op een consortium van Nederlandse werven, die samen de oplossingen bedenken in plaats van dat COMMIT zich richt op het ontwerp van deze vaartuigen. De brief laat die mogelijkheid in ieder geval nog levend: "De Nederlandse MMI [maritieme maakindustrie] gaat deze vaartuigen bouwen. De aard en omvang van het project bieden goede kansen voor een brede samenwerking binnen de sector."

Opvallend is ook dat de hulpvaartuigen straks niet meer door DMI zullen worden onderhouden, maar dat de bouwer die taak op zich neemt. Dit is nieuw voor de Nederlandse marine. In België wordt het onderhoud van (Belgische en Nederlandse) marineschepen uitbesteed aan commerciële bedrijven en in het Verenigd Koninkrijk gebeurt dat ook.

Fast crew supplier
Hoe de schepen er uit gaan zien is niet bekend. Defensie had eerder een model als hierboven gebruikt om het concept te illustreren. Een 'fast crew supplier' zoals dit model, zou voorzien kunnen worden van containers met lanceerinrichtingen voor raketten, maar dus ook sensoren om scheepvaartverkeer in de gaten te houden. (Beeld: Damen)

Opstap naar middelgrote onbemande schepen
Over MICAN (voorheen TRIFIC) is ook al een en ander geschreven op Marineschepen.nl. Dit is een programma van nieuwe schepen die uitgerust worden met "sensoren en capaciteiten voor optreden onder water en op de zeebodem", waarmee zij bijvoorbeeld kunnen zien wat Russische onderzoeksschepen onder water uitspoken. Een andere taak van deze MICAN's is het dienen als varend lanceerplatform voor, zo schrijft deze brief, de LCF'en. Het LCF zal de lanceercommando's geven en de door de MICAN gelanceerde raket naar het doel geleiden.

Een andere rol was nog niet bekend: deze vaartuigen, met een kleine bemanning, "kunnen ook dienen als proeftuin voor de ontwikkeling van middelgrote onbemande schepen", staat in de brief. "Daarmee kunnen zij de innovatie bevorderen op het gebied van onbemand varen".

Al deze grote marineprojecten op een rij zien? Zie hier Overzicht toekomstige Nederlandse marineschepen.

Jaime Auteur: Jaime Karremann
Jaime is oprichter van Marineschepen.nl en heeft meer dan 1.500 artikelen geschreven over uiteenlopende marine-onderwerpen. In 2017 gaf hij zijn non-fictieboek In het diepste geheim uit en later onderzeebootthriller Orka. Voor Jaime fulltime met deze site aan de slag ging, werkte hij ruim 12 jaar bij de marine, waarvan het grootste deel in een burgerfunctie. Jaime studeerde Communicatie in Groningen.




comments powered by Disqus


Marineschepen.nl

Contact

Over deze site

Adverteren

Doneren
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

LinkedIn

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nieuwsoverzicht

Gerelateerde artikelen

Overzicht toekomstige Nederlandse marineschepen

Op deze manier vervangt de marine de komende jaren de vloot