Marineschepen.nl
 
   
 

Karel Doormanklasse fregatten (M-fregatten)


Laatst aangepast: 09-10-2024

Zr.Ms. Van Speijk (F828) en Zr.Ms. Van Amstel (F831) zijn de twee M-fregatten in Nederlandse dienst. Van de acht oorspronkelijke schepen zijn zes fregatten verkocht aan Portugal, Chili en België in verband met bezuinigingen. De OPV's van de Hollandklasse gelden (deels) als vervangers.

Zr.Ms. Van Amstel

Zr.Ms. Van Amstel voor de zuidkust van Engeland in december 2022. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

Hoofdstukken op deze pagina
1. Naamgeving
2. Taken
3. Aanloop: van Noordzeefregat naar M-fregat
4. Kritiek
5. Bedrijven
6. Kosten
7. Ontwerp
8. Bouw
9. Sensoren en wapensystemen
10. Accommodatie
11. Ouderdom
12. Export
13. Verkoop en vervanging
14. Inzet
15. Specificaties


1. Naamgeving | Naar menu
Begin 1987 werd bekend dat de schepen vernoemd zouden worden naar zeehelden. Aanvankelijk was het de bedoeling dat de M-fregatten namen van de Nederlandse provincies zouden krijgen.

2. Taken | Naar menu
De M-fregatten zijn allround inzetbaar (vandaar de M van Multipurpose), maar hebben weldegelijk een specialisatie: onderzeebootbestrijding. Zij werden daarom uitgerust met een gesleepte sonar. Met de Anaconda DSBV-61 kon vele malen beter op onderzeeboten gejaagd worden dan met de vaste sonars die destijds beschikbaar waren. Deze towed array sonar was namelijk passief; de sonar luistert naar geluiden, maar zendt zelf niets uit. Na de modernisering werd een actieve laagfrequente sonar geïnstalleerd omdat onderzeeboten te stil werden om goed op te kunnen sporen. De specialiteit blijft dus onderzeebootbestrijding.
Overigens was in de begintijd oppervlakteoorlogvoering ook een van de voornaamste taken, maar die taak is (mede door het einde van de Koude Oorlog en vervolgens door veroudering van de Harpoon) in de praktijk naar de achtergrond geschoven.

3. Aanloop: van Noordzeefregat naar M-fregat | Naar menu
Begin 1976 werd door de Admiraleitsraad besloten dat voor vervanging van de Roofdierklasse fregatten stafeisen moesten worden opgesteld. Dat leidde tot het Noordzeefregat, een klein fregat maar groter dan de Roofdiertjes. Al snel bleek dat de marineleiding niets zag in een dergelijk fregat dat alleen op de Noordzee kon opereren. In februari 1979 verzond de Koninklijke Marine een briefing naar de staatssectretaris van een groter schip, M-fregat genaamd. Volgens projectleider van het project C.J. Scheijgrond in het Marineblad van januari 1986 stond de 'M' aanvankelijk overigens voor Modern. Al snel werd dat de 'M' van Multi purpose. Het was een goedkope en kleine versie van het S-fregat met vergelijkbare sensoren, maar wel geschikt voor operaties verder dan alleen op de Noordzee.

Toch groeide het nieuwe fregat al snel. Het voorontwerp van 86 meter lang en minder dan 2.000 ton werd in 1978 vervangen door een eerste ontwerp van 92 meter met een waterverplaatsing van 2250 ton.

In juni 1980 schreef de Alle Hens dat de stafeisen voor de M-fregatten goedgekeurd waren en dat de Directie Materieel Koninklijke Marine (DMKM) al bezig was met het nieuwbouwproject: "De M-fregatten zijn goede zeewaardige schepen (kleiner dan de standaardfregatten) die in staat zijn onder alle omstandigheden op zee te opereren. De schepen zijn vooral bedoeld om deel te nemen aan het beveiligen van de zeeverbindingen tegen oppervlakte-eenheden, luchtstrijdkrachten en onderzeeboten." Dat is op zich niet zo verrassend, maar nu komt de erfenis van het Noordzeefregat: "Ook dienen de fregatten off-shore activiteiten (olie- en gasinstallaties en daarmee verband houdende scheepvaart) te beveiligen."

Volgens diezelfde Alle Hens waren er pas vanaf 1983 de financiële middelen voor de M-fregatten; de marine was toen druk aan het bouwen: S-fregatten, Walrusklasse onderzeeboten en Alkmaarklasse mijnenjagers, en plannen werden gemaakt voor de vervanging van de Poolster, L-fregatten en de vervanging van de Van Straelenklasse mijnenvegers. Het eerste M-fregat moest in 1987 gaan proefvaren.

In september 1980 werd, middels de Alle Hens, bekend gemaakt dat er in de begroting ruimte was gereserveerd voor vier M-fregatten. Daarna werd het stil rond het M-fregat, want de marine richtte zich voornamelijk op het L-fregat.

M-fregat
De eerste impressie van het M-fregat dat openbaar werd gemaakt. In deze illustratie van juni 1980 lijkt het fregat niet op het uiteindelijke schip. Op of vlak achter de brug staat een luchtbeeldradar, deze kwam wel in het definitieve ontwerp, maar dan veel verder naar achteren. Op een constructiemast staat de WM-25, die ook op de S-fregatten werd gebruikt. Op de M-fregatten werd verder naar voren echter een gesloten mast geplaatst met een nieuwe radar, de SMART. Een hangar lijkt te ontbreken, maar achterop staat een lanceerinrichting die lijkt op een NATO SeaSparrow (NSS). Ook deze stond op de S-fregatten, de M-fregatten kregen echter een verticale NSS, naast de hangar. (Bron: Marineblad januari 1986, pag. 16)

Begin 1982 ging de werkgroep M-fregatten weer aan de slag met het ontwerp, met een grote verandering: het M-fregat was een innovatieproject geworden. Er werd een groot aantal innovatiestudies gestart. Scheijgrond somde er in zijn artikel in het Marineblad van januari 1986 een paar op: automatisering, transportfaciliteiten aan boord, magnetische-, infrarood- en geluidssignatuur, verstelbare schroef met geluidsoptimalisatie, energievoorziening, elektromagnetische puls, een nieuw type radar, een volledig geïntegreerd informatieverwerkend systeem (tegenwoordig: Combat Management System), geïntegreerde interne en externe verbindingen, faciliteiten voor een zwaardere helikopter.

Het nieuwe ontwerp was weer groter en vooral moderner. Het werd al op een aantal punten geavanceerder dan de S-fregatten. Halverwege 1984 nam het M-fregatten project volgens de projectleider plots een "drastische wending. Het schip zou niet alleen dienen ter vervanging van de Roofdierklasse-fregatten, maar eveneens van de Van Speijkklasse-fregatten. Het aantal te bouwen schepen werd van 5 op 12 gebracht. Nog meer kwam het accent te liggen op het feit dat het schip op alle wereldzeeën moest kunnen opereren. De missieduur werd verlengd en de bemanning werd vergroot tot circa 130 man. Het ontwerp mat 3000 ton bij een lengte van 112,7 meter. De aanbesteding werd uitgesteld tot omstreeks 1986, als gevolg van de beperkte financiële middelen."

Dit gebeurde uiteraad achter de schermen. In de Alle Hens van januari werd wereldkundig gemaakt dat de M-fregatten totaal andere schepen zouden worden: "Het ontwerp van de Wolfklasse dateert uit de oorlogsjaren en was in overeenstemming met de toenmalige dreiging. Het concept van de M-fregatten zal niet zijn gerelateerd aan de klasse die na 35 jaar wordt vervangen, maar aan de verwachte dreiging gedurende de dienstperiode van de nieuwe schepen." De offshore-taak op de Noordzee was komen te vervallen.

Het ontwerp werd in de loop der jaren steeds aangepast, maar de bestelling werd steeds uitgesteld. Dit leidde tot een onderzoek naar wat de gevolgen waren van het uitstellen op de werkgelegenheid en de know-how bij scheepsbouwer Rijn-Schelde-Verolme (RSV).

De Alle Hens van januari 1984 maakte wereldkundig dat geen vier maar acht M-fregatten de Wolfklasse én de Van Speijkklasse fregatten zouden vervangen (voor 355 miljoen gulden per stuk). Dat was eerder dan aanvankelijk de bedoeling was, om de RSV tegemoet te komen. Ondertussen was het ontwerp weer gewijzigd. Het schip groeide van 112,7 naar 114 meter en een waterverplaatsing van 3320 ton. Ook werden de resultaten van de innovatiestudies verwerkt zoals de roer-rol stabilisatie, vermindering van kwetsbaarheid, bescherming tegen elektromagnetische puls, hogere accommodatiestandaard en automatisering. Daarnaast werden de lessen van de Falklandoorlog verwerkt en leidden die tot verbeteringen op NBCD-gebied (Nucleair, Biologisch, Chemisch, Damage Control).

Eind 1984 bereikte het ontwerp zijn uiteindelijke vorm. Er was toen wel bezuinigd en vereenvoudigd, om binnen het budget te blijven. Op 29 juni 1985 werd het contract voor vier plus een optie op nog eens vier fregatten door de Directeur Materieel Koninklijke Marine (DMKM) schout-bij-nacht W. Kool en de directeur van de Koninklijke Maatschappij "De Schelde" drs. De Smit ondertekend.

De kiel van het eerste M-fregat (de Karel Doorman) werd in 1985 gelegd.

M-fregat
Gedurende de ontwerpfase veranderen schepen vaak vele malen. Hier is de ontwikkeling van het M-fregat fraai in beeld gebracht. Niet alleen groeide het ontwerp in de loop der tijd, er veranderde ook veel op gebied van sensoren, wapensystemen, roeren, vinnen, etc. (Bron: Marineblad januari 1986, pag. 16)

4. Kritiek | Naar menu
De vervroegde bouw van de M-fregatten kon bij veel mensen binnen de marine en de scheepswerven op goedkeuring rekenen. Toch was er ook kritiek. Zo werd in het Marineblad van maart 1985 een kritisch stuk van kapitein ter zee b.d. Jan van de Griendt (1929 - 2015) geplaatst. Van de Griendt was eerder betrokken bij de ontwikkeling van de stafeisen van de onderzeeboten van de Walrusklasse en die voor de mijnenjagers van de Alkmaarklasse. Van de Griendt stelt dat de vervanging van de Van Speijkklasse fregatten te vroeg komt en dat de M-fregatten de Wolfklasse niet kúnnen vervangen. De schepen van de Wolfklasse zijn volgens Van de Griendt namelijk helemaal geen fregatten, zij zijn daar veel te klein voor en worden vooral ingezet voor kustwachttaken. (Oorspronkelijk werden ze ook gebouwd als submarine chasers). Hierdoor wordt volgens hem een nieuwe klasse gebouwd van schepen die veel te duur en te groot zijn voor de taken laag in het geweldspectrum die straks overgenomen moeten worden.

Van de Griendt pleit daarentegen voor het annuleren van het M-fregattenproject en bouw van een klein en eenvoudig schip (800 ton, 20 knopen, kanon, accommodatie 50 personen waarvan helft bemanning). Van de Griendt schrijft verder: "Het gat in de markt voor dit type schip omvat de volgende taken. Op het continentaal plat in hoofdzaak zelfstandig opererend in de rol van permanente aanwezigheid, dus als schip van de wacht. Wat betreft calamiteiten op het continentaal plat zijn relevant reddingsoperaties, politioneel optreden op 'oil rigs' en milieu ongevallen." Verder denkt Van de Griendt aan operaties als gunboat diplomacy in samenwerking met fregatten en operaties in samenwerking met het Korps Mariniers. Interessant is ook: "Het twintig jaar vooruit denken vereist rekening houden met de mogelijkheid van calamiteiten in ontwikkelijkslanden, incidenten waarin Nederland betrokken kan raken, hetzij in bondgenootschappelijk verband, hetzij in kleiner multi-nationaal verband. Het opstaan van een nieuwe Idi Amin of Bokassa [Afrikaanse dictators uit de jaren '70, JK] is immers niet uitgesloten. Ook hoeft een verzoek tot assistentie tegen de dreiging van zeeroof in de toekomst niet altijd afgewezen te worden (...)

De voormalig kolonel zag in zijn analyse ook dat de marine sinds de jaren '50 mooi in de pas liep als het ging om het 'ritme van de scheepsbouw'. Want tussen de scheepskassen Holland (onderzeebootjagers), Van Speijk en S-fregatten zat steeds 12,5 jaar. Volgens Van de Griendt een "zeer gelukkige omstandigheid. Het heeft onmiskenbare voordelen, het is budgetair overzichtelijk en het is organisatorisch doelmatig voor opleidingen, onderhoudsplannen en bevoorrading. Alle reden dus om deze cyclus strak te handhaven." De scribent pleit daarom voor nieuwbouw in 1988.

Aan de oproep van Van de Griendt werd geen gehoor gegeven, niet in de laatste plaats omdat men zo voortvarend te werk was gegaan dat toen het artikel verscheen de bouw van de latere Karel Doorman al was begonnen.

Een kleine twintig jaar later troffen soortgelijke argumenten wel doel: de M-fregatten werden als te duur gezien voor kustwachtoperaties, anti-piraterij, etc. Ook was er behoefte aan nieuwbouw. 23 jaar nadat de kiel van het eerste M-fregat was gelegd, werd de kiel van het eerste OPV van de Hollandklasse gelegd. Een schip dat juist deze taken moest overnemen van de M-fregatten, die dus toch te duur waren voor de taken van de Wolfklasse. En dat was tien jaar na de kiellegging van de De Zeven Provinciën.
Het gelijk van Van de Griendt?

5. Bedrijven | Naar menu
De volgende bedrijven hebben meegewerkt aan het ontwerp, de bouw van dit project, of hebben producten of diensten geleverd (en hebben een bedrijfspagina):



Geïnteresseerd in een bedrijfspagina? Kijk hier voor meer informatie

6. Kosten | Naar menu
De kosten van het M-fregat zijn meerdere keren gestegen. In 1983 werd een maximaal budget gereserveerd van 355 miljoen gulden per schip (exclusief Goalkeeper, investeringen voor helikopters, reservedelen en munitie). Dat moest uiteindelijk worden bijgesteld naar 445 miljoen gulden. Toch bleven de 8 M-fregatten goedkoper dan vergelijkbare schepen in het buitenland, zowel qua aanschaf als onderhoud.

Van het M-fregat kwam 27% van de kosten via o.a. BTW en loonbelasting weer terug in de staatskas. Het merendeel van de andere kosten kwam in de Nederlandse economie terecht.

M-fregat
Animatie van het M-fregat in 1987. Opvallend is de DA05 radar. Deze maakte al snel plaats voor de SMART-S radar. (Bron: Alle Hens mei 1987, pag. 26)

7. Ontwerp | Naar menu
Het uiteindelijke ontwerp van het M-fregat, dat in eigen beheer van de Koninklijke Marine werd gemaakt en in samenwerking met bouwwerf De Schelde in Vlissingen en ontwerpbureau Nevesbu, is mede beïnvloed door de Falklandoorlog in 1982 tussen de UK en Argentinië. Meerdere Britse fregatten en destroyers werden destijds (dodelijk) getroffen door bommen en Exocet kruisvluchtwapens. Intensief overleg met de Royal Navy leidde bij het M-fregat tot de volgende maatregelen:
- een scheepsventilatiesysteem dat gescheiden is te regelen om verspreiding van rook door het schip te voorkomen;
- gebruik van materialen die bestand zijn tegen extreem hoge temperaturen en materialen die warmte isoleren dus ook geen gebruik van aluminium in vitale constructies;
- grotere brandbluscapaciteit (met 610 m3/ uur ook groter dan van het S-fregat);
- het dubbel uitvoeren van belangrijke systemen en het spreiden van functies en slaapaccommodatie door het hele schip om te voorkomen dat het schip door een treffer wordt uitgeschakeld.

Wat men later 'stealth' zou noemen, is op dit ontwerp begin jaren '80 toegepast. "Speciale aandacht wordt besteed aan beperking van het onderwatergeluid ondermeer door toepassing van isoleringen en geruisarme schroeven," schreef de Alle Hens van januari 1984. Verder zijn minder ronde elementen en hoeken van 90 graden toegepast om minder zichtbaar te zijn op radar. Het radarreflecterend oppervlak is gereduceerd door bijvoorbeeld een knik aan te brengen in de zijkanten van de romp en de schuine wanden van de brug. Vooral in slecht weer is het M-fregat moeilijker op te sporen door vliegtuigen en raketten dan tijdgenoten. Ook is aandacht besteed aan de reductie van infrarode uitstraling en de gevoeligheid tegen Elektromagnetische Puls (EMP).

Op basis van wetenschappelijk onderzoek bij het MARIN in Wageningen en in samenwerking met de Amerikaanse marine werd een rompvorm gekozen die bij hoge golven een hoge snelheid kon behouden. Daarnaast moest het schip betrekkelijk stabiel kunnen blijven, hetgeen belangrijk is voor de sensoren, helikopteroperaties en de bemanning. De ontwerpers kozen voor een 'rudder-roll' stabilisatie, waardoor het schip gestabiliseerd kan blijven en toch snel kan blijven varen. Deze installatie leverden in de beginjaren van het M-fregat echter nog problemen op. Zeker de bemanningen die de S-fregatten gewend waren, vonden de M-fregatten vreemd op de golven bewegen.

In 1984 was de lengte van het M-fregat overigens nog 114 meter en de waterverplaatsing 2800 ton. Dat groeide later naar 122 meter en 3300 ton.

Binnen het schip is het geprobeerd om de bedrijfsvoering te vergemakkelijken door opslagruimtes zo gunstig mogelijk te plaatsen, zodat men bij een bevoorrading op zee maar korte routes hoeft af te leggen. Ook zijn veel ruimtes te te maken hebben met opslag, bereiden en gebruik van voeding rond het kombuis geplaatst.

Tot slot was een heel belangrijk punt in het ontwerp van het M-fregat de automatisering. Veel meer dan ooit worden op de M-fregatten bediening en bediening van systemen van afstand (vanuit de Technische Centrale) bediend. De platformautomatisering is gebaseerd op die van de Walrusklasse onderzeeboten. Het Combat Management System, genaamd DAISY VII, dat werd geïnstalleerd na de oplevering, was op vele punten moderner dan de voorganger van de S-fregatten. Het leidde tot een enorme sprong in de commandocentrale. Het meest opvallende was uiteraard dat de centrales van de M-fregatten 'daglichtcentrales' waren: die van de S-fregatten en andere schepen waren altijd donker om de radarecho's op de ronde oranje schermen goed te kunnen zien. Voor het nieuwe CMS was een nieuwe generatie beeldkasten in gebruik genomen. Dit waren rechthoekige (niet liggend, maar staand) beeldschermen, genaamd General Operator Stations (GOS), waar operators moesten inloggen. Ook werkten de schermen met touch-screen (weliswaar met een lichtpen). Ook werd op de beeldschermen niet de ruwe radarecho getoond (dat kon wel), maar een door de computer gegenereerde vertaling van die echo. Op al deze vlakken was dit binnen de Nederlandse en veel andere marines zondermeer futuristisch.

NSS lancering
Zr.Ms. Van Speijk lanceert een Nato Sea Sparrow tijdens Northern Archer 2014. (Foto: Jaime Karremann/ Marineschepen.nl)

8. Bouw | Naar menu
De bouw van de M-fregatten begon met de kiellegging van de Karel Doorman op 26 februari 1985. Alle acht M-fregatten werden in Vlissingen door De Schelde gebouwd. Op 20 april 1988 werd de Karel Doorman door Koningin Beatrix gedoopt, zeven maanden later dan oorspronkelijk gepland.

Tijdens de bouw had de marine voortdurend 25 personen van de afdeling Toezicht van DPKM in Vlissingen om de bouw te controleren.

M-fregat
Silhouet van het M-fregat in 1987. Wat hier opvalt is dat achter het kanon en voor de brug een alternatieve lanceeropstelling is getekend, voor de NATO SeaSparrow raketten (alternatief B). Het is alternatief A geworden. Zie lancering hier onder. (Bron: Alle Hens januari 1987)

Nato Sea Sparrow
Lancering van een Nato Sea Sparrow, vanuit een Mk 48 Mod 1 VLS. (Foto: CAVDKM)

9. Sensoren en wapensystemen | Naar menu
De M-fregatten waren de eerste Nederlandse schepen met echte stealth-kenmerken en een systeem waarbij raketten verticaal gelanceerd worden (VLS). De soort bewapening en waterverplaatsing is vrij gebruikelijk voor fregatten van NAVO-landen: een kanon, raketten voor korte afstand luchtverdediging, torpedo’s en kruisvluchtwapens tegen andere schepen.

Tegen aanvallen vanuit de lucht beschikken de schepen over de Nato SeaSparrow (NSS). Deze raket is al sinds de jaren '70 in gebruik bij de Koninklijke Marine op de GW en S-fregatten, maar bij de M-fregatten worden deze missiles verticaal gelanceerd met de Mk 48 Mod 1 VLS. Inmiddels is de raket verouderd en is de vervanger (de Evolved SeaSparrow Missile (ESSM)), geïnstalleerd op de LCF'en. De NSS van de M-fregatten is niet meer opgewassen tegen moderne anti-schipkruisvluchtwapens.

De SMART-S Mk1 en de LW08 radars maken naast de sonars deel uit van het pakket van sensoren. Dit pakket is vanaf 2010 verbeterd in het Instandhoudingsprogramma (IP) M-fregatten, dat de schepen inzetbaar maakt tot 2020. Een groot deel van het IPM had betrekking op de sensoren en commandocentrale.

De Canadese firma Ultra Electronics zorgde voor nieuwe sonars. Als vervanger van de Thomson Sintra Anaconda DSBV 61 passieve gesleepte sonar werd de Low Frequency Active Passive Sonar (LFAPS) geïnstalleerd op de twee M-fregatten. Dit is een zeer krachtige onderwatersensor die op een heel lage frequentie kan pingen. Met de separaat gesleepte sonar kan het fregat luisteren en de echo's van de pings van de 'vis' (de actieve sonar) opvangen. Onderzeeboten kunnen op zeer grote afstanden gedetecteerd en geclassificeerd worden. De software voor de systemen werd geleverd door TNO.

De boegsonar is de PHS-36, van Holland Signaal (nu Thales). Dit is een sonar in de lage-/ medium frequentie, gebaseerd op de Canadese SQS-509 die op de S-fregatten in gebruik was. De sonar is in staat om twaalf contacten automatisch te volgen, en geschikt voor diepe en ondiepe wateren.

Zr.Ms. Van Speijk
Zr.Ms. Van Speijk begin 2013 tijdens een storm op de Noordzee. (foto: @Jorislodewijk)

Behalve een nieuwe sonar kregen de schepen ook een nieuwe mast. In deze mast, die vergelijkbaar is met die op de OPV's, zijn de Thales Seastar en Thales Gatekeeper geïnstalleerd. De Seastar is een active phased array radar die bestaat uit vier vaste platen op de mast. Met de radar kunnen kleine doelen zoals bootjes en periscopen worden opgespoord. De Gatekeeper is een electro-optisch surveillance en waarschuwingssysteem gebaseerd op infraroodcamera's en HD camera's. Ook hiermee kunnen kleine bootjes en mensen in het water snel en op grotere afstand gedetecteerd worden, maar ook beelden worden opgenomen en bestudeerd in HD kwaliteit 360 graden rondom het schip.
Op de mast is de SMART radar blijven staan en ook de STIRs mochten blijven.
Aan de batterij camera's is ook de Elbit DCoMPASS toegevoegd. Dit is een electro-optisch (infrarood) camerasysteem dat gebruikt wordt voor observatie, classificatie en om doelen aan te wijzen.

Ook de commando centrales van de schepen zijn vernieuwd. Deze zullen vergelijkbaar zijn met de centrales van de LCF'en.
Na de modernisering moeten de schepen nog minstens 10 jaar meekunnen.



10. Accommodatie | Naar menu
Bij het ontwerp van het M-fregat is veel aandacht besteed aan verbetering van de accommodatie, voor maximaal 158 personen. Dat gebeurde door de CATS(Commissie Accommodatie Toekomstige Schepen) in nauwe samenwerking met de belangenverenigingen. De bemanningsleden kregen meer comfort en privacy dan op de S-fregatten. Op die fregatten waren nog slaapverblijven van 12 bedden op de M-fregatten maximaal 9. De verblijven werden volledig nieuw ontworpen en voorzien van nieuw ontworpen meubilair.

11. Ouderdom | Naar menu
De M-fregatten raakten halverwege de jaren '10 op leeftijd en kregen steeds meer problemen. In 2015 werd al bekend dat de schepen problemen hebben met de gasturbines. Door toename van storingen, meer gebruik dan verwacht en beperkte onderhoudscapaciteit bij de fabrikant zijn de gasturbines vaker buiten gebruik. De fregatten mogen nu minder gebruik maken van de gasturbines. Daarnaast raken verschillende systemen -ondanks IPM- verouderd of worden niet meer ondersteund door de leverancier. Voorbeelden: het combat management system (computers en software die sensoren en wapensystemen koppelen), kruisvaartdiesels en koppeling van de voortstuwing. Met vervanging hiervan was in de budgetten voor instandhouding geen rekening gehouden, vervanging wordt betaald uit potje voor inzet van de schepen.



12. Inzet | Naar menu
De schepen zijn met succes ingezet tijdens verschillende ernstoperaties in wateren van de Middellandse Zee tot de Perzische Golf en van de Noordzee tot de Atlantische Oceaan. Ook hebben de schepen vaak als stationsschip in de West gejaagd op drugstransporten. Los van deze activiteiten in het lagere geweldsspectrum, zijn de oorspronkelijke taken van de schepen niet vergeten. De onderzeebootbestrijdingscapaciteit van de M-fregatten zijn namelijk belangrijker geworden voor de marine met het verdwijnen van de Orion maritieme patrouillevliegtuigen en de toename van moderne onderzeeboten wereldwijd, inclusief in operatiegebieden van de Nederlandse marine.

Zo werden de Van Galen, Tjerk Hiddes en Abraham van der Hulst in 1996 en 1997 ingezet in de Perzische Golf om toe te zien op het handelsembargo met Irak en Amerikaanse vliegkampschepen te escorteren.

In 2002 werd Zr.Ms. Van Amstel ingezet voor de operatie Enduring Freedom in de Golf van Aden en de Straat van Hormuz. In laatst genoemde zeegebied escorteerde het diverse schepen. Een keer werden waarschuwingsschoten afgevuurd op verdachte speedbootjes.

In 2005 verleende Hr.Ms. Van Amstel hulp aan de door Orkaan Katrina getroffen gebieden in de Verenigde Staten.

Hr.Ms. Van Galen werd in 2006 ingezet voor de kust van Libanon in het kader van de UNIFIL missie; een missie met verhoogde oorlogsdreiging.



Op 1 april 2012 begon Hr.Ms. Van Amstel met haar missie tegen piraterij, in het kader van de EU-operatie "Atalanta". De Van Amstel draagt tot en met mei bij aan de strijd tegen piraten voor de kust van Oost-Afrika. De F831 is het eerste Nederlandse M-fregat dat meedoet aan de strijd tegen piraterij, LCF'en, LPD's en bevoorradingsschepen gingen de M-fregatten voor, die daarvoor vaker werden ingezet voor counter-drugsoperaties in de West.
Op 17 oktober 2012 schaakte Hr.Ms. Van Amstel zich aan de andere kant van de wereld en werd ingehaald als het nieuwe stationsschip in de West. Aan boord is een Belgische Alouette helikopter. Het marineschip behartigt in die functie de belangen van het Koninkrijk en voert bijvoorbeeld antidrugsoperaties en kustwachttaken uit. Ook wordt humanitaire hulp verleend bij rampen. Op 26 oktober onderschepte de Van Amstel 840 kilogram cocaïne.

De vernieuwde Zr.Ms. Van Speijk verliet in mei 2013 Den Helder om deel te nemen aan de antipiraterijmissie Ocean Shield nabij Somalië.

Op 10 augustus 2014 was het opnieuw de beurt aan de Van Speijk. Niet de Holland, maar de F828 ging naar het Somalisch Bassin omdat het aan de oostgrenzen van Europa "rommelde".

Zr.Ms. Van Amstel gaat als onderdeel van het NAVO-eskader SNMG2 mensensmokkel aanpakken in het oosten van de Middellandse Zee. Dat werd pas twee dagen na het vertrek van het schip, op 7 maart 2016, officiëel bekend gemaakt.

In juni 2016 maakt het fregat deel uit van FRONTEX. Op 14 juni redde het schip tussen Egypte en Libië 193 vluchtelingen.

Zr.Ms. Van Speijk was eind 2017 - begin 2018 stationsschip in de West en wist meerdere keren drugs te onderscheppen.

Na meerdere incidenten in de Straat van Hormuz en oplopende spanningen tussen de VS en Iran in 2019, deed de VS een verzoek aan NAVO-bondgenoten om marineschepen te sturen en de koopvaardij te beschermen. Nederland overweegt een schip te sturen en de naam van het schip dat door de whalegangen klonk was Zr.Ms. Van Speijk. Uiteindelijk werd een Luchtverdedigings- en Commandofregat gestuurd.

Na de Nederlandse oefening Continuation Cruise in augustus en september 2020 ging Zr.Ms. Karel Doorman verder met opwerken en vertrok Zr.Ms. Van Speijk op 6 oktober voor twee weken naar zee ter ondersteuning van de Doorman. Op zee bleek dat vier bemanningsleden besmet waren geraakt met corona, op 7 oktober keerde de Van Speijk terug in de haven van Den Helder.

Zr.Ms. Van Amstel keerde eind 2020 na onderhoud weer terug naar zee. De Van Speijk voer toen al met een gereduceerde bemanning. Het laatst genoemde M-fregat werd met kunst- en vliegwerk in de vaart gehouden, de marine besloot in april 2021 echter dat dit niet meer haalbaar was. Het onderhoud van de Van Speijk was al uitgesteld, het schip werd in 2021 echter tegen de kant gelegd.

Ook in 2022 was Zr.Ms. Van Amstel het enige Nederlandse M-fregat dat daadwerkelijk inzetbaar was. De Van Amstel voer onder andere naar de oostkust van de VS om samen met de nieuwe Amerikaanse carrier en Zr.Ms. De Zeven Provinciën terug naar Europa te varen. Eind 2022 oefende het schip met de Karel Doorman op het jagen op onderzeeboten.

In 2023 zou Zr.Ms. Van Speijk weer uit conservatie gehaald worden, zo liet commandant Zeestrijdkrachten VADM Tas weten. Door gebrek aan bemanning is dat later geworden. Waarschijnlijk zal dat pas in 2025 gebeuren.

De Van Amstel kon zich steeds meer gaan richten op onderzeebootbestrijding en deed meerdere keren mee aan onderzeebootbestrijdingsoefeningen zoals NAVO-oefening Dynamic Mongoose in 2023 en Riptide in 2024.

In oktober 2024 werd bekend dat de Van Amstel ook meerdere keren daadwerkelijk is ingezet om Russische onderzeeboten op te sporen.

13. Export | Naar menu
Een van de redenen waarom het ontwerp van het M-fregat begin jaren '80 groeide was dat de marine en De Schelde verwachtten dat er binnen NAVO-landen behoefte was aan fregatten van net iets boven de 3.000 ton. Dat klopte wel, maar ondanks verwoede pogingen slaagde Nederland er niet in de M-fregatten aan de man te brengen. Een van de meest pijnlijke momenten was wel toen Australië in 1989 besloot om geen M-fregatten te kopen, maar Duitse fregatten. De M-fregatten waren te duur geworden na de flinke korting die de Duitsers konden geven.

14. Verkoop en vervanging | Naar menu
In de periode 2004-2009 moest de marine afstand doen van zes M-fregatten. Deze werden verkocht aan Chili, Portugal en België.

De twee resterende schepen zouden in 2020 worden vervangen. Minister Hennis stelde in 2013 de vervanging van de fregatten echter met drie jaar uit. In de Memorie van Toelichting bij de Defensiebegroting voor 2016 maakte Hennis bekend dat de vervanging van de M-fregatten opnieuw werd uitgesteld.

Lang stond de uitdiensstelling gepland voor 2024 en werd bovendien een intentieverklaring voor verkoop van de fregatten aan Chili getekend. Dat meldde de Alle Hens in februari 2019. Een schip zou in 2024 over worden gedragen, het andere in 2027. Maar dat lijkt niet door te gaan, mogelijk vanwege andere interesses in Chili of vertraging in het Nederlandse vervangingsprogramma.

In september 2020 werd bekend dat de twee laatste Nederlandse M-fregatten mogelijk verkocht worden aan Griekenland dat op korte termijn nieuwe schepen zoekt. Maar wanneer de fregatten 'vrijkomen' is nog niet duidelijk.

Uitstel en vertraging leidden namelijk meerdere keren tot een nieuwe einddatum: vanaf 2029 moeten de M-fregatten vervangen worden door nieuwe fregatten.

In mei 2023 werd bekend dat de uitdienststelling van Zr.Ms. Van Amstel voor 2026 staat gepland, die van de Van Speijk in 2030. Mogelijk blijft de Van Amstel echter toch langer varen.

15. Specificaties | Naar menu

Naamsein Naam In dienst Uit dienst
F827 Karel Doorman 1991 2006 (België)
F828 Van Speijk 1995 2030
F829 Willem van der Zaan 1991 2007 (België)
F830 Tjerk Hiddes 1993 2006 (Chili)
F831 Van Amstel 1993 2026?
F832 Abraham van der Hulst 1993 2004 (Chili)
F833 Van Nes 1994 2008 (Portugal)
F834 Van Galen 1994 2009 (Portugal)
Afmetingen 122 x 14,4 x 6,2
Max. waterverplaatsing 3300 ton
Max. snelheid 29 knopen
Bemanning 154
Voortstuwing 2x Rolls Royce SPEY 1A gasturbines
2x Stork Werkspoor diesels
Wapensystemen Raytheon RIM-7 Sea Sparrow VL
Boeing RGM-84 HARPOON
Oto Melara 76mm/62 COMPACT kanon
Thales Nederland SGE-1 Goalkeeper 30mm
2x 50 caliber Browning
MK 46 Mod 5 torpedo's
Sensoren Na IPM:
SMART-S Mk1 luchtbeeldradar
Thales Seastar (exportnaam: Sea Watcher 100) X-band radar
LW-08 luchtwaarschuwingsradar
Thales Scout Mk2 zeebeeldradar
Kelvin Hughes 1007 navigatieradar
Holland Signaal PHS-36 boegsonar
LFAPS sonar
Thales Gatekeeper HD camerasysteem
EO/IR-camera

Voor IPM:
SMART-S Mk1 luchtbeeldradar
LW-08 luchtwaarschuwingsradar
Thales Scout Mk2 zeebeeldradar
Kelvin Hughes 1007 navigatieradar
Holland Signaal PHS-36 boegsonar
Anaconda DSBV-61A towed array sonar

ESM, ECM, softkill Argo APECS-II, ECM en ESM (met AR-700 antennes) (voor IP)
Thales Vigile APX, ESM (na IP)
Raytheon AN/SLQ-25 Nixie torpedo decoy




Marineschepen.nl
Contact
Over deze site
Blijf op de hoogte via:

Twitter

Facebook

Instagram

Copyright

Alle rechten voorbehouden.

Sinds 13 augustus 2001



Menu
Nederlandse marineschepen
Belgische marineschepen
Marineschepen wereldwijd

Bedrijven
Gerelateerde artikelen
Nieuwe fregatten
Leopold klasse

Bartolomeu Dias klasse


Van Speijk tegen de kant

Van Amstel in Straat van Hormuz 2002
Van Speijk mogelijk naar Iran
Van Speijk naar Somalië
Van Speijk schiet
In Chileense dienst
De Zaan als piek
Hard en laag

Van Amstel schenkt geld
Van Amstel helpt VS
Zaan vangt drugs
Vaardag Hr.Ms. Van Amstel